Het betreft een onderzoek van de Unie van Waterschappen en het RIVM. Hiermee wordt in heel Nederland het rioolwater van alle ruim 17 miljoen mensen onderzocht.
Big Brown Data
Sander Mager, bestuurslid van de Unie van Waterschappen: “De waterschappen zetten zich volop in om deze ‘Big Brown Data’ te helpen ontsluiten. We dragen graag bij aan de grote maatschappelijke uitdaging van het bestrijden van het coronavirus. Met de metingen van het rioolwater kunnen besmettingshaarden en trends in specifieke regio’s vroegtijdig worden gesignaleerd. Mensen die besmet zijn scheiden namelijk al virusdeeltjes uit nog voordat ze klachten ondervinden. Dit zijn waardevolle gegevens die voorop lopen op data van bijvoorbeeld testuitslagen en ziekenhuisopnames.”
Onderzoekers testen rioolwater dat over 24 uur verzameld is. Er wordt geen infectueus virus gemeten, maar genetisch materiaal van het virus, genaamd RNA, dat de viruseigenschappen bepaalt. De testresultaten laten zien hoeveel virusdeeltjes in het rioolwater zitten. Niet bij alle mensen die COVID-19 hebben is het virus aan te tonen in de ontlasting en sommigen hebben meer virusdeeltjes in hun ontlasting dan andere.
Verschillen per regio en per moment
Per regio en per moment kan de concentratie menselijk afvalwater verschillen, en daarmee de hoeveelheid virusdeeltjes per milliliter. Dat komt omdat het rioolwater dat de zuivering binnenkomt niet alleen afkomstig is van huishoudens. Het is vaak gemengd met bedrijfsafvalwater en ‘rioolvreemd’ water (instromend grond- of oppervlaktewater). Daarnaast is regenwater een belangrijke oorzaak van de verdunning van huishoudelijk afvalwater. Er wordt gewerkt aan een methodiek om die verschillen inzichtelijk te maken om zo de meetgegevens uit regio's beter te kunnen interpreteren.