De vrijwilligers van de Hengelose IJsclub (HIJC) kijken met spanning naar de weersverwachtingen voor de komende dagen. Hoe hard gaat het vriezen en hoe veel sneeuw gaat er vallen? De combibaan aan de Van Alphenstraat staat inmiddels onder een laag water, die alleen nog maar hard hoeft te worden. Voorzitter Bob Groenewoud leeft vol gezonde zenuwen naar dat moment toe, vertelde hij vanmiddag bij 1Twente Vandaag.
“Op het moment dat duidelijk wordt dat er een vorstperiode aan komt, begint de club ineens te leven. De appjes vliegen heen en weer en inmiddels staat iedereen in de startblokken”, vertelt Groenewoud. In normale winters zou iedereen zich met gezwinde spoed naar de combibaan haasten, maar da’s vanwege corona geen optie dit jaar: “We hebben een combibaan waarop afgelopen zomer volop geskeelerd is en daardoor hebben we al uitgebreid ons coronaprotocol kunnen testen. Op het hele terrein zijn routes gemaakt, zodat mensen niet in elkaars buurt hoeven komen. Wat dat betreft maak ik me geen zorgen.”
“Er mogen steeds maar honderd mensen tegelijkertijd op de baan zijn”, aldus de voorzitter. “Doordat we per dag met drie tijdsblokken werken, gaat het dus om driehonderd mensen per dag." Iedereen moet zich opgeven via de site https://www.hijc.nl/ De KNSB hanteert hogere aantallen als maximum, maar bij de HIJC blijven ze liever aan de voorzichtige kant, zodat het voor de vrijwilligers ook werkbaar blijft. Mogelijk gaan de aantallen omhoog als blijkt dat dat kan. Groenewoud heeft een dringend verzoek aan de schaatsers: "Ga asjeblieft niet met z'n allen hand in hand schaatsen of in treintjes rijden. Ook buiten moeten we 1,5 meter afstand houden."
Dat het hard genoeg gaat vriezen, staat als een paal boven water. In de ideale situatie is twee nachten matige vorst voldoende voor een enkele centimeters dikke ijslaag. Vervolgens wordt het resterende water onder die laag weggepompt en zakt de ijsvloer op de ondergrond. Minder florissant zijn de berichten over hevige sneeuwval vanaf zaterdag of zondag. “Als het hard gaat sneeuwen voordat het echt gaat vriezen, kunnen we niet zoveel. Daarin schuilt dus nog een grote onzekerheid”, aldus Groenewoud.
Na een zomer waarin de vereniging nogal wat nieuwe jeugdleden mocht verwelkomen, dankzij de plotseling toegenomen populariteit van het skeeleren, is het volgens Groenewoud prachtig dat die nieuwe leden nu ook aan natuurijs kunnen proeven. Als hij hoort dat in het volgende blok de heren Romme en Uytdehaage, twee Olympische schaatskampioenen, aan het woord komen, komen ook Groenewouds schaatstalenten ter sprake: “Ik schaats nog maar een jaar of tien, maar mijn kinderen zijn heel goed bezig. Over een paar jaar komt mijn dochter eraan, let maar op…”