Bij de verliesgevende verkoop van Spinnerij Oosterveld in 2017 heeft de gemeente Enschede nagelaten formele gesprekken te voeren met Walas, de koper van het voormalige textielpand. Dat ondanks de serieuze vraagtekens die destijds, onder meer door raadsleden, werden geplaatst bij de reputatie van de vastgoedontwikkelaar en de gekozen constructie voor die verkoop.
Er zijn wel gesprekken gevoerd tussen de directeur van het Enschedese Vastgoedbedrijf en de Walas-top, maar daarvan is niets vastgelegd. Ook vermeldingen in agenda’s ontbreken. Dat stelt de gemeente expliciet op vragen naar aanleiding van een Wob-verzoek naar onder meer de verslagen van die gesprekken.
Het college van B&W stelde begin februari 2017, ruim voor de overdracht van De Spinnerij, in antwoord op vragen over Walas van de CDA-fractie, dat er ‘een aantal indringende gesprekken’ met de koper-in-spé zou zijn gevoerd. Maar daar is, naar nu blijkt, dus niets van terug te vinden.
Daarmee is het onduidelijk en niet verifieerbaar wat de inhoud, de aard en de status van die gesprekken was. En ook wanneer en òf ze überhaupt hebben plaatsgevonden. Duidelijk is wel dat het geen formele gesprekken zijn geweest die duidelijkheid moesten scheppen over de gerezen vragen en wat die betekenden voor de route die Enschede met Walas had uitgestippeld.
En dat is opmerkelijk. Want Walas, de partij waarmee de gemeente een miljoenendeal wilde sluiten, was niet van onbesproken gedrag. En dat wisten de gemeente en het gemeentelijke Vastgoedbedrijf.
In 2013 verscheen er een lijvig en zeer kritisch rapport van de rekenkamer in Heerlen, die onderzoek deed naar de verkoop van het voormalige kantoor van het CBS in die stad aan Walas. De Heerlense rekenmeesters twijfelden er aan of Heerlen bij die verkoop ambtelijk en bestuurlijk behoorlijk had gehandeld.
En de afspraken die Enschede met Walas had gemaakt, leken in een aantal opzichten op die gehekelde Heerlense constructie.
In het kort: Heerlen had zich blindgestaard op vergezichten van één enkele marktpartij en de risico’s onvoldoende onderzocht. Een andere marktpartij, die een beter bod deed, werd genegeerd. Heerlen laadde daarbij de schijn van vooringenomenheid op zich, oordeelde de lokale rekenkamer. De leegstaande kantoorkolos kwam uiteindelijk voor bijna een half miljoen in handen van Walas.
Ook in Enschede was Walas de enige partij. De gemeente had de exploitatie van De Spinnerij een jaar lang in handen gegeven van de vastgoedontwikkelaar, die daarmee de kans kreeg om de financiering voor koop rond te krijgen. Spinnerij Oosterveld stond voor 9 miljoen in de gemeentelijke boeken en er was net voor 1 miljoen aan verspijkerd.
Daarbij had de gemeente, naar eigen zeggen destijds, wel een paar marktpartijen gepolst maar was al snel met Walas in zee gegaan. Het antecedentenonderzoek naar de vastgoedontwikkelaar was basaal - standaard, zoals de gemeente het omschreef. Aangevuld met die ‘indringende gesprekken’ waarvan niets werd vastgelegd.
Walas was voor de gemeente overigens geen onbekende. In 2012 was de vastgoedontwikkelaar korte tijd betrokken bij plannen voor de herontwikkeling van het voormalige Polaroidcomplex. Verder dan het aanleveren van wat ontwerpschetsen kwam het destijds niet.
Spinnerij Oosterveld werd, voordat Walas in beeld kwam, door de gemeente geëxploiteerd. Maar daar moest jaarlijks zes ton bij. Enschede wilde van niet-rendabel vastgoed af en De Spinnerij was de grootste angel in dat deel van de gemeentelijke begroting. Walas was een geschenk uit de hemel. Of niet?
In april 2016 publiceerde Vrij Nederland een uitgebreid artikel over ‘vastgoedmessias’ Gerben van Straaten, de CEO en oprichter van Walas. Daarin werd een ontluisterend beeld geschetst van de handelswijze van de topman en de vastgoedontwikkelaar. Walas zou niet betrouwbaar en solvabel zijn, van de geschetste visioenen voor leegstaand vastgoed was weinig of niets terechtgekomen.
Kort en goed: er was voldoende aanleiding om kritische vragen te stellen over die voorgenomen deal met Walas en de manier waarop de gemeente die partij daar op voorsorteerde. De CDA-fractie deed dat aan het College van B&W. Ondernemer Gertjan Ardesch, die geruime tijd met de gemeente had geprobeerd nieuw leven in De Spinnerij te blazen, trok bij betrokken ambtenaren aan de bel.
Voor de gemeente alle reden - zou je denken - om die koop in een zorgvuldig en controleerbaar vat te gieten en zowel Walas als de gekozen constructie nog eens grondig tegen het licht te houden
De Enschedese gemeenteraad werd gerustgesteld - er waren indringende gesprekken met Walas gevoerd - en kreeg de belofte dat De Spinnerij tegen een marktconforme prijs van eigenaar zou wisselen. Zie afbeelding 1.
Ardesch werd afgescheept met een gemeenplaats: ‘iedereen kan van alles op internet zetten, maar de werkelijkheid is genuanceerder’. En de gang van zaken in Heerlen zou onvergelijkbaar zij met wat er Enschede op stapel was gezet. In dat antwoord ging de gemeente gemakshalve voorbij aan onder meer dat Heerlense rekenkamerrapport.
Van die ‘indringende gesprekken’ is dus - zo stelt de gemeente expliciet - niets terug te vinden. Niet voor wat betreft de inhoud, maar ook niet een bevestiging dàt ze hebben plaatsgevonden. Spinnerij Oosterveld werd in april 2017 voor 3 miljoen euro verkocht, de gemeente schreef 6 miljoen af.
Klokkenluider Ardesch werd door de gemeente op dubieuze gronden een juridisch proces ingesleept, waarvan de echo tot op de huidige dag doorklinkt. Zie ook ons dossier over die zaak.
Eind april vorig jaar werd duidelijk dat Gerben van Straaten via De Spinnerij miljoenen euro’s heeft weggesluisd. De Walas-topman werd gewipt door de Ondernemerskamer. Enkele dagen later overleed hij plotseling.