Een evaluatie van de plannen voor het terrein van de voormalige luchtvaartbasis Twente Airport, in opdracht van Enschede en de provincie, pakte niet per se gunstig uit. In de voorbije zes jaar van ontwikkeling is louter verlies geleden en dat zal nog lang zo blijven. Misschien wel altijd. Maandagavond doorbrak de Enschedese gemeenteraad het taboe op de ontwikkeling van een commerciële luchthaven. Maar hoe realistisch is dat scenario?
Uit de evaluatie, uitgevoerd door onderzoeksbureau Berenschot, blijkt dat alleen de ontwikkeling van woningbouw en natuur een dikke plus krijgen. High-tec-bedrijven, die de economische motor voor de plannen met het vliegveld moesten worden, staan bepaald niet in de rij. De mogelijkheden voor evenementen, de andere poot voor nieuwe ontwikkelingen, zijn nog beperkter dan zes jaar geleden.
De 10.000 banen die de nieuwe plannen voor het gebied in het vooruitzicht stelde… de werkelijkheid komt er niet eens in de buurt. Maar wat moeten we dan met dat terrein?
Dat verschillende partijen - de VVD voorop - commerciële luchtvaart weer uit de ijskast halen, is niet zo vreemd. Vliegverkeer groeit nog altijd - prognose voor 2050 is dat het aantal vliegbewegingen mondiaal verviervoudigd is - en tussen Enschede en Hengelo ligt… een vliegveld. Met een strakke landingsbaan. Zij zien kansen voor ontsluiting van een stad en een regio èn - dit keer wel - en economische boost.
Anderen zien daar niets in en zetten liever in op de langere termijn: de plannen zijn nog maar zes jaar oud, je moet ontwikkelingen de tijd geven. En er zijn volksvertegenwoordigers die het liefst die hele infrastructuur van landingsbaan en taxi-banen onder de groene zoden schoffelen. Laat de natuur de boel maar overnemen.
Zes jaar geleden - na lang politiek geharrewar - velde een Commissie van Wijzen een Salomonsoordeel: burgerluchtvaart in Twente is kansloos, gebruik de unieke positie van de voormalige luchthaven als experimenteergrond en voedingsbodem voor baanbrekende technologie. Drones, de ontwikkeling van elektrisch vliegverkeer, verzin het.
De kansen voor burgerluchtvaart vanuit Twente zijn er sindsdien niet bepaald groter op geworden.
Lelystad Airport is lang in de race geweest om de overloop van Schiphol te worden. De nationale luchthaven mag niet meer groeien, moet zelfs afbouwen. Mooie kans om luchtvaartgraantjes mee te pikken, dacht men in de polder. Maar het Ministerie dacht daar - uiteindelijk - anders over: de stekker werd eruit getrokken.
In Lelystad ligt een plug-and-play-vliegveld. Kant en klaar. Vertrek- en aankomsthal, bagageafhandeling, parkeerterreinen, noem het en het is er. Kwestie van mensen neerzetten en - als Schiphol al een overloop gaat krijgen - iemand vragen de stekker er weer in te steken.
Eerder deze week kwam het nieuws dat Maastricht Airport open mag blijven. Een krappe meerderheid in de Provinciale Staten stemde voor extra geld om dat mogelijk te maken. Gemeenschapsgeld; het vliegveld kan niet op eigen benen staan.
De vrees voor een dergelijk scenario leeft ook in de Enschedese gemeenteraad. CU-raadslid Henri de Roode waarschuwde voor de kosten voor de gemeenschap, als Enschede per se een burgerluchthaven wil. De gemeente is voor de helft eigenaar van het terrein.
De andere regionale luchthavens die ons land rijk is, krijgen geen van allen de exploitatie rond, zo blijkt uit de cijfers van voorbije jaren. De begroting wordt structureel gedicht door bijdragen uit gemeentelijke en provinciale fondsen.
Vliegveld Twente is nog lang geen luchthaven. De landingsbaan ligt er, maar voor het overige moet er nog een complete infrastructuur, inclusief verbeterde toegangswegen, worden aangelegd. Een enorme investering - en er is al voor een slordige honderd miljoen in het terrein gestoken - waarvan het de vraag is of dat ooit gaat renderen.
Die landingsbaan in Twente is een terugkerend argument in de discussie. Daarmee zou de Twentse luchthaven een unieke troef in handen hebben. Niet alleen waar het gaat om zaken- en vakantievluchten, maar ook voor de ontwikkeling van nieuwe luchtvaarttechnologie. Een levensgroot laboratorium voor bijvoorbeeld de ontwikkeling van elektrisch vliegen.
“Als Enschede daarvoor de kraamkamer wordt, zou dat heel mooi zijn”, waagde verantwoordelijk wethouder Jeroen Diepemaat maandagavond tijdens de gemeenteraadsvergadering over de toekomst van het vliegveld. Maar of dat realistisch is… Jawel, er wordt volop geëxperimenteerd met elektromotoren en zonnevliegtuigen, maar dat gebeurt door Airbus en Boeing, ver weg van Twente.
De enige Twentse bijdrage van betekenis voor de toekomst van de luchtvaart wordt in Nijverdal geleverd. Koninklijke Ten Cate, ontwikkelt en produceert lichtgewicht kunststof vezels, waarvan platen worden geweven die ondermeer worden gebruikt in vliegtuigrompen en -interieurs. Het bedrijf heeft een rijk textielverleden en een enorme expertise opgebouwd. Het is mondiaal dan ook een van de grootste spelers in die markt.
Daar komt bij dat het nog wel even duurt voordat elektrisch vliegen een serieus alternatief zal zijn voor de fossiele luchtvaart. Naar verwachting kan er over een paar jaar gevolgen worden met een handvol - sommige futuristen denken tot honderd - passagiers over afstanden tussen de vijfhonderd en duizend kilometer. Al naar gelang wie je vraagt naar een dergelijke prognose.
Daarmee overbrug je op z’n best de afstand tussen Enschede en Marseille, Wenen of Warschau.
Elektrisch vliegen vraagt volgens experts vier keer meer energie dan brandstofmotoren doen. Die moet ergens vandaan komen. Dat is alleen duurzaam als die energie op een schone manier wordt opgewekt. Dat hoeft niet allemaal uit Twente te komen natuurlijk, maar wie de ambitie heeft om op den duur duurzaam te gaan vliegen, mag dan ook best een flinke duit in het zakje doen om de energie die daarvoor nodig is op te wekken. Twente is alleen bepaald geen koploper als het om het opwekken van duurzame energie gaat.
3,6 procent van het aantal inwoners in Nederland woont in onze regio. Het aandeel op land opgewekte duurzame energie dat uit Twente komt, was vorig jaar maar 0,04 procent van het landelijke totaal.
Een van de redenen is dat Twente een van de drie regio’s is waar geen enkele windmolen staat. De andere twee zijn Amersfoort en Zuid-Limburg. Bottleneck is onder meer de netcapaciteit: die kan serieuze hoeveelheden duurzaam opgewekte stroom nog helemaal niet aan. Wil duurzaam vliegen vanuit Twente mogelijk zijn, dan zijn er nog wel wat slagen te maken.
Enschede kent, tot slot, een forse politieke waterscheiding tussen partijen die rap willen verduurzamen en die het allemaal zo’n vaart niet zien lopen. Het zijn het dezelfde partijen die wèl een luchthaven willen, maar niet de grootste haast maken met plannen voor het opwekken van duurzame energie in Twente.
Dat maakt de slagvaardigheid er niet groter op om rap te bouwen aan een infrastructuur waarmee duurzaam vliegen vanaf een gedroom Twente Airport een lonkend perspectief wordt - als zoiets al rendabel is. Of om een serieuze speler te worden in de ontwikkeling ervan.
Daar komt bij dat het maar de vraag is of de Provincie - eveneens voor de helft eigenaar van het terrein - heil ziet in een burgerluchthaven in Twente.
In de zoektocht naar een ontwikkeling die Twente - en dan met name Enschede - hogerop kan stuwen op de landelijke sociaal-economische lijstjes wordt veel gekeken naar Brabant. En dan met name naar Brainport Eindhoven en die andere oud-textielstad: Tilburg. Daar zijn twee redenen voor.
De eerste is dat ook daar allesbepalende industrieën verdwenen (textiel en Philips) en de tweede is dat Eindhoven en Tilburg in de decennia een stormachtige ontwikkeling hebben doorgemaakt. In tegenstelling tot Enschede, dat bleef steken.
In Omarm Enschede heeft 1Twente onder meer onderzocht wat de redenen voor die blijvende achtergestelde positie van de grootste stad van Overijssel is. Daaruit blijkt dat de ligging van Enschede daarin de doorslaggevende factor is. Brabant ligt op de economische assen van de havens van Rotterdam en Antwerpen naar het Roergebied, bevolkingscentra en bedrijvigheid liggen in een dicht netwerk van wegen en spoorlijnen.
Enschede moet het, als het gaat om werk en regionaal inkomen, van zichzelf hebben. De dichtstbijzijnde economische centra - Münster vooral, en in mindere mate Zwolle, Apeldoorn en Arnhem - liggen op ruim een uur afstand. En dat is te ver om er hier profijt van te trekken.
Beleidsmakers zijn er al geruime tijd van doordrongen dat een betere bereikbaarheid cruciaal is om de boel in Enschede echt vlot te trekken. Vraag is of luchtvaart - al dan niet duurzaam - het type bereikbaarheid is om dat voor elkaar te krijgen.
Veel snellere spoorverbindingen zijn in elk geval een stuk eenvoudiger te realiseren, ook als het om duurzaamheid gaat. En goedkoper. Bovendien zijn daarvoor al plannen in de maak.
Voor dit artikel is gebruik gemaakt van een aantal verschillende bronnen, waaronder CBS-cijfers, het plan van de Commissie van Wijzen m.b.t. de toekomst voor het Twentse luchthaventerrein, artikelen over de ontwikkelingen rond Lelystad Airport, prognoses van onder meer Shell en publicaties van ontwikkelaars en wetenschappers op het gebied van elektrisch vliegen en de ontwikkeling van luchtmobiliteit.