Bij de laatste gemeenteraadsverkiezingen bleef in Enschede ruim de helft van de stemgerechtigden thuis. Het vertrouwen in de politiek is laag. Maar niet alleen inwoners weten niet goed wat ze aanmoeten met die raadszaal, ook politici vinden dat het anders moet.
Die tanende belangstelling voor politiek is geen Enschedees fenomeen, natuurlijk. Toch trekt de stad het zich aan. Raadsleden, burgemeester, wethouders en ambtenaren zoeken naar nieuwe manieren om de plaatselijke politiek weer dichter bij haar inwoners te krijgen. Raadsgriffier Rolf Jongedijk is een belangrijke spil in dat proces. Hij schoof aan bij 1Twente Vandaag.
Of het nou om kapotte lantaarnpalen en hondendrollen gaat, of de vraag of en waar er huisvesting voor asielzoekers of windmolens moeten komen: het is allemaal gemeentepolitiek. Met de gemeenteraad als capo di capi, eindbaas. Een orgaan dat bestaat uit leken, inwoners van allerlei pluimage, met verschillende ideeën over de wereld. Afkomst of sociale klasse speelt geen rol, iedereen kan er deel van uitmaken.
Democratie pur sang: het volk regeert over de eigen stad. In theorie, want een flink deel van dat volk laat zich er weinig aan gelegen liggen. En in de praktijk is de volksvertegenwoordiging zelf vooral druk met voorstellen van B&W en ambtenarij, in plaats van zelf te bepalen wat er op de agenda moet.
Griffier Jongedijk heeft, met een tienkoppig team, de taak om de gemeenteraad te helpen haar werk zo goed mogelijk te doen. Onafhankelijk en neutraal, los van politieke voorkeur, B&W en de rest van de ambtenarij. Zo’n gemeenteraad heeft een dubbele taak: de grote lijn bepalen van wat er in de stad gebeurt èn het controleren van ‘de macht’ - van burgemeester en wethouders.
Met name van dat eerste komt te weinig terecht, vinden raadsleden zelf. De gemeenteraad reageert vooral op wat B&W aandraagt en ‘stuurt’ te weinig op wat de stad belangrijk vindt. De raad moet meer aan de bal, de invloed van politieke beslissingen moet duidelijker en directer in de stad te merken zijn.
Twee jaar geleden startten gesprekken over manieren om de gemeenteraad meer aan de bal te laten zijn. Na de gemeenteraadsverkiezingen van maart jongstleden moest de nieuwe volksvertegenwoordiging ermee aan de slag kunnen.
Griffier Rolf Jongedijk vindt ‘flexraad’ een vreselijke term. Is het ook, laten we er geen doekjes om winden. Hij is op zoek naar een alternatief. Wie een betere aanduiding voor die informerende raadsbijeenkomst weet (en beter is ‘ie al gauw), mag die mailen naar [email protected]. Of naar ons, mag ook ([email protected]), sturen wij het door. De tofste inzending krijgt een gemeentelijke VIP-behandeling, verzorgd door de griffier zelf.
De ‘flexraad’, die maandagavond voor het eerst plaatsvond, is een van de experimenten met nieuwe manieren van vergaderen. Geen debat, wel een gesprek. Niet in de raadszaal, maar in de stad. Met mensen die te maken hebben met het thema dat op de agenda staat.
Maandagavond ging het over gelijke kansen, een groot en gedeeld punt van zorg in de Enschedese politiek. De verschillen tussen wijken en inwoners zijn steeds groter geworden. Dan gaat het over gezondheid en slagingskansen in het onderwijs en op de banenmarkt.
Grote vraag is wat Enschede kan doen om ervoor te zorgen dat inwoners in het leven gelijke kansen hebben. Raadsleden lieten zich informeren door mensen uit de stad die dagelijks de gevolgen van ongelijkheid ondervinden: wetenschappers, maar ook docenten, wijkcoaches en welzijnswerkers.
Het grote plaatje: de Enschedese politiek gaat niet over onderwijsgeld of de hoogte van uitkeringen, maar wèl over bijvoorbeeld schoollocaties en -voorzieningen, jongerenwerkers en jeugdzorg. Veel van die voorzieningen zijn in de voorbije jaren wegbezuinigd. En dat wordt gevoeld. Soms leveren projecten extra geld en mogelijkheden op, maar dat is tijdelijk. Wil je dat de kansen voor iedereen toenemen, dan vraagt dat jarenlange inzet en aandacht.
De avond vond plaats op de vmbo-locatie voor het vakonderwijs van het Stedelijk Lyceum, een school waar eenderde van de leerlingen in de klassen passend onderwijs nodig heeft en een kwart te maken heeft met een stapeling van problemen. Dat kan gaan om verwaarlozing of erger thuis, maar ook met armoede, drugsgebruik of psychisch leed.
Wie weet wat dat voor gevolgen heeft in de praktijk, maakt betere keuzes om daar iets aan te doen. Echt weten wat er speelt, maakt het debat in de raadszaal waarachtiger. Minder politiek, meer gericht op echte problemen.
De aanwezige Enschedese raadsleden - en dat waren er veel - toonden zich oprecht geïnteresseerd. Dat tekent de lokale politiek: bij alle 39 Enschedese raadsleden, van links tot rechts, valt een grote betrokkenheid bij de stad en haar inwoners te bespeuren.
Zeker, de valkuil om in debatten toch vooral met politiek bezig te zijn en het grotere belang van stad en inwoners uit het oog te verliezen is er ook in Enschede. Maar als die stad eerst haar kant van het verhaal kan laten horen, blijken raadsleden vol vragen te zitten en te willen luisteren naar de antwoorden.
Nederland heeft een uniek democratisch model: de leiders van het land, de provincie en de stad zijn niet gekozen maar aangewezen. Zij besturen, maar zijn niet de baas. Dat is de volksvertegenwoordiging: de Tweede Kamer, de Provinciale Staten en de gemeenteraad. Zo staat het in de Grondwet. Sterker: burgemeester en wethouders (B&W) worden daarin niet eens genoemd.
De gemeenteraad benoemt (en ontslaat) dan ook de burgemeester en de wethouders en gaat in Enschede over de bijna 2.000 gemeente-ambtenaren. In de praktijk komt er van die leidende rol weinig terecht. Dat komt voor een belangrijk deel omdat ambtenaren en B&W professionals zijn en vrijwel alle plannen voor de stad uit hun koker komen. De gemeenteraad bestaat uit leken en parttimers. Zij controleren de plannen, maar bedenken ze zelden zelf.
Gedachte is dat zo’n flexraad helpt om in het debat over ingewikkelde kwesties te praten over wat er echt speelt en minder snel te blijven hangen in steekspelletjes over partijstandpunten en politieke tegenstellingen. Politieke ideologie als richtsnoer bij het vinden van oplossingen voor problemen, niet een aanleiding om elkaar vliegen af te vangen.
Nog zo’n ‘instrument’ dat bedoeld is om de stadspolitiek meer vleugels te geven, is de wekelijkse actualiteitenraad. Zeg: een vragenuurtje, voorafgaand aan de reguliere raadsvergaderingen. Raadsleden kunnen dan actuele thema’s aandragen, zaken die op dat moment spelen. Voorheen kwam de gemeenteraad daar vaak niet aan toe; de raadsagenda zat (en zit) bomvol.
Tijdens dat vragenuurtje vinden mini-debatjes plaats, reageert B&W op gestelde vragen en komt er soms een toezegging om actie te ondernemen.