Geen enkele Nederlander stond vaker aan de aftrap van een EK dodgeball dan Jannus op den Brouw. Wat dat betreft is deze 29-jarige Hengeloër een levende legende. De recordinternational kan echter probleemloos over straat in Hengelo, de stad waar hij al bijna z'n hele leven woont. Er valt namelijk een wereld te winnen als het gaat om de populariteit van de sport. Deze week is Op den Brouw begonnen om bij HGV in Hengelo een team van de grond te krijgen. Met als doel deelname aan Europese clubtoernooien.
Dodgeball is de Engelse naam voor 'trefbal', een spelletje dat we allemaal kennen van de basisschool. De manier waarop Op den Brouw en z'n teamgenoten de sport beoefenen is echter een stuk professioneler, intensiever en blessuregevoeliger dan de 'schoolvariant'. Op den Brouw: "Het is inderdaad een pittige en blessuregevoelige sport. Ik heb regelmatig enkelbanden afgescheurd en vingers gebroken en mijn duim is blijvend beschadigd. Ik sport nog wel, maar wel altijd met pijn."
Toch is de recordhoudende Oranjespeler vurig pleitbezorger van de volgens hem 'mooiste sport ter wereld': "Winst of verlies, dat staat of valt met split second beslissingen. Je ontwijkt bijvoorbeeld twee ballen van de tegenstanders, pakt vervolgens zelf een bal van de middellijn, gooit iemand uit en vangt daarna een bal. Dat kan allemaal binnen drie seconden gebeurd zijn. Als ik met het spel bezig ben, vergeet ik de hele wereld om me heen."
Als kind deed Jannus aan badminton, judo en voetbal. Toen hij na z'n diplomering aan Twickel voor zijn studie naar Leeuwarden verhuisde, kwam hij in aanraking met dodgeball: "Ik zocht een nieuwe sport en ging een keer kijken bij een demonstratie. Ik was meteen verkocht en heb sindsdien geen training of wedstrijd gemist."
Met z'n team was hij erg succesvol. Als captain speelde hij met z'n Friese teamgenoten tal van wedstrijden in het hele land en altijd werd er gewonnen. Sinds 2016 doet hij met het Nederlands team mee aan EK's en daar leerde hij voor het eerst wat verliezen is. Hij lacht: "Dat was ook wel een keer goed. Overigens heb ik me met het Nederlandse team nog nooit weten te kwalificeren voor een WK. Dat is een doel dat ik beslist nog heb."
Vanwege zijn werk als docent keerde hij terug naar Hengelo en hier wil hij nu bij de Hengelose Gymnastiekvereniging (HGV) een team opzetten. Net zoals er de afgelopen jaren dankzij 'zendelingen' uit Leeuwarden teams van de grond kwamen in Amsterdam, Haarlem, Utrecht, Zwolle en Drachten. "De in 2018 opgerichte Dodgeball Bond Nederland, waar Op de Brouw in het bestuur zit, telt inmiddels zo'n honderd spelende leden en dat aantal groeit gestaag verder: "Corona heeft er even een rem opgezet, maar nu groeien we weer. Dinsdag gaf ik de eerste les in Hengelo. Vier mensen deden er mee. Of dat tegenviel? Nee, zo klein begint het altijd."
Eind januari moet er in Hengelo een toernooi georganiseerd gaan worden en in maart hoopt Op den Brouw met een Hengelo's team aan de aftrap van een Europees clubtoernooi te staan. Zelf hoopt hij daar ook deel van uit te maken. Of hij de sport nog lang kan beoefenen op hoog niveau? "Als je blessurevrij en fit kunt blijven, kun je tot je veertigste aan dodgeball doen, maar ik denk niet dat ik dat ga halen. Ik zal echter altijd bij de sport betrokken blijven. Daarvoor vind ik dodgeball simpelweg te mooi.
VIDEO | Zo speel je het spel: