Aan de vooravond van economisch mindere tijden staat ook de gemeente Enschede een moeilijke periode te wachten. Gek genoeg: mede door de torenhoge inflatie en hoge rijksuitgaven stijgen de inkomsten van de gemeente. Maar dat geldt aan de andere kant ook voor de kosten. Toch wil het college juist nu investeren in de ontwikkeling van de stad. Dat betekent keuzes maken en stoppen met jaarlijks geld opzij zetten.
Niet sparen, maar geld uitgeven. Op papier lijkt het een kleinigheid, maar in de praktijk is het een serieuze koerswijziging van de gemeente. Sinds 2013 stopt de gemeente jaarlijks bijna 10 miljoen euro in de gemeentelijke spaarpot om rekening te houden met onverwachte kosten. Nu er genoeg vet op de botten zit (de spaarpot telt bijna 100 miljoen euro) wordt juist de omgekeerde beweging gemaakt.
Is het slim om te stoppen met sparen? "Ja", denkt wethouder financiën Marc Teutelink. "We zijn jaren zuinig geweest en hebben pijnlijke bezuinigingen moeten doorvoeren. Dit is het moment om te investeren in de stad." Het is de tegendraadse manier van begroten: in goede tijden bouw je een buffer op door te sparen, in slechte tijden verzacht je de pijn door uit te geven.
Het spaarprogramma van toenmalig financieel wethouder Eelco Eerenberg heeft Enschede geen windeieren gelegd, concludeert het huidige college in de gemeentebegroting voor 2023 en verder. De stad heeft de laatste jaren minder geïnvesteerd, de woningbouw is wat gestagneerd en de ontwikkeling van Enschede is achtergebleven bij concurrerende steden. Toch stelt dit de gemeente nu in de gelegenheid om ondanks alle negatieve landelijke ontwikkelingen te investeren in de stad.
Het spaarplan is omgezet in een investeringsagenda. Elk jaar wordt er 4 miljoen euro in gestopt, plus eenmalig 15 miljoen extra. Deze middelen worden gebruikt voor bijdragen in ambitieuze woningbouwplannen zoals het Centrumkwadraat. Maar ook de heropening van zwembad De Brug (2 miljoen euro), de ontwikkeling van een 'huis van de wijk' in Twekkelerveld (2,5 miljoen) en verduurzaming van de hobbykamerwoningen in Enschede-Zuid (7 miljoen) staan op het lijstje.
Lees verder onder de afbeelding
Volgens wethouder Jeroen Diepemaat is het nu broodnodig om te investeren in de stad. "Dat is nodig om op het voorzieningenniveau op peil te houden. Om een aantrekkelijke stad te blijven", vertelt hij. In de begroting rept het college nog altijd over een groei naar 170.000 inwoners, terwijl er ook wordt gebouwd voor Enschedeërs die nu 'vastzitten' in de lokale woningmarkt. Kan dat wel samen? "Die 170.000 inwoners is geen doel op zich", aldus Diepemaat. "Het is omdat we dat een grappig getal vinden. Maar onze insteek ligt wel iets breder dan dat. Het gaat niet perse om het aantal inwoners, maar om de richting die we als stad op willen."
Pijnlijke keuzes worden wel gemaakt, staat in de begroting. Maar wanneer financieel wethouder Teutelink daar naar wordt gevraagd, zegt hij dat het meevalt. De 'pijn' lijkt vooral te zitten in het feit dat (nog) niet alle beloftes in het eerder dit jaar gesloten coalitieakkoord kunnen worden waargemaakt. Desondanks wordt er wel gestart met een proef voor het eerste uur gratis parkeren in de gemeentelijke parkeergarages, gaat het 'gratis' stortquotum voor grofvuil naar 300 kilo (nu 75 kg) en wordt er vol ingezet op preventief beleid in de (jeugd)zorg.
Toch zal ook de gemeente Enschede geraakt worden door de torenhoge inflatie en loonsverhogingen. Hoe hard, dat is koffiedik kijken. Niemand weet hoe de wereld er over een jaar financieel gezien uitziet. "Waar ik wel blij om ben", zegt Teutelink, "is dat we er in zijn geslaagd om de gemeentelijke lasten minimaal te laten oplopen." Het gaat om - gemiddeld gezien - zo'n 12 euro per huishouden per jaar. "Ook hebben we als gemeente een dure lening afgekocht, om structureel meer ruimte in de begroting te creëren."
Voor de komende jaren verwacht Marc Teutelink dat de gemeentefinanciën goed voor elkaar zijn. Er wordt geteerd op de goedgevulde spaarpot, die zonder grote veranderingen ook in 2026 nog sterk genoeg is om alle risico's te kunnen opvangen. Vanaf dat moment ontstaat er wel veel meer onzekerheid. Het is nog onduidelijk hoeveel geld Enschede vanaf 2026 via het Gemeentefonds krijgt van het Rijk. Dit potje is de belangrijkste inkomstenbron van een gemeente. Op dit moment staat er een dik verlies van 14 miljoen euro ingetekend.
"We hebben er voor gekozen om daar nog niet te veel op te anticiperen, omdat er nog veel kan veranderen", zegt Teutelink. Landelijk voeren gemeenten een lobby om meer geld te krijgen. "Twee jaar geleden hadden we het over één crisis (corona, red.), nu hebben we het over meerdere." Enschedeërs zullen de landelijke ontwikkelingen in hun portemonnee gaan voelen. "Daarvoor hebben we een noodfonds in het leven geroepen", aldus wethouder Arjan Kampman, die duidelijk is in zijn standpunt. "Er is op dit moment maar één crisis en dat is een bestuurscrisis in Den Haag. Het is heel simpel: te veel mensen hebben op dit moment gewoon te weinig geld."