Stel: je bent negentig. Je hebt je schouder gebroken, bent om die reden een week of wat opgenomen in een zorginstelling in een andere gemeente en je moet voor foto’s naar het ZGT in Almelo. Je bent voorlopig niet mobiel en aangewezen op rolstoelvervoer. Dan ben je in de aap gelogeerd, zo blijkt uit het verhaal van de Hengelose Jennie Ten Harkel-Nijhof (90 dus).
Waar Ten Harkel normaal gesproken probleemloos gebruik maakt van de RegioTaxi - ze heeft sinds jaar en dag een pas voor de Twentse zorgvervoerder - kan dat nu niet. Ze moet zelf vervoer regelen. Via een particulier taxibedrijf. De reden: de zorgsystemen slikken haar tijdelijke situatie niet.
Mevrouw is Hengelose maar verblijft tijdelijk - de verwachting is enkele weken - op een afdeling van een Enschedese zorgorganisatie. Het was de enig beschikbare plek; het heeft, na de val waarbij ze haar schouder brak, een halve dag bellen gekost om de tijdelijke opvang te regelen. Deze week moet ze foto’s laten maken in het Almelose ziekenhuis, waar ze na die val per ambulance werd heengebracht. Ook omdat daar op dat moment plek was.
In het ziekenhuis werd een gebroken schouder vastgesteld. Die werd gezet, maar mevrouw moest kalm aan doen en zou een aantal weken 24-uurszorg nodig hebben. Ze is, ook weer per ambulance, naar de Enschedese zorginstelling gebracht. Regulier vervoer is te risicovol. Om diezelfde reden zit ze voorlopig in een rolstoel.
Deze week moet ze weer naar het ziekenhuis. Voor foto’s van haar schouder. Is de breuk stabiel, dan kan hij verder genezen. Anders is een ingreep noodzakelijk. Een vervolgbehandeling, dus. Vervoer in een gewone personenauto is geen goed idee; te belastend voor die schouder en te risicovol. Mevrouw is dus afhankelijk van speciaal vervoer, een RegioTaxi die een rolstoel kan vervoeren, bijvoorbeeld.
Nou beschikt RegioTaxi over dat soort voertuigen. En die dingen doen het. Chauffeurs zijn er ook. Maar Enschede, waar mevrouw tijdelijk verblijft, is geen Hengelo. En dat blijkt een onoverkomelijk probleem: RegioTaxi kan het reguliere Hengelose adres van mevrouw, waar ze normaliter wordt opgehaald en teruggebracht, niet voor een paar weken veranderen in het adres van haar tijdelijke verblijfplaats in Enschede.
“Dat laat het systeem niet toe”, was de onwrikbare reactie van het vervoersbedrijf van Samen14. En dus kan er niet gereden worden. ‘Computer says: “No!”’. Navraag bij het Hengelose en Enschedese Zorgloket leert dat het systeem waar Samen14 gebruik van maakt is gekoppeld aan het GBA, de gemeentelijke basisadministratie waarin onder meer woonadressen worden vastgelegd. Tijdelijke adressen kunnen niet worden verwerkt.
De site van RegioTaxi vermeldt dat het bedrijf er is ‘om Twentse inwoners van deur tot deur te vervoeren’. En: ‘Inwoners die hiervoor in aanmerking komen zijn in het bezit van een Regiotaxi Twente pas.’ Klik je door naar de reisvoorwaarden, dan blijkt dat ritten met de RegioTaxi altijd moeten beginnen en eindigen in de gemeente die de indicatie heeft afgegeven. Hengelo dus, in het geval van mevrouw Ten Harkel. Niet Enschede.
De veertien Twentse gemeenten kopen zorg en voorzieningen gezamenlijk in. Dat gebeurt onder de samenwerkingskoepel Samen14. De RegioTaxi is een Wmo-voorziening en valt daarmee onder dat Twentse samenwerkingsverband. Maar de vergoeding voor Wmo-voorzieningen wordt betaald door de gemeente waar degene die zo’n voorziening nodig heeft woont.
Als het om de RegioTaxi gaat, heeft Samen14 dat vertaald in een ‘woonplaatsbeginsel’: de rit moet starten of eindigen in de eigen woonplaats. Wie tijdelijk moet uitwijken naar een verblijfadres elders in de regio, omdat er in de eigen woonplaats geen plek is, kan er geen gebruik van maken.
De gemeentegrens als IJzeren Gordijn in Twentse samenwerking. Samen14, maar dan in een LAT-variant. Met strikte regels.
Niet dat Twente daar uniek in is. De zorgindustrie zorgt al jaren vooral voor de zorgindustrie. Dienstverlening is vervangen door efficiency en markt, diensten zijn producten geworden en hulpbehoevenden consumenten. Managers zorgen ervoor dat alle vinkjes op de juiste plek staan.
Samengevat: de hulpbehoevende inwoner is de sjaak.
De Hengelose en Enschedese Zorgloketten hebben dan ook geen oplossing. “Mevrouw zou kunnen proberen te overleggen met het taxibedrijf. Als die akkoord gaan, vinden wij het ook akkoord." Is geprobeerd: dat bedrijf gaat niet akkoord. Uiteraard niet. Maatschappelijke zorg is niet belegd bij ondernemers. En die voelen zich ook niet als eerste geroepen om gaten in het systeem te dichten.
Menzis vergoedt alleen regelmatige noodzakelijke rolstoelritten; incidentele retourtjes, zoals mevrouw nodig heeft, niet. Zo staat het in de voorwaarden.
De gesproken medewerkers van die zorgloketten en de verzekeraar hebben het met mevrouw te doen en denken actief mee. De gedachte om in zo'n geval een regel aan de laars te lappen en de vinkjes de vinkjes te laten, komt daarbij niet op. Toegegeven: het is een stoutmoedige gedachte, maar dan heb je wel voldaan aan je maatschappelijke opdracht.
De kosten voor een particuliere rolstoelvervoerder bedragen 205 euro. Dat heeft mevrouw inmiddels uitgezocht. Ze moet in de komende weken drie keer voor controles naar het Almelose ziekenhuis.
Ze overweegt nu haar zoons te vragen haar een paar keer in haar rolstoel tot vlak over de Hengelose gemeentegrens te duwen. Kan de RegioTaxi haar daar oppikken voor transport naar Almelo. Scheelt haar zeshonderd euro, die ze echt niet even zomaar ophoest. En het is een aardig uitje. Als het niet regent.
Haar kinderen zoeken op dit moment uit wie er nou eigenlijk verantwoordelijk is voor het vervoer van hun moeder.