Hittestress. Woord van het jaar zal het niet meer worden, daar is het niet nieuw genoeg voor, maar woord van de dag des te vaker. Maar wat ìs het eigenlijk? Wat merk je ervan en is er iets aan te doen? Wij maakten een rondrit door Enschede, gewapend met meetapparatuur. De verschillen zijn enorm. En, ja, er is een hoop aan te doen.
Onze rondrit begint bij het Balengebouw, op de stoep, en voert via Roombeek, het Van Heekpark en het Van Heekplein naar de Bothoven en de voetbalvelden van C.V.V. Sparta. We meten de temperatuur van de materialen die zijn blootgesteld aan de verzengende zon. Het is ’s middags na drieën, het heetste moment van 19 juli 2022. De tot nu toe heetste dag van het jaar.
Na afloop van het (bescheiden) rondje Enschede vallen de conclusies als rijpe appels in het mandje. Het beeld is overal hetzelfde; hadden we twintig locaties meer aangedaan, dan was dat niet anders geweest. We trekken twee hoofdconclusies.
Een stad als Enschede is een bakoven op dagen als deze. En hij koelt verrekte langzaam af. De oorzaak: steen.
Maar de verschillen zijn groot, soms ronduit enorm. Zowel waar het die temperatuur van door de zon verhitte materialen betreft als wanneer het gaat om hoe snel of langzaam de boel weer afkoelt. De factoren die het verschil maken zijn: het soort materiaal, schaduw, wind en - de belangrijkste - groen. Of eigenlijk: de mate van verdamping.
betonvloer Van Heekgarage (ondergronds): 18º
betonvloer parkeerplek De Bothoven (schaduw, groen dak): 18º
stromend water (Roombeek): 20º
lang, groen gras langs de Roombeek (halfschaduw, Van Heekpark): 27º
gemaaid groen gras (halfschaduw, Van Heekpark): 35º
lichte steen, bestrating (schaduw): 31º
donkere steen, bestrating (schaduw): 37º
lichte steen, bestrating (zon): 53º
bitumen dakbedekking, afgedekt met wit zeil (zon): 55º
geel gras (zon): 60º
kunstgras: 60º
donkere steen, bestrating (zon): 62º
bitumen dakbedekking, zwart (zon): 77º
Simpel gezegd: hoe meer verdamping er plaatsvindt, hoe koeler het blijft. Groen moet natuurlijk groen zijn - een kunstgrasveld in de volle zon is heter dan een klinkerstraat - maar vooral levend groen. Alleen als er voor planten en bomen water te verdampen valt, verkoelen zij hun omgeving. In onze metingen blijkt verdord gras zelfs nog wat heter te worden dan straatstenen.
Het is het samenspel van het materiaal dat aan de zon is blootgesteld en de hoeveelheid schaduw, wind en verdamping, dat bepaalt hoe warm de boel wordt. Daarbij speelt niet alleen het soort materiaal, maar ook de kleur ervan een belangrijke rol. Door de bank genomen komt het hierop neer: hoe harder en hoe donkerder, hoe warmer.
Een binnenstad is wat dat betreft een steenwoestijn: bloedheet. Dat geldt zeker voor een plek als het Enschedese Van Heekplein. Als er in de voorbije weken al water is gevallen, dan is dat allang afgevoerd. De paar platanen die er staan doen wel iets, zolang ze voldoende water hebben, maar dan alleen voor de tegels (en de mensen en duiven die erop wandelen) er pal onder; die zijn al gauw vijfentwintig (!) graden koeler dan die op de rest van het plein.
Veel van de bewoners die rondom die steenwoestijn in appartementen wonen, kijken uit op zwart-bitumen daken. Of ze wonen eronder. Het verschil tussen dat zwart boven het plein en het beton van de parkeergarage eronder is zestig graden. En - pak ‘m beet - twintig meter.
Maar er speelt meer, als het om hitte gaat. Zo’n steenwoestijn wordt niet alleen bar heet, hij koelt ook verrekte langzaam af. Daar zit een belangrijk verschil met bijvoorbeeld het dorre gras in het Van Heekpark, dat even heet wordt. Dat gras koelt ’s avonds snel af, net als het zand op het strand. Stenen doen dat niet. In een stad als Enschede ontstaan zogenaamde hitte-eilanden, plekken waar de warmte zich ophoopt.
Op deze website krijg je een aardig beeld van wat hitte in jouw straat en wijk doet.
Tussen januari 2018 en november vorig jaar is op zes plekken in en rond de stad elk kwartier de temperatuur gemeten. Die informatie levert en gedetailleerd beeld op van de manier waarop temperatuur zich op die plekken elke dag ontwikkelt. Ook op snikhete dagen. Zoals 24 juli 2019 en 19 juli 2022.
Wat opvalt is dat de temperatuur in de stenen stad en in haar ‘groene longen’ ongeveer even snel oploopt. Maar tussen dat groen, ook het groen in de stad zelf, koelt het veel sneller weer af. De stenen houden de hitte vast. Het gevolg is dat die steenstad veel warmer aan een nieuwe hete dag begint.
Na voltooiing van het rondje Enschede en de metingen, zetten we de bevindingen op een rijtje. Wat zegt het? En wat kun je ermee?
Enschede krijgt er een hoop steen bij in de komende tien jaar. Niet zelden op plekken waar het nu groen is, of waar het groen zou kunnen worden. Neem de spoorzone, de Molenstraat. Laagbouw, groene plukjes en braakliggend terrein maken plaats voor hoogbouw. Vraag is waar het groen gaat komen dat die groter wordende stadsoven kan koelen. Maar dat is aan stedenbouwkundigen, planners, beleidsmakers en bestuurders.
We stellen vast dat één enkele boom al een wereld van verschil maakt. Twee stoeptegels naast elkaar, de een in de volle zon, de ander in de schaduw. Die laatste tegel is vijfentwintig graden koeler. Hetzelfde geldt voor een groen grastapijtje en zo’n tegel in de volle zon. Combineer je boom (en dus schaduw) met dat gras, dan is het verschil al gauw ruim dertig graden. Voeg er nog wat stromend water aan toe…
Tips? Dat zijn er talloze. Het maakt een hoop uit of je tegels of graszoden in je tuin hebt. Heb je gras, zorg er dan voor dat dat groen blijft. Met regenwater bijvoorbeeld, verzameld in een ton of vijver. En als je een boom plant, is het slim om ervoor te zorgen dat de schaduw daarvan op je gevel valt. Wat niet opwarmt, hoeft ook niet af te koelen.
De schaduw van een boom is sowieso veel verkoelender dan dat van een zonnescherm. Katoen verdampt niks. Daarom is het onder een scherm of een parasol zoveel warmer dan onder een boom.
Platte daken, zeker als die zijn bedekt met bitumen, worden snoeiheet. Onder zo’n dak, tegen het plafond binnen, zal het al gauw zo’n vijftig graden worden. Airco is leuk, maar die loost zijn warmte op een toch al snoeiheet dak. Maak je dat wit - met een zeil, of met ander materiaal - dan scheelt dat twintig graden. En een hoop energie.
Een groen dak is nog beter (maar duurder), mits je ervoor zorgt dat die sedumplantjes voldoende water krijgen. Sedum zelf kan een hele tijd zonder, maar het verdampt en verkoelt dan niet meer.
En kunstgras? Laten we eerlijk zijn: dat was altijd al een slecht idee.