De Enschedese Carmen ten Tusscher (16) nam woensdagmiddag de eerste prijs in ontvangst van een essay-wedstrijd over dominee Leendert Overduin. De wedstrijd was uitgeschreven onder jongeren van 14 tot 18 jaar in Enschede, partnersteden Palo Alto en Münster en Heidelberg. Carmen won de Enschedese editie.
De schrijfwedstrijd was een voortvloeisel van het boek en de documentaire ‘het geweten van een stad’ (Willy Berends en Cars Bijlstra) over het leven van de Enschedese verzetsheld Overduin, die in 2020 uitkwam. De docu kreeg aandacht in Amerika en werd nagesynchroniseerd. Uit contact met partnerstad Palo Alto ontstond het idee voor een schrijfwedstrijd voor jongeren, waar andere partnersteden bij aansloten (Heidelberg is een partnerstad van Palo Alto).
Carmen legt het zwaartepunt van haar essay bij morele moed en het geweten. “Mensen zijn zoveel voor zichzelf bezig”, zei ze in een dankwoordje. “Leendert Overduin is een heel groot voorbeeld van wat het betekent om er voor anderen te zijn.”
Leendert Overduin (1900 - 1976) was predikant in Enschede toen de Tweede Wereldoorlog uitbrak. Nadat de nazi’s in 1941 ruim honderd Enschedese Joden op transport naar Mauthausen zette en er enkele maanden later overlijdensberichten binnenkwamen, drong in heel Nederland het besef door dat het doel van die transporten niet arbeid maar moord was. Overduin richtte een verzetsgroep op, die uiteindelijk ruim dertig procent van alle Twentse Joden (zo’n 1000) uit handen van de bezetter wist te houden. Na de oorlog zette hij zich in voor een rechtvaardige behandeling van NSB’ers, onder wie Anne Christine Lasonder-Bauer, weduwe van de Enschedese notabele op wiens voormalige landgoed de huidige Universiteit Twente staat.
Daarmee vatte ze kort het thema van de schrijfwedstrijd samen: burgermoed, of ‘civil courage’ in de engelstalige variant op dat thema. Overduin was ‘een van die bijzonder mensen die vond dat het zijn taak op aarde was om anderen zijn hulp te bieden’, schrijft Carmen in haar essay. ‘Ondanks dat ontzettend veel mensen het verkeerde deden, of door hun angst blind waren voor het gruwelijke wat er gebeurde, besloot hij zijn geweten te volgen’.
Noa Horstink, de nummer twee, verwoordde het zo: “Ik had niet verwacht dat iemand zoveel voor iemand anders kan doen en betekenen.”
Roelof Bleker, burgemeester van Enschede, reikte de prijzen uit. Zijn partnerstad-collega uit Palo Alto, mayor Pat Burt, was er ook. Burt memoreerde, zichtbaar aangedaan, het verhaal van Uri Elzur, een inwoner van het Californische stadje, dat vooral bekend is omdat Silicon Valley er onderdeel van uitmaakt.
Elzur was aanwezig bij de uitreiking van de Amerikaanse prijzen en vertelde daar dat zijn moeder werd gered door Overduin. “Zonder hem was ik er niet geweest.” Burt: “Wij praten en schrijven erover. Maar als zo’n man zoiets zegt, voel je hoe reëel het is.”
Overduin zelf heeft na de oorlog nooit van heldendom willen weten. Hij deed wat hij vond dat hij moest doen. Wellicht mede om die reden is er lang nauwelijks over Overduin gesproken. Pas na zijn dood, zo’n twintig jaar geleden, kreeg zijn levensverhaal meer aandacht.
Arnold Brekkenkamp (1930), eveneens oud-predikant en een van de vertellers uit de documentaire ‘Het geweten van een stad’, hintte in een toespraakje op een standbeeld voor de Enschedese oorlogsheld. “Als Overduin in Amsterdam had gewoond, had er allang een gestaan. Middenin de Joodse buurt.
Een essay is een korte, geschreven beschouwing waarin de schrijver zijn persoonlijke kijk verwoordt op een thema, een gebeurtenis of een ontwikkeling.