Hengeloërs Henri Moquette en Willem Wilmink werden voor hun verzetsdaden door de bezetter gefusilleerd op vliegveld Soesterberg, maar nooit werden ze genoemd tijdens herdenkingen in hun gemeente. Negenzeventig jaar na dato werden beide verzetshelden eindelijk geëerd met een herdenkingsplaquette in hun vroegere buurt, de Hengelose Es.
Het was een kleinschalige herdenking aan de Troelstrastraat. Tientallen mensen zijn naar de Hengelose Es gekomen om de onthulling van de plaquette bij te wonen. Onder begeleiding van de Semi Militair Tamboerkorps Liberation werd de Nederlandse driekleur richting de herdenking gebracht, op steenworp afstand van de woningen waar Moquette en Wilmink gewoond hebben.
Initiatiefnemer van de plaquette is oud-conservator van Museum Hengelo Hans van den Broek. Samen met de gemeente Hengelo, Stichting Erfgoed Hengelo, Bewonersoverleg Midden Hengelo en Museum Hengelo hebben zij ervoor gezorgd dat de verzetsmensen nu geëerd werden.
Henri Moquette diende als compagniecommandant en streed tijdens de meidagen van 1940 op de Grebbeberg en Willem Wilmink was architect. Al vroeg tijdens de oorlog werden de Hengeloërs actief in het verzet. Zij voegden zich bij verzetsgroep Het Oranjevendel en verzamelden inlichtingen over Duitse troepenbewegingen en militaire objecten. Zij speelden deze informatie door naar de geallieerden. Ook hielpen zij geallieerde piloten en joden.
In begin 1942 werden beide mannen verraden en gearresteerd. Leden van de Sicherheitsdienst hadden de verzetsgroep geïnfiltreerd. Zij werden gevangengehouden in het beruchte Oranjehotel in Scheveningen en werden in september van dat jaar door de Duitsers ter dood veroordeeld. Het gratieverzoek mocht niet meer baten, want in november werden de verzetsstrijders door de SD geëxecuteerd.