De NOS publiceerde donderdag een artikel met de kop: ‘Gemeenteraden vaak wit en mannelijk, druk om te veranderen mist in lokale politiek’. Witte blanke mannen domineren de gemeentepolitiek, kortom. Tijd om eens op een rijtje te zetten hoe divers de nieuwe Enschedese gemeenteraad in potentie is.
Eerst even wat statistiek. Voor de context. De totale Enschedese bevolking telde een jaar geleden - dat zijn de laatste CBS-cijfers - 159.732 zielen. Daarvan waren er 81.678 man en 78.054 vrouw. De stad herbergde toen 28.364 inwoners van een niet-westerse afkomst.
In een volksvertegenwoordiging die een afspiegeling van die samenleving is, zou dan ongeveer 51 procent man en 49 procent vrouw zijn, en een kleine 18 procent een niet-westerse achtergrond hebben. Overigens is niet iedere partij per se uit op een dergelijke dwarsdoorsnede.
Wij hebben de kandidatenlijsten van alle achttien partijen die deelnemen aan de gemeenteraadsverkiezingen tegen het licht gehouden. Daarbij hebben we gekeken naar de lijstrekkers, de top drie en de top tien.
Niet al die kandidaten zullen na de verkiezingen, als een vermoedelijk ingewikkelde formatie is afgerond, in het pluche plaatsnemen. In totaal tellen al die achttien lijsten 162 potentiële kandidaten voor een plek in de raadszaal (er vanuit gaande dat geen enkele partij meer dan tien zetels haalt). En daar zijn er maar 39 van.
Dat er geen 180 top-tienkandidaten zijn, komt omdat niet alle partijen tien kandidaten op de lijst hebben staan. Daar hebben we in onze telling uiteraard rekening mee gehouden.
Als je kijkt naar de samenstelling van al die 162 namen, dan blijkt er een licht overwicht van witte, blanke mannen. Vergeleken met wat je op basis van de Enschedese bevolking als geheel zou verwachten, blijft het aantal vrouwen achter. De poule van potentiële raadsleden telt 14 procent minder vrouwen dan de stad als geheel.
Het aandeel kandidaten met een niet-westerse achtergrond in die poule ligt net iets meer dan een procent lager.
In de top drie van de gezamenlijke partijen liggen die cijfers zo goed als gelijk. Het aandeel vrouwen daalt licht (naar 32,7 procent), dat van de niet-westerse kandidaten stijgt ligt (naar 17,3 procent).
Bij de lijsttrekkers maakt het aandeel vrouwen en kandidaten van niet-westerse afkomst een forse duikeling. Slechts vier van de achttien deelnemende partijen heeft een vrouw als lijsttrekker. Dat geldt alleen voor de PvdA, de ChristenUnie, Enschede Anders en nieuwkomer: de Partij voor de Dieren.
Daarmee daalt het aantal vrouwen naar 22 procent - dat is minder dan de helft van het vrouwelijke aandeel aan de gehele Enschedese bevolking. Twee lijsttrekkers (11 procent) zijn van niet-westerse origine - allebei man. De partijen die daarbij horen zijn LINK en de blanco lijst van Ahmet Yilmaz.
Wanneer heeft iemand een niet-westerse migratieachtergrond? In dit artikel hanteren we de definitie die het CBS hanteert. Niet-westers betekent dat jijzelf of je ouders geboren zijn in Turkije, Afrika, Latijns-Amerika of Azië.
Samengevat: over de hele linie hobbelen die gezamenlijke kandidatenlijsten nog redelijk mee in het spoor van de gehele bevolking, al blijft het aandeel vrouwen achter. Maar aan de top van pikorde is het echt een stuk blanker en mannelijker dan in de rest van de stad.
Maar er zijn grote verschillen tussen de deelnemende partijen. Zo noteren LINK en de blanco lijst van Ahmet Yilmaz maar liefst 90 en 80 procent kandidaten van niet-westerse origine. En respectievelijk 30 en 40 procent vrouwen. Een overdaad versus een lichte ondernotering, in deze rangorde.
De Partij voor de Dieren van lijsttrekker Judith Hofte heeft, in navolging van de grote Haagse broer (of zus), maar liefst 70 procent vrouwen op de lijst staan. Maar nul kandidaten van niet-westerse afkomst. Dat laatste geldt ook voor de SP, de PVV, Verbindend Enschede en Volt.
Het Forum voor Democratie van Morgan Brejaart - ook een nieuwkomer - is dè mannenpartij van Enschede. Er staan geen vrouwen in de top tien. Wel twee mannen met een niet-westerse achtergrond (20 procent). De top drie bestaat dan wel weer uit witte mannen. Zoals ook bij Verbindend Enschede en het Democratisch Platform Enschede. Van die laatste twee partijen is dan wel weer de helft van de top tien vrouw.
Verreweg de meeste partijen - 14 van de 18 - hebben een deels vrouwelijke top-drie. Bij D66, de PvdA en Volt zijn dat er zelfs twee. Die zijn dan wel allemaal blank. Geen enkele partij heeft een volledig vrouwelijke top.
PvdA en ChristenUnie komen een beetje in de buurt van die gemiddelde bevolkingssamenstelling van de stad. Bij beide partijen is 40 procent van de kandidaten vrouw (onder wie de lijsttrekker) en tien procent van niet-westerse afkomst. Ook 40 procent van de bovenste tien GroenLinksers is vrouw, maar die partij heeft eenzelfde - en daarmee bovengemiddeld - percentage niet-westerse kandidaten.
De partij die, voor wat de top tien betreft, het meest een afspiegeling is van de Enschedese bevolking is D66. De helft is vrouw, 10 procent niet-westers. Van die 10 procent staat alleen niemand in de top drie. En met uitzondering van lijsttrekker Gertjan Tillema bestaat de top-zes uit louter (blanke) vrouwen. Op dit moment hebben de sociaal-liberalen vijf zetels in de Enschedese raad.
Ook van Democratisch Platform Enschede is de helft van de top-tien vrouw en zelfs iets meer van niet-westerse origine (11 procent). Maar de top-drie is wit en man.
Kortom: wie straks in het stemhokje met een rood potlood ook voor inclusie wil kiezen, heeft nog een aardige puzzel te leggen. We hopen - van harte - dat dit artikel daarbij een beetje helpt.