Nu onmiskenbaar vaststaat dat de verplichte noodopvang voor asielzoekers in Enschede en drie andere gemeenten helemaal niet verplicht kon worden, richten Kamerleden Pieter Omtzigt en Jasper van Dijk (SP) zich met nieuwe vragen op de rol van de kabinetsleden. Zijn er schijnbevelen gegeven, wetende dat daarmee de Grondwet is geschonden?
Uit het eerdere antwoord van de inmiddels vertrokken staatssecretaris Ankie Broekers-Knol op Kamervragen van Omtzigt blijkt dat er geen enkele wettelijke basis was waarmee Enschede, Gorinchem, Venray en regio Rotterdam begin december het mes op de keel kon worden gezet. Onder de noemer aanwijzing (een bevel of verplichting) is van de vier burgemeesters medewerking geëist om een noodopvang mogelijk te maken. In Enschede is daarvoor de voormalige Vliegbasis Twenthe aangewezen.
Hoewel ook waarnemend burgemeester Theo Bovens (CDA) van Enschede niet gecharmeerd was van de toonzetting en werkwijze van Broekers-Knol en toenmalig minister van Binnenlandse Zaken Kajsa Ollongren (nu minister van Defensie), is er besloten om niet in verzet te gaan. Enerzijds om de verhoudingen met de Rijksoverheid niet op het spel te zetten en anderzijds om de verantwoordelijkheid voor de acute noodopvang van asielzoekers te nemen.
Van dat standpunt wijkt Bovens ook nu niet af, blijkt uit een persverklaring die dinsdagmiddag is verstuurd. Hij heeft zijn onvrede inmiddels wel in een brief kenbaar gemaakt aan de staatssecretaris voor Asielzaken (nu Eric van der Burg). In plaats van het uitwerken van een adequate juridische grondslag voor dergelijke aanwijzingen dringt de burgemeester aan op overleg met gemeenten en de VNG om te komen tot een meer structurele oplossing voor de opvang van vluchtelingen.
Het Enschedese Kamerlid Pieter Omtzigt laat het er in ieder geval niet bij zitten. In twintig nieuwe Kamervragen, die hij samen met SP'er Jasper van Dijk heeft ingediend, vraagt hij opnieuw opheldering over de gevolgde procedure van de betrokken bewindslieden, waaronder Kajsa Ollongren en minister-president Mark Rutte.
Onder meer wil Omtzigt weten of gemeenten die het kabinet om de juridische duiding van het asielbevel vroegen, ook eerlijk te horen hebben gekregen dat deze grondslag er niet was. In een brief van het college van de gemeente Gorinchem aan eigen raadsleden staat overigens dat het kabinet bij het beantwoorden van deze vragen weer hebben terugverwezen naar de eerdere brief waarin de noodopvang zonder juridische onderbouwing wordt aangewezen.
Staatssecretaris Ankie Broekers-Knol zat begin december met haar handen in het haar voor wat betreft de opvang van asielzoekers. Er hadden zich te weinig gemeenten gemeld om een deel van de 2000 asielzoekers waarvoor geen plek was op te vangen. Toch legt Omtzigt op Twitter uit waarom het volgens hem ernstig is dat de opvang uiteindelijk met een schijnbevel is bewerkstelligd.
'Als een vertegenwoordiger van de regering een brief schrijft met 'u moet' (een aanwijzing), dan mag je ervan uit gaat dat er een wet onder ligt', aldus Omtzigt. 'Als dat vertrouwen verloren gaat en iedereen moet bij elke overheidsbrief gaan checken of de regering wel een wet heeft op basis waarvan zij een bevel geeft, dan zijn we heel ver heen als democratische rechtsstaat.'
Maar in hun Kamervragen gaan Omtzigt en Van Dijk nog een stap verder. 'Nu duidelijk is dat geen specifieke wet hierin voorziet, heeft de staatssecretaris - en de minister die de brieven ook ondertekend heeft (Ollongren, red.) - met het versturen van de aanwijzingsbrieven bevelen gegeven, wetende dat daardoor de Grondwet wordt geschonden?'
Het laatste deel van de vraag - 'wetende dat daardoor de Grondwet wordt geschonden' - is een verwijzing naar artikel 355 van het wetboek van strafrecht, dat gaat over een ambtsmisdrijf. En ook daarover stellen de Kamerleden een vraag: 'Kunt u aangeven of het mogelijk is dat artikel 355 van het wetboek van strafrecht hier van toepassing is? Kunt u dat heel precies aangeven?'
Via een beroep op de Wet openbarheid van bestuur (Wob) heeft 1Twente afgelopen vrijdag bij het ministerie van Justitie en Veiligheid alle documenten en correspondentie opgevraagd die te maken hebben met de opvang van asielzoekers in Enschede.