In 10 jaar tijd is de jaarlijkse hoeveelheid restafval per Hengeloër afgenomen met 160 kg. In 2010 was het nog 237 kg en in 2020 was het 77 kg. Dit natuurlijk met dank aan de gemeente Hengelo en haar zachte dwang: Sinds 2018 kent het Hengelo immers het ‘omgekeerd inzamelen’, waarbij inwoners betalen voor elke keer dat ze een zak in de ondergrondse container gooien. Eerder, in 2012, was diftar al ingevoerd.
Die 'gewonnen' 160 kilo wordt nu opgehaald met de groene bak en de PMB-container: er wordt jaarlijks 62 kilo aan verpakkingen en 97 kilo gft per inwoner ingezameld. Dat blijkt uit een evaluatie van onafhankelijk onderzoeksbureau KplusV dat dit najaar is uitgevoerd. Groot aandachtspunt volgens de onderzoekers: de vervuiling in de stroom verpakkingen (PMD).
Sinds 2010 heeft de gemeente twee grote beleidswijzigingen doorgevoerd in het afvalbeleid: Diftar in 2012 en omgekeerd inzamelen in 2018. Volgens de onderzoekers hebben deze beleidswijzigingen gezorgd voor de grote afname van het restafval. Hengelo heeft daarmee de landelijke doelstelling gehaald; maximaal 100 kg restafval in 2020.
In 2020 was er volgens de onderzoekers sprake van 'zeer veel vervuiling van het ingezamelde verpakkingsafval, met name bij hoogbouw'. Niet alleen kan daardoor veel verpakkingsmateriaal niet opnieuw gebruikt worden, ook zorgt de afkeur van verpakkingen voor extra kosten. Net als in 2020 maakt de gemeente hierdoor in 2021 extra kosten. Dit is overigens niet uniek voor Hengelo. Ook andere gemeenten worstelen hiermee.
Het onderzoeksbureau heeft het afvalbeleid van de gemeente Hengelo vergeleken met andere gemeenten met ongeveer dezelfde grootte en hoeveelheid hoogbouw. Uit deze vergelijking blijkt dat Hengelo minder restafval en meer gescheiden stromen inzamelt. Ook zijn de gemiddelde afvalbeheerskosten en de afvalstoffenheffing voor huishoudens lager dan bij andere, vergelijkbare gemeenten. De kostenontwikkeling is volgens de onderzoekers in de periode 2010-2020 over het algemeen goed.
De onderzoekers laten in hun rapport wel weten dat het beleid nog niet ‘af’ is: "Op de korte en lange termijn moet het beleid geïntensiveerd worden om de kwaliteit van de gescheiden ingezamelde stromen (met name de verpakkingen) te verbeteren en de doelstelling om de hoeveelheid restafval verder te reduceren tot 50 kilo per inwoner in 2030 te behalen."
Onderwerpen die de komende raadsperiode ook een belangrijke rol gaan spelen zijn een inzamelsysteem voor gft bij hoogbouw en de keuze tussen bron- en nascheiding van verpakkingen. Bronscheiding is dat mensen zelf hun verpakkingsafval in huis scheiden, zoals nu gebeurt. Bij nascheiding doet een machine dat bij de verwerker en kunnen mensen hun verpakkingen bij het restafval gooien. Halverwege 2022 verwacht de gemeente dat er meer bekend is over de mogelijkheden van nascheiding in Hengelo.
Mogelijk komt nascheiden in beeld als serieuze optie voor omgekeerd inzamelen, wanneer de Hengeloër zijn verpakkingsafval niet schoner aanlevert. Zie kader.
Afvalverwerker Twence heeft afgelopen weekend laten weten dat het scheiden van huishoudelijk afval in een nieuw te bouwen installatie door Twence huishoudens veel meer geld gaat kosten dan wanneer ze dit thuis zelf blijven doen. Twence heeft op verzoek van de eigenaren van het bedrijf – de Twentse gemeenten en de Achterhoekse gemeente Berkelland – onderzocht of de bouw van een nascheidingsinstallatie haalbaar is. Dat gebeurde onder aanhoudende druk vanuit diverse gemeenteraden, waar twijfels bestaan over het huidige systeem, waarbij huishoudens zelf hun afval scheiden en met name verpakkingsmateriaal (pmd) apart houden van het restafval. Mét zo'n installatie zou het verwerkingstarief uitkomen op 120 tot 155 euro per ton afval, zónder geldt nu een tarief van 78 euro per ton.