Zoutholtes tussen Boekelo en Beckum blijken veel groter dan toegestaan
Een deel van de zoutcavernes van Nobian in het Ganzebosveld tussen Boekelo en Beckum zijn behoorlijk groter dan toegestaan. In één geval zijn twee (te grote) holle ruimtes zelfs over elkaar 'gegroeid'. Dat blijkt uit het inspectierapport dat Staatstoezicht op de Mijnen (SodM) donderdag heeft gepubliceerd.
De afwijkingen werden volgens het SodM door Nobian zelf al in 2018 ontdekt, maar de zoutwinner (die onder verscherpt toezicht staat) heeft daar geen melding van gemaakt. Bij inspecties van het SodM kwamen de afwijkingen eerder dit jaar alsnog aan het licht. Er is volgens de toezichthouder aannemelijk gemaakt dat er geen gevaar bestaat voor de omgeving door eventuele instabiliteit.
Twee cavernes overlappen elkaar
In het winningsplan voor het Ganzebosveld is afgesproken dat de diameter van de zoutcavernes niet groter mag zijn dan 120 meter. De ruimte tussen twee cavernes, de zogeheten zoutpilaar, zou een minimale diameter van 25 moeten hebben. Bij de inspecties tussen Boekelo en Beckum is vastgesteld dat zeven cavernes te groot zijn en dat de tussenruimte in drie gevallen te klein is.
De meeste afwijkingen blijven binnen tien meter. Bij put 536, onder de Beckumerstraat, is de diameter met 176 meter anderhalf keer zo groot als de bedoeling is. De zoutpilaar tussen twee cavernes onder de Oude Matenweg is praktisch verdwenen. De cavernes zijn volgens het inspectierapport 'aaneengegroeid'. Desgevraagd laat een woordvoerster van het SodM weten dat dit in de praktijk betekent dat de cavernes elkaar overlappen, maar op een andere diepte. Er ligt dus niet één grote caverne van 285 meter. Ook zou het volume van de afwijkende cavernes niet groter zijn dan toegestaan, het gaat puur om de grootste diameter, dus de vorm.
Vanaf nu extra metingen
Volgens het Staatstoezicht op de Mijnen zijn de putten groter geworden, omdat de bodem tijdens de zoutwinning zich anders is gaan gedragen dan vooraf werd gedacht. Toen de eerste afwijkingen in 2018 door Nobian zelf werden ontdekt, is er direct actie ondernomen. Echter zijn de afwijkingen niet bij het SodM gemeld en daarom heeft de toezichthouder vorige week een waarschuwing uitgedeeld.
Volgens het Staatstoezicht op de Mijnen is er op dit moment geen reden tot zorgen. De stabiliteit van de cavernes is niet in geding en er zijn door Nobian beheersmaatregelen genomen. De risico's worden daarom ingeschaald op 'vrijwel nihil'. Toch volgt er een aanpassing in de regels: eerder werden cavernes na een productie van 15.000 en 150.000 ton zout geïnspecteerd, maar vanaf nu zal dat ook na 80.000 ton gebeuren.
Hoe verder?
Dat er maatregelen worden genomen, betekent niet dat er geen controle meer is. "De in Ganzebos zullen in de komende jaren verder groeien, in hoogte, en in sommige gevallen in de breedte", meldt een woordvoerster van het SodM. "Nouryon (Nobian, red.) moet daarom rekening houden met de ‘afwijkende’ vorm van deze cavernes in de verdere ontwikkeling van dit caverneveld."
Mocht in de toekomst blijken dat meer cavernes buiten het patroon treden dat in het winningsplan is vastgelegd, is het mogelijk dat er niet meer aan de bovenstaande voorwaardes voldaan wordt. "Daarom heeft SodM aan Nouryon opgedragen de ontwikkeling van cavernevormen in een vroeger stadium dan voorheen te controleren, zodat ze eerder kunnen ingrijpen als een cavernes zich niet ontwikkelt zoals gepland."
