Voor het eerst in anderhalf jaar tijd zitten de schakers van HSC Stork weer tegenover elkaar. De schaakborden zijn uit de mottenballen gehaald. “Schaken leent zich goed voor het internet, maar er gaat niets boven fysiek schaken”, zegt voorzitter Regobert Eijkelkamp.
Het is muisstil in de speelzaal van het Denksportcentrum aan de Ceasar Franckstraat. In opperste concentratie spelen de schakers hun partijtje. De stilte in de kleine zaal wordt zo nu en dan ruw onderbroken door een langsdenderende goederentrein. "Voor de ventilatie moet het raam gewoon open”, zegt Eijkelkamp.
Anderhalf jaar lang konden de schakers van de Hengelose schaakclub niet fysiek bij elkaar komen. “Ik was best gespannen. Je weet namelijk niet wie er komt opdagen op zo'n eerste avond. Er zijn toch nog een aantal leden die de kat uit de boom kijken en nu nog niet naar de club durven te komen. Maar gelukkig hebben we er vanavond ook een aantal nieuwe leden bij”, aldus de voorzitter.
Volgens Eijkelkamp zijn de leden maar wat blij dat ze weer face to face kunnen spelen: “Het zijn net kalfjes die voor het eerst de wei in mogen. Schaken leent zich goed om via het internet te spelen, alleen gaat er niets boven een potje schaken tegen iemand van vlees en bloed.”
Het aantal spelers is flink minder dan vóór corona. “In de speelzalen hebben we minder tafels. Momenteel hebben we er een stuk of vijf.” Ook tijdens het schaken zijn er strenge regels: “Normaal ga je wel eens bij een andere pot kijken, wanneer je zelf al klaar bent. Door de coronaregels kan dat nu niet. Iedereen moet dus blijven zitten. Desnoods spelen ze nog een partij.”