In een onderzoek naar mensen die herhaaldelijk bijstand aanvragen concludeert de Enschedese klachtencommissaris dat er meer oog moet zijn voor persoonlijke omstandigheden. De aandacht ligt teveel op de uitvoering van de wet en regels
De klachtencommissaris komt tot die conclusie na een analyse van de dossiers van zeven veelaanvragers die klachten hadden over de procedure. Het waren diezelfde zeven gevallen die aanleiding waren voor het onderzoek. Aanvankelijk had het een breder onderzoek moeten worden, maar de gemeentelijke afdeling die de bijstandsaanvragen behandelt wilde daar geen medewerking aan verlenen. Privacyregels zouden dat in de weg staan.
Bij veelaanvragers gaat het om inwoners die meerdere keren achter elkaar een bijstandsaanvraag indienen omdat eerdere aanvragen telkens werden afgewezen. De reden voor die herhaalde afwijzing is dat zij onvoldoende kunnen aantonen dat zij geen andere middelen van bestaan - en dus recht op bijstand - hebben. De gemeente toetst dat onder andere door inkomens- en bankgegevens op te vragen.
Omdat de klachtencommissaris geen medewerking kreeg voor nader dossieronderzoek van de afdeling Werk en Inkomen zelf, is niet precies vastgesteld hoeveel van deze veelaanvragers er in Enschede zijn. In 2018 hebben 303 mensen vaker dan een keer een bijstandsaanvraag ingediend, volgens de rapportage. Een enkeling tot 6 of 8 keer aan toe. 182 van deze mensen hebben ook in 2019 nog een bijstandsaanvraag ingediend.
Om het recht op bijstand te kunnen vaststellen, is informatie nodig. De standaardtermijn waarover die informatie wordt opgevraagd, is drie maanden. Enschede maakt echter gebruik van gekoppelde overheidssystemen om die termijn te bepalen, zo blijkt uit het rapport. Een werkwijze die pas duidelijk wordt, zo stelt de klachtencommissaris, uit dossieronderzoek.
Als uit die overheidssystemen blijkt dat een aanvrager al bijvoorbeeld twee jaar lang leeft zonder of van een bijzonder laag inkomen, dan worden er gegevens over die twee jaar opgevraagd. Kan de aanvrager over die periode niet of niet voldoende aantonen waarvan hij heeft geleefd, dan krijgt hij geen uitkering.
De zeven aanvragers die zijn meegenomen in het onderzoek van de klachtencommissaris waren bijna allemaal alleenstaande veertigplussers (een was 38). Gezamenlijk hebben ze 36 bijstandsaanvragen ingediend.
Reden voor die herhaalde aanvragen was in alle gevallen dat zij naar het oordeel van de gemeente niet of onvoldoende konden aantonen hoe zij in de periode voorafgaand aan de aanvraag in hun levensonderhoud voorzagen.
In de zeven onderzochte gevallen is tweemaal vastgehouden aan die standaardtermijn van drie maanden. Bij de andere vijf aanvragers zijn gegevens opgevraagd over een periode variërend van 18 tot 48 maanden. Hoe langer die periode is, hoe lastiger het uiteraard wordt om daar bewijsstukken over aan te leveren.
Andere steden doen dat anders, zo blijkt uit het onderzoek. In Rotterdam. Amersfoort en Almelo wordt informatie over drie maanden opgevraagd. Ook als mensen jaren zonder inkomen hebben gezeten. Alleen als daarna blijkt dat het nodig is, worden er ook oudere stukken opgevraagd.
In Almelo krijgt een aanvrager die zijn verhaal niet helemaal ‘hard’ kan maken het voordeel van de twijfel, als de gemeente evenmin kan aantonen dat dat verhaal niet klopt. Amersfoort kent bijna geen veelaanvragers.
Uit het onderzoeksrapport blijkt nog een opvallend verschil met de drie bovengenoemde gemeenten. Een inwoner die een afwijzing op zijn bijstandsaanvraag krijgt, kan bezwaar en beroep aantekenen. Daarbij wordt in vrijwel alle gevallen een advocaat ingeschakeld. Mensen met een laag inkomen moeten daarvoor een eigen bijdrage betalen, die varieert van 105 tot 115 euro.
Wie te weinig eigen middelen heeft, kan een beroep doen op een sociaal advocaat. Die krijgt, onder voorwaarden, dan een zogenaamde toevoeging van de raad voor de rechtsbijstand, een vast bedrag waarvoor hij of zij ondersteunt bij bezwaar of de gang naar de rechter. Er blijft dan wel een eigen bijdrage over, waarvoor bijzondere bijstand aangevraagd kan worden.
Vragen zij daarvoor in Enschede bijzondere bijstand aan, dan wordt ook die aanvraag afgewezen, zo blijkt. De redenering: als er geen recht op ‘gewone’ bijstand bestaat, is er ook geen recht op bijzondere bijstand.
In de drie andere steden wordt onderscheid gemaakt tussen bijzondere en algemene bijstand. Daar wordt een aanvraag voor bijzondere bijstand om een advocaat te kunnen betalen wel gehonoreerd. Alle inwoners moeten gebruik kunnen maken van de mogelijkheden om zaken voor te leggen aan een rechter, zo stellen zij.
Amersfoort heeft er zelfs een speciaal potje voor. Ook om te voorkomen dat mensen in problematische schulden terechtkomen.
De klachtencommissaris doet in het rapport een reeks aanbevelingen. De gemeente moet motiveren waarom zij informatie opvraagt die ouder is dan de standaard drie maanden. Aanvragen voor bijzondere bijstand om in bezwaar en beroep te kunnen gaan bij een afwijzing, zouden gehonoreerd moeten worden. En de afdeling Werk en Inkomen zou zelf een bestandsanalyse moeten doen om het probleem in kaart te brengen.
De samenvattende aanbeveling luidt dat de gemeente zich minder moet richten op de regels en meer op de persoonlijke situatie van aanvragers. De klachtencommissaris doet daarbij zelfs een suggestie: kijk hoe mensen die na een tweede aanvraag nog altijd geen bijstand krijgen, toch geholpen kunnen worden. Voordat er problemen en (nog meer) schulden ontstaan.
Het rapport naar aanleiding van dit onderzoek van de klachtencommissaris werd al in mei van dit jaar opgeleverd maar werd nog niet publiek verspreid.