Oele heeft minder moeite met windmolens dan met zonneparken
Toen de inwoners van Oele eind vorig jaar vernamen dat het zuidelijke buitengebied van Hengelo is aangewezen als zogeheten ‘zoekgebied’ voor windmolens en zonneparken was de schrik groot. Inmiddels hebben de Oelenaren, die zich laten vertegenwoordigen door een negenkoppige Werkgroep Oele, zich erbij neergelegd dat ze voor een voldongen feit staan: er komt in elk geval één turbine langs de A35 in Oele en er zullen de nodige hectares met zonnepanelen worden volgelegd. De Oelenaren verwachten wél dat ze volop betrokken worden bij het ‘waar’ en ‘hoe’.
Dat liet Christiaan Markslag dinsdag namens de werkgroep weten tijdens een politieke markt, die geheel aan Oeler en Beckumer zaken gewijd was. De meeste mensen zijn volgens hem wel doordrongen van het feit dat we aan de schone energie moeten, maar ook voor Oele geldt: liever niet in mijn achtertuin. “We gaan er echter niet blind voor liggen en vertrouwen op de visie van deskundigen.” Met de windturbines heeft de werkgroep minder moeite dan met de zonnepanelen, vertelt hij: “Windturbines zijn met een mooie groene voet wel in te passen in het landschap. Ze nemen ook nauwelijks kostbare landbouwgrond in en hebben een hoger rendement dan zonnepanelen.”
Met grootschalige zonneparken hebben de Oelenaren meer moeite, omdat daar mogelijk landbouwgrond voor opgeofferd moet worden. Hengelo streeft naar 12,5 hectare aan zonneparken, waarvan een groot deel ten zuiden van de stad moet komen. “Wij vinden dat ze zoveel mogelijk opgenomen moeten worden in het landschap. Verder moeten inwoners van Oele en Beckum kunnen participeren in de aanleg en de opbrengst moet terugvloeien in de gemeenschap”, stelt Markslag voor.
Raadsleden Han Daals (BurgerBelangen), Susanne van den Beukel (ChristenUnie) en Marie-José Luttikholt (PvdA) zijn blij met de manier waarop de Oelenaren het hebben opgepakt en nodigen hen uit de komende tijd in gesprek te gaan over hun plan van aanpak. “Mooi om te zien hoe betrokken iedereen is. Daarin verschilt een gemeenschap als Oele duidelijk van een stad als Hengelo. Ik word hier ontzettend blij van”, laat Luttikholt tenslotte weten.
Daarmee verwijst ze ook naar de rest van de politieke markt, die volledig gewijd was aan Oeler en Beckumer aangelegenheden. Zo kwamen ook de Beckumse woningbouwplannen uitgebreid op tafel, alsmede wat er moet gebeuren met de accommodaties (kerk, Proggiehoes, etc.) om het dorp in de toekomst leefbaar te houden. Daarover binnenkort meer bij 1Twente.
Gerelateerd
