Verkeer
Stuur appje
Zoek

Ook armoedebestrijder Veldhuizen kreeg officiële waarschuwing van gemeente

Ook Jan Veldhuizen, voorzitter van Diaconaal Platform Enschede (DPE), kreeg een waarschuwingsbrief van de gemeente. Eerder kreeg Sociaal Hart voorman René Beunders eenzelfde tik op de vingers. “Standaardprocedure als de agressieregels worden overschreden”, aldus gemeentewoordvoerder Ton Kamp.

Bij Beunders werd niet duidelijk welke specifieke situatie leidde tot de waarschuwingsbrief. Het ging volgens Kamp toen niet om een incident, maar om herhaaldelijke overtreding van gedragsregels. Dat is bij de voorman van Diaconaal Platform, een groep vrijwilligers die hulp verleent aan de zwakkeren, anders. De brief kwam na een gesprek met een consulent van de gemeente, zegt Veldhuizen zelf. Tijdens dat gesprek werd hij ‘verschrikkelijk boos’ over de werkwijze van de ambtenaar en liet hij weten dat hij erover zou praten met de wethouder. “Dat mag blijkbaar niet”, concludeert de belangenbehartiger.

Eind september, toen ook Beunders zijn waarschuwingsbrief kreeg, was bij de redactie van 1Twente al bekend dat Veldhuizen de officiële waarschuwing had gekregen. Gemeentewoordvoerder Kamp kon dat toen niet bevestigen en stelde dat de gemeente jaarlijks zo’n twintig tot dertig van dit soort waarschuwingsbrieven stuurt. Er is een grens aan de manier waarop ambtenaren bij hun werk bejegend mogen worden, die staat beschreven in het agressieprotocol. Onder agressie wordt alles verstaan dat bedreigend of beledigend is. Wordt de grens overschreden, dan volgt een waarschuwing. Kamp: “Het is ook niet meer dan dat.” Bij herhaling kunnen consequenties volgen.

Als Veldhuizen wordt gevraagd of hij iets kwijt wil over de waarschuwingsbrief, moet de DPE-voorman lachen als een boer met kiespijn. “Sorry dat ik moet lachen, maar ik heb nog nooit zoveel onzin bij elkaar gezien.” Vervolgens begint hij te vertellen.

Een incident tijdens een gesprek tussen hem en een wmo-consulent was directe aanleiding voor de waarschuwingsbrief. Onderwerp van gesprek was een vrouw in een rolstoel, die last heeft van spasmen en psychische problematiek. De gemeente wilde haar begeleidingsuren terugschroeven van tweeënhalf naar een half uur, maar de vrouw was het daar niet mee eens en vond DPE aan haar zijde.

““Wij hebben van alles gedaan om de gemeente duidelijk te maken dat ze zoiets niet kunnen doen””

In het bemiddelingsproces gaf een externe deskundige aan dat de vrouw zelfs recht had op drieënhalf uur hulp. Veldhuizen dacht dat iedereen daar blij mee was, maar de vrouw waar het om ging wilde niet te vroeg juichen. Die argwaan bleek terecht: de gemeente hield voet bij stuk en bleef korten tot een half uur. “Vrijwilligers zouden die andere uren moeten opvullen.” Vrijwilligers die er op dat moment niet waren volgens de belangenbehartiger. De vrouw moest daar dus zelf naar op zoek. “Wij hebben van alles gedaan om de gemeente duidelijk te maken dat ze zoiets niet kunnen doen.”

De wmo-consulent stelde voor dat vrijwilligers van Diaconaal Platform de administratie konden overnemen. Maar dat vond Veldhuizen geen geschikte oplossing. “Wij kunnen dat wel doen voor een jaartje, maar dit is levenslang. Plus: deze mevrouw heeft ook een psychische beperking, je hebt daar een begeleider met een MBO-2 diploma voor nodig. Professionele hulp dus.”

““Ik werd zo verschrikkelijk boos. Ik heb nog nooit zoveel domheid bij elkaar gezien””

Daarna volgde het gewraakte incident. Veldhuizen: “De consulent zei ineens: ‘als het dan niet lukt, kan ze toch naar bewindvoering?’” Een voorstel dat bij hem compleet in het verkeerde keelgat schoot. Bewindvoering kost namelijk al gauw 15.000 euro per jaar. “Ik zit met de wethouder te regelen dat we zoveel mogelijk mensen juist uít die situatie halen. Onze schuldhulpmaatjes begeleiden hen zodat ze niet in beschermingsbewind komen, omdat dat handenvol geld kost.” Saillant: ook deze vrouw had hij juist bij de Stadsbank weggehaald, negen of tien jaar geleden.

Veldhuizen rekent zijn alternatief voor: als een half uur per week administratie voor deze vrouw betaald zou worden, kost dat de gemeente hooguit 1000 euro per jaar. Het voorstel om de vrouw naar – veel duurder - beschermingsbewind te sturen, kon hij niet verkroppen. “Ik zei: ‘Dit ga ik melden bij de wethouder.’ Nou, dat was te veel. Het was natuurlijk ook onprofessioneel, want ik werd echt boos. Ik werd zo verschrikkelijk boos. Ik heb nog nooit zoveel domheid bij elkaar gezien.”

““Als er klachten zijn over persoonlijk functioneren van een ambtenaar, staat de weg naar een leidinggevenden, gemeentesecretaris of wethouder open””

De dag erop heeft Veldhuizen zich verontschuldigd bij de consulent en gesproken met haar leidinggevende. Toch kreeg hij een waarschuwingsbrief. De vraag rijst: mag een Enschedeër niet verontwaardigd zijn over onrecht? Veldhuizen reflecteert: ‘Misschien had ik met haar baas contact moeten opnemen.’ Dat is ook wat gemeentewoordvoerder Ton Kamp voorschrijft: als er klachten zijn over persoonlijk functioneren van een ambtenaar, staat de weg naar een leidinggevenden, gemeentesecretaris of wethouder open.

De waarschuwingsbrief was voor de DPE-voorzitter geen reden om zich terug te trekken. Sterker nog: hij schreef een memo aan de bestuurders van de stad naar aanleiding van het beschreven incident. Het schrappen van de uren hulp bij de vrouw past volgens hem namelijk in een patroon; hij ziet veel vaker soortgelijke incidenten. “Juridisch klopte het van geen kant. Er wordt gewoon iets gedaan, zonder het juridisch te checken, en als het je niet aanstaat ga je maar in bezwaar en beroep.”

Hij bepleit dat veel inwoners die weg naar bezwaar en beroep echter niet nemen, omdat ze deze niet begrijpen of durven te nemen. Ook niet wanneer ze wel in hun recht staan, waardoor die mensen niet krijgen waar ze feitelijk recht op hebben. De vrouw in deze specifieke kwestie ging wel procederen. Het resultaat: nog voor de hoorzitting überhaupt plaatsvond, is de vrouw volledig in haar gelijk gesteld. Maar de procedure van acht maanden heeft haar psychisch zodanig gebroken dat ze nu antidepressiva nodig heeft.

““Het eerste dat een burger hoort, is ‘nee’””

“Het is de manier waarop de gemeente met de burgers omgaat”, zegt Veldhuizen. “Ik zeg het hier maar gewoon keihard: Het eerste dat een burger hoort, is ‘nee’.” Dat is ook wat hem in deze zaak het meest verontrust. “De consulent tegenover mij had een instructieboekje. En als ze dit bij mij deed, terwijl ik heel goed weet waar ik het over heb, wat betekent dat dan voor die mevrouw of meneer die dat niet weet? Die zich niet kan verweren?”

Het gesprek over de waarschuwingsbrief is onderdeel van een uitgebreider interview met Jan Veldhuizen. Bekijk hieronder het complete gesprek en bijbehorende artikel:

Heb je een nieuwstip of nieuwe informatie?
Tip onze redactie via mail of telefoon. Deze vind je op onze contactpagina.