Forum voor Democratie is geïmplodeerd. In een paar dagen tijd verwelkte - alweer - een frisse loot aan de politieke Nederlandse boom. Johan Almekinders, fractievoorzitter in de Overijsselse staten, trok gisteravond de zijn stekker uit het partijstopcontact. Met hem vier andere statenleden. Een druppel die de emmer deed overlopen, geen plotseling ontploft kruidvat, stelde hij in 1Twente Vandaag.
Voor Almekinders betekent die implosie een diep persoonlijk gevoelde teleurstelling. Het was Thierry Baudet die hem inspireerde om zijn conservatief-democratische denkbeelden te vertalen naar een politieke carrière. Iets wat in het CDA-lid van destijds nooit was opgekomen. Dat uitgerekend Baudet bereid blijkt de beweging op te blazen ten faveure van jonge partijgenoten met een extremistisch gedachtengoed is een “totale deceptie”, zoals Almekinders het zelf verwoordde.
“Ik heb niet zoveel geslapen als normaal”, zei een zichtbaar aangeslagen FvD-voorman op het moment dat hij plaatsnam voor de microfoon. Almekinders velt een vernietigend oordeel over het handelen van het FvD-bestuur, inclusief Baudet, maar steekt ook de hand in eigen boezem. “Er waren al veel eerder signalen. We mogen ook kritisch naar onszelf kijken. Hadden we niet eerder een ultimatum moeten stellen? Had ik niet harder met de vuist op tafel moeten slaan? Ik heb zelf ook gefaald, dat geef ik toe. Maar het is lastig, als je er middenin zit.”
Almekinders gaf een inkijkje, als achtergrond en duiding van wat er zich in zijn optiek in de afgelopen dagen binnen de partij heeft afgespeeld. Die signalen betroffen de JFvD, de jongerenclub van de partij, waar het al langer ‘niet lekker zat’, in de woorden van de Lonnekernaar. En van een voorman - Baudet - die niet erg actief was om dat te bestrijden of op te lossen. “Ik heb dat wel aangegeven richting het bestuur, maar kreeg een slappe of geen reactie.” Volgens Almekinders willen de afdelingen in het land een rechts-conservatieve beweging waarin geen plaats is voor extremisme.
Een grondig intern onderzoek leverde een ontluisterend beeld op: klokkenluiders over extremiteiten waren geroyeerd, extremisten gepromoveerd naar stafplekken in de Tweede-Kamerfractie. Almekinders: “Toen dat naar buiten kwam, barstte de bom.” Zondag stelde hij het partijbestuur een ultimatum: als de JFvD niet werd opgedoekt en het roepen van extremistische ideeën geen consequenties zou hebben, zou de statenfractie in Overijssel uit de partij stappen. “Maandag zouden we met het bestuur om tafel om erover te praten. Ik had Baudet verwacht in zijn verantwoordelijkheid als bestuurslid, dan hadden we hem kunnen confronteren.” Baudet kwam niet. Circus Baudet begon. “Met elk uur een nieuwe act.”
Overijssel stapte uit de partij, op een statenlid na. Andere provincies volgden. Vandaag, wist Almekinders te vertellen, is het ook einde-oefening met de FvD voor de Drentse statenfractie. “En ik denk dat er de komende dagen nog wel meer gaan volgen”, schatte Almekinders de ontwikkelingen in de nabije toekomst.
Het is glashelder waar het hem bij Almekinders wringt. Hij dacht te zijn aangeschoven bij een normale rechtsconservatieve beweging, zonder randje. In zijn, nog verse, analyse heeft hij zich daarin vergist, maar is ook inspirator Baudet opgeschoven. “Ik heb dat extremisme niet ontdekt bij de FvD toen ik er kwam. Dat zag je ontstaan bij de jongerenclub. Baudet dekte dat toe, deed zelf dubieuze uitspraken, maar nam die dan ook wel weer terug.” Het werd een balanceer-act: de verwezenlijking van een rechts-conservatief ideaal waarin geen plaats is voor extremisme. Tot dat evenwicht onhoudbaar bleek.
Dat Baudet nu bereid blijkt om dat ideaal van een brede volksbeweging in te wisselen voor het gedachtengoed van een jonge, geradicaliseerde garde, noemt Almekinders “verraad aan al die hardwerkende FvD’ers en politici die een normale conservatieve partij willen - en dat zijn de meesten - en aan de kiezers.” Hij blijft zelf dan ook tot aan het eind van zijn termijn in de provinciale staten zitten. Daarna is het denk ik klaar. “Of er moet een nieuwe conservatieve beweging zijn die denkt dat ik kan helpen bij het een of ander. Dan is het de vraag of ik daar nog zin in heb.”
De Lonnekernaar is weliswaar aangeslagen, maar wentelt zich niet in zelfmedelijden. De hele ervaring heeft hem niet armer gemaakt. “Ik heb twee enerverende jaren gehad. Ik zat wel op de eerste rij, ook de afgelopen week. Ik heb alles gezien, heel interessant om mee te maken.”