'Hoe kunnen we onze inwoners nog beter ondersteunen en onze inzet beter betaalbaar maken?' Daarop geeft het gemeentebestuur antwoord in het concept beleidsprogramma Sociaal 2021 – 2025. Komende dinsdag komt het aan bod in een politieke markt, maar de pers kreeg vandaag al een inkijkje.
Het college is de afgelopen jaren geconfronteerd met financiële tekorten, waarvoor allerlei maatregelen zijn en worden genomen. "In dit nieuwe beleidsprogramma wil het college focus aanbrengen en scherpere keuzes maken, zodat we de inwoners nog beter kunnen ondersteunen en we de inzet beter betaalbaar maken", aldus wethouder Claudio Bruggink.
Tijdens evaluatiegesprekken met raadsleden, de Adviesraad Sociaal en met mensen uit de uitvoering kwam volgens Bruggink naar voren dat er veel goed gaat en dat de oorspronkelijke visie nog steeds onderschreven wordt: in Hengelo willen we dat inwoners zo snel mogelijk, zo licht mogelijk en zo dichtbij mogelijk een antwoord kunnen vinden op hun hulpvraag. "Inwoners bepalen zelf wat nodig is en doen zoveel mogelijk zelf, met behulp van hun netwerk. Komen zij er zelf en met lichte ondersteuning toch niet uit? Dan krijgen zij professionele ondersteuning op maat, passend bij hun mogelijkheden en specifieke situatie."
Astrid Donderwinkel is programmaleider Sociaal Domijn: "We willen dat ons beleid meer gaat aansluiten bij de dagelijkse beleving van mensen. Een voorbeeld. Een kind met een handicap gaat nu nog voor dagopvang met een busje naar een zorgboerderij vele kilometers verderop, terwijl met een paar aanpassingen de BSO om de hoek ook geschikt gemaakt kan worden voor die opvang. Daar moeten we naar toe met dit nieuwe beleidsprogramma."
Het beleidsprogramma doet aanbevelingen op vijf terreinen, de zogeheten 'opgaven'. Als eerste wil de gemeente dat iedereen, waar hij of zij de vraag ook neerlegt, op dezelfde manier geholpen wordt. Of dat nu bij het zorgloket van de gemeente, op school of bij de huisarts is. Bruggink: "We willen op al die plekken investeren in voldoende inhoudelijke expertise, om de échte vraag zo snel mogelijk boven tafel te krijgen." Door hierbij in te zetten op preventie en vroegsignalering, dat is opgave twee, moet voorkomen worden dat er zware en dure zorg ingezet moet worden.
De derde opgave is dat de gemeente wil inzetten op collectieve voorzieningen waar nodig, zodat niet overal kostbaar maatwerk ingezet hoeft te worden. Denk aan koffieochtenden in wijkcentra voor eenzame ouderen. Opgave vier is 'investeren in zakelijk partnerschap'. Bruggink: "Nu nog werkt Hengelo met ongeveer honderd verschillende zorgaanbieders. Dit mogen er wat ons betreft wel minder worden, terwijl er nog altijd voldoende keuzevrijheid is voor de inwoners. Je wint tijd als je met minder partijen om de tafel hoeft en je kunt nu nog beter het kaf van het koren scheiden."
Tenslotte wil de gemeente investeren in het koppelen van data, zodat dwarsverbanden zichtbaar worden. Bruggink legt uit: "We hebben dit jaar al 2 miljoen euro méér uitgegeven aan jeugdzorg dan begroot. Hoe komt dat? Daar kun je pas antwoord op geven als je alle beschikbare data aan elkaar koppelt."
Het concept komt dinsdag 17 november ter sprake in de politieke markt en zal dan, na de nodige aanvullingen, zes weken ter inzage liggen, waarna het begin maart 2021 door de raad behandeld wordt.
Vijf jaar geleden werden alle taken op het gebied van welzijn overgeheveld van het Rijk naar de gemeenten. Met daarbij de aantekening dat de gemeenten het met veel minder geld moesten doen. De uitvoering van de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo), de jeugdwet en de participatiewet kosten Hengelo jaarlijks zo'n 160 miljoen euro. Da's de helft van de totale gemeentelijke begroting.