De zaak Gertjan Ardesch versus gemeente Enschede liep jaren. Uiteindelijk deed de rechter uitspraak en stelde Ardesch in het gelijk. Toch is het dossier niet gesloten. Omdat in die rechtszaak niet alles is behandeld, maar ook omdat verschillende partijen in de raad opheldering van de gemeente willen.
Hoe kon het zo escaleren? Op die vraag willen vier raadsfracties - Enschede Anders, de SP, de PVV en de groep Versteeg - antwoord. Nu, na ruim een jaar van raadspogingen om opheldering, zijn er schriftelijke vragen gesteld.
Diezelfde vraag stellen oppositiepartijen bij het uit de hand gelopen conflict tussen de gemeente en René Beunders, voorzitter van de stichting Sociaal Hart Enschede. En ook in die zaak zijn pogingen om duidelijke antwoorden te krijgen naar de smaak van een aantal raadsleden onvoldoende beantwoord en zijn aanvullende vragen gesteld. Behalve de eerder genoemde partijen heeft ook GroenLinks zich in deze zaak kritisch uitgelaten over het optreden van de gemeente.
Ardesch leefde geruime tijd vanuit zijn auto en verblijft nu noodgedwongen bij zijn dochter. De rechtsgang tegen de gemeente om een in zijn ogen onterechte vordering heeft hem een vermogen gekost, zo vertelde hij bij 1Twente Vandaag. Hij had alle gelijk van de wereld, zo luidde de conclusie na afloop, maar bleef berooid achter. “Gelijk hebben is niet hetzelfde als gelijk krijgen”, aldus Ardesch. Voor een tweede rechtsgang, nodig in verband met een vordering die hij op zijn beurt op de gemeente heeft, ontbreekt het Ardesch aan de middellen.
De hele zaak draait om een zakelijke relatie die Ardesch met de gemeente had. Kort gezegd: hij huurde ruimten in de Spinnerij op het Oosterveld en leverde diensten als koffie en inrichting voor ruimten in andere panden waarvoor voorlopig geen bestemming was (CeeCee op de Brouwerij, Roombeek). Ardesch kreeg een afrekening over 2014 tot en met 2016 voor de gehuurde ruimten die, volgens hem, niet klopte. Pogingen om de afdeling Vastgoed te overtuigen van de fouten, liepen op niets uit.
Begin november 2016 kwam er een aanmaning van een incassobureau. Ardesch moest 32.000 Euro achterstallige huur betalen. Binnen twee dagen. Begin 2017 nam de gemeente de vordering weer over en probeerde Ardesch contact te zoeken om de zaak te bespreken. Ook dat lukte niet. De gemeente spande een rechtszaak aan. De rechter oordeelde dat de vordering onjuist was: er waren maar een paar maanden achterstallig en Ardesch moest drieduizend Euro betalen.
Wat bleek: Ardesch had gewoon betaald, maar die betalingen waren niet correct in de gemeentelijke administratie doorgevoerd. Inmiddels hadden raadsleden het dossier van de zaak opgevraagd. Zij wilden weten hoe het zat. Saillant was dat de door Ardesch aan de rechtbank overlegde bewijsstukken niet in het dossier zaten dat de raadsleden in handen kregen. Onder andere daarover hebben zij nu zogenaamde 'artikel 35-vragen' gesteld.
Artikel 38 Schriftelijke vragen
Ieder lid kan schriftelijke vragen aan het college of de burgemeester stellen. Onder schriftelijke vragen worden ook verstaan vragen die via e-mail worden ingediend.
Schriftelijke vragen worden kort en duidelijk geformuleerd. De vragen kunnen van een toelichting worden voorzien.
De vragen worden ingediend bij de voorzitter. Deze draagt er zorg voor dat de vragen zo spoedig mogelijk ter kennis van de overige leden en van het college of de burgemeester worden gebracht.
Beantwoording vindt schriftelijk of via e-mail plaats, zo spoedig mogelijk doch in ieder geval binnen drie weken na ontvangst van de vragen. Indien beantwoording niet binnen deze termijn kan plaatsvinden stelt de secretaris de vragensteller hiervan gemotiveerd in kennis, waarbij de termijn wordt aangegeven waarbinnen beantwoording zal plaatsvinden. Dit bericht wordt behandeld als een antwoord.
Antwoorden worden door het verantwoordelijke lid van het college of door de burgemeester aan de griffie gezonden, die ze terstond aan de leden toezendt.
De vragensteller kan in de eerstvolgende vergadering van de raad na de behandeling van de agendapunten nadere inlichtingen vragen over het door het college of de burgemeester gegeven antwoord, tenzij de raad anders beslist.
Naar aanleiding van een klacht die Ardesch over zijn zaak indiende adviseerde de gemeentelijke klachtencommissaris een onafhankelijk feitenonderzoek. Een advies dat, zo stellen raadsleden in hun vragenlijst, feitelijk een besluit was. De gemeente stelde naar aanleiding van eerdere raadsvragen dat Ardesch van een dergelijk onderzoek zou hebben afgezien. Ardesch weerspreekt dat en de mail waarin hij dat kenbaar zou hebben gemaakt, is ondanks herhaalde verzoeken daarom door raadsleden tot op heden ook niet boven tafel gekomen. Die mail is nu opnieuw opgevraagd.
Verder stellen deze raadsleden vraagtekens bij de vermeende rechtsgrond voor de afwijzende houding van het college - het zou gaan om een zakelijk conflict waarin de raad geen rol heeft - en bij archivering en dossiervorming in deze zaak en in het algemeen. En de fracties willen weten waarom die mail waarin Ardesch zou hebben afgezien van onderzoek niet in het dossier zit en ook niet op een andere manier is overlegd, terwijl er wel mails zijn waaruit klip en klaar blijkt dat er een schikking of een onafhankelijk onderzoek zou komen. Verder, zo blijkt uit de lijst schriftelijke vragen van deze fracties, zou de gemeente de Nationale Ombudsman om de tuin hebben geleid met betrekking tot het mailverkeer in deze zaak.
Ardesch zegt zelf nog een vordering op de gemeente te hebben van vijftienduizend Euro. De gemeente weigert te betalen, zo stelde Ardesch in 1Twente Vandaag, maar een tweede gang naar de rechter zit er niet in. “Dat wordt weer een zaak van eindeloos tijdrekken en powerplay, in de hoop dat je dan opgeeft. Dat kan ik niet betalen.”
Wat Ardesch het meest steekt is niet zozeer de financiële kant van de zaak, zo zei hij, “Maar een overheid die liegt en doelbewust onwaarheden verkondigt, gebaseerd op stellingen zonder bewijs.” Volgens Ardesch zijn dat er tweeëndertig geweest, in beide zaken. “Dan voel je je ongelofelijk bedonderd. Het moet niet zo zijn dat de overheid onbetrouwbaar is. Dat vind ik het grootste verlies.”
Wij hebben de gemeente om een reactie gevraagd. De gemeente stelde voor te wachten op de beantwoording van de schriftelijke vragen uit de raad. Dinsdag aanstaande staan die op de agenda van B&W, aldus de woordvoerder. Doorgaans wordt die beantwoording kort daarna voorgelegd en de raad en openbaar gemaakt.