Bewoners in de omgeving van de Oosterstraat in Enschede vrezen voor grote overlast door de eikenprocessierups. De reden? In hun straat fladdert een beschermde vlindersoort, en dus mag niemand de rupsen bestrijden. "Vorig jaar was de ellende al enorm."
Ze vrezen de lange en hete zomer nu de bestrijding van de eikenprocessierups in hun wijk niet volledig wordt opgepakt. "We zitten hier straks de hele zomer binnen, omdat de gemeente weigert de rupsen en dus de brandhaartjes die het dier afwerpt te bestrijden vanwege een beschermde vlindersoort", zegt Michel Veurink, bewoner van de Welnahorst, een van de hofjes die grenst aan de Oosterstraat.
Hij woont samen met zijn vrouw en kinderen sinds anderhalf jaar op zijn nieuwe adres. "Vorig jaar was de ellende door die rups al enorm. Mijn vrouw heeft heel veel last gehad van haar ogen en ik hoor verhalen van ouders met kinderen uit de wijk die er ook niet om liegen. Luchtweginfecties, branderige- en dikke ogen, honden die ziek zwak en misselijk waren, allemaal ellende door die rups", zegt Veurink.
Hij werd samen met zijn buurtgenoten verrast door de gele waarschuwingsborden van de gemeente met de tekst:
PAS OP! Eikenprocessierups, geen bestrijding i.v.m. beschermde vlinders.
"Dat is de enige uitleg die we als buurtbewoners krijgen. Geen brief of andersoortige verklaring. Maar dit is ongekend toch? Dus kinderen en volwassenen mogen blootgesteld worden aan die rups, omdat er blijkbaar een vlinder fladdert die beschermd is. Dat is de wereld op z'n kop."
Die beschermde vlinder is de grote vos, zo erkent projectleider eikenprocessierups Petra Klein Breukink van de gemeente Enschede. "De zeldzame vlinder is daar meerdere keren gesignaleerd en het gaat om een volgens de wet natuurbescherming beschermde soort. Wij zijn strafbaar als we in het gebied waar deze vlinder leeft, de eikenprocessierups gaan bestrijden", zegt Klein Breukink.
"De vlinderkaart van de Vlinderstichting en de Wet Natuurbescherming vormen de basis voor onze bestrijdingskaart. Dit doen we om de eikenprocessierups te bestrijden met respect voor andere vlindersoorten. Dus van weigeren is zeker geen sprake."
In de buurtapp, met tientallen buurtbewoners, wordt veelvuldig gereageerd, laat Veurink zien. Ouders met kinderen maken zich grote zorgen nu de eerste nesten zijn gesignaleerd.
De ellende van vorig jaar zijn ze nog niet vergeten. "Hier op het plein achter, hemelsbreed 50 meter van de Oosterstraat zijn de eiken wel behandeld met bacteriën. Maar die beschermde vlinder vliegt toch, denken ze dan bij de gemeente dat die vlinder niet hier op het plein vliegt, maar wel bij de Oosterstraat? Alsof er ineens een net hangt waar het beestje niet langs kan."
Volgens Klein Breukink ontwikkelt de grote vos zich nagenoeg gelijk met de eikenprocessierups. "En de rups van de grote vos nestelt zich in bepaalde struiken. Wij snappen de angst en de zorgen bij onze inwoners, maar juist daarom zijn we al in een heel vroeg stadium begonnen met preventief bestrijden van de eikenprocessierups."
Vorig jaar werden er alleen nesten weggezogen, maar toen was de overlast enorm, beseft Klein Breukink. "Nu hebben we juist aan de voorkant al heel veel gedaan. Wij blijven inwoners oproepen om overlast te melden. Want mochten er ondanks de preventieve maatregelen toch nesten zitten, dan laten we die door specialisten wegzuigen. Wij roepen inwoners nadrukkelijk op om niet zelf aan de slag te gaan."
Veurink en zijn buurtgenoten vrezen met grote vreze. "We zijn geen natuurbarbaren en snappen echt wel dat je niet zomaar alles plat kunt spuiten, maar gaat de volksgezondheid en veiligheid van de eigen inwoners niet voor een vlinder", vraagt hij zich af.
"Nee", zegt Klein Breukink. "Dat is ook waarom we al heel vroeg zijn begonnen met de bestrijding van de rupsen. We behandelen meer dan 20.000 eikenbomen in onze gemeente. Bomen hoger dan 18 meter, krijgen twee behandelingen en kleine bomen worden 1 keer bespoten. We streven naar 60 tot 80 procent minder overlast in onze stad."
Ze hoopt dat inwoners aan de bel trekken. "Juist doordat mensen klachten ervaren is er ons alles aan gelegen om de overlast tot een minimum beperken. Helemaal op 0 zullen we nooit uitkomen, want die rups blijft bestaan. Maar we vragen wel dat mensen overlast blijven melden via de site of per telefoon."
Volgens Klein Breukink moeten de geplaatste borden gezien worden als waarschuwing voor gebruikers van de Oosterstraat. "Mensen die hier fietsen of wandelen informeren we hiermee. Zij kunnen kiezen voor een alternatieve route."