Jan Vos is slecht ter been en loopt daarom met een rollator. De alleenstaande Enschedeër heeft meerdere tia s (lichte beroerte) gehad. Hij kreeg tot 1 januari 2015 daarom 4,5 uur huishoudelijke zorg per week. Toen veranderde het WMO-beleid. De Enschedeër werd, net als 3.900 stadsgenoten, administratief omgezet . Geen keukentafelgesprek dus om zijn wensen en behoeften te peilen.
Schoon en leefbaar werd de nieuwe maatstaf. Resultaatgericht indiceren noemt de gemeente het. Zorgaanbieders kregen de vrije hand. Ineens werd Jan teruggezet naar 2 uur en 15 minuten hulp per week. Twee jaar lang kocht hij met de zogeheten dienstencheque tegen gereduceerd tarief en op eigen kosten een uur extra ondersteuning in. Maar de cheques zijn in 2017 afgeschaft: een bezuiniging van het toenmalige college.
Extra huishoudelijke taken
Gelukkig hoefde Jan zijn extra uurtje niet lang te missen. Een uitspraak van de Centrale Raad van Beroep (CRvB) dwong de gemeente het begrip schoon en leefbaar huis in de afspraken met zorgaanbieders duidelijker te motiveren, op basis van onafhankelijk onderzoek. In 2017 voerde de gemeente daarom zes modules in: een basistakenpakket en vijf pluspakketten.
Afhankelijk van zijn of haar medische situatie (en of er familieleden of mantelzorgers zijn die kunnen bijspringen) komt een cliënt in aanmerking voor hulp bij extra huishoudelijke taken, wasverzorging, maaltijdverzorging, regie of zorg voor minderjarige kinderen. Zo ook Jan. Zijn vaste thuishulp, waar hij zeer tevreden over is, mocht een uurtje langer blijven.
Horloge
Jan had op dat moment al René Beunders van Sociaal Hart Enschede in de arm genomen. Die begeleidt hem in zijn procedures tegen de gemeente met betrekking tot de ondersteuning in het huishouden. En dat zijn er nog wel wat, van bezwaar tot hoger beroep. De vaste thuishulp zou volgens hem een half uur extra nodig hebben, om zijn huisje op orde te krijgen. Als antwoord stuurde de gemeente een toezichthouder om, met een horloge in de aanslag, een rapportage te maken. Conclusie: de huishoudelijke hulp werkt ongestructureerd en Jan kan de afwas zelf doen. De kwalificaties voelden voor hem en de hulp als een vernedering.
Toch kreeg hij eind 2018 na het langverwachte keukentafelgesprek 20 minuten extra hulp voor de afwas. De teller staat dan op 3 uur en 35 minuten hulp per week. Nog altijd een half uur te weinig voor het totale takenpakket, vindt hij. Begin februari 2019 komt de zaak van Jan voor bij de CRvB. De bestuursrechters oordelen een uur na de zitting dat de gemeente heeft nagelaten de juiste indicatiemethode te hanteren. De rechter bepaalt dat Jan Vos nu 4 uur en 10 minuten hulp per week krijgt. Hij heeft rust.
Of hij opgelucht is? Ja, een beetje wel , zegt Jan. Gedacht aan opgeven? Nee, nooit. Maar het vertrouwen in de gemeente is wel weg, zegt hij.
© Newsroom Enschede, de samenwerking tussen TC Tubantia en 1Twente Enschede, foto: pixabay