De boodschap van de spelers van het derde zaterdagteam van VV Haaksbergen liet aan het eind van het seizoen aan duidelijkheid niets te wensen over. Wij hebben aangegeven dat we per direct stoppen met voetballen als we weer naar het Twentse moeten , vertelt Kees Obelink, de trainer van het team in de absolute kelderklasse van het amateurvoetbal. Wij hebben weleens gespeeld in de regio Holten/Wierden en dat is ook prima, maar wij willen hoe dan ook niet meer naar de stad. En dan hebben we het over Enschede en Almelo. Daar zijn we helemaal klaar mee.
Minder prettig
Dat gevoel leeft niet alleen bij de recreatieteams. Bij Delden was de teleurstelling vorig jaar groot toen het vlaggenschip in de Twentse vijfde klasse A was ingedeeld. Wij hadden bij de bond al vaker aangegeven dat we liever in de Gelderse vijfde klasse wilden uitkomen, omdat we in de Enschedese afdeling minder prettige ervaringen hadden , zegt voorzitter Hans van Laarhoven. Wij zijn zelf ook niet altijd lieverdjes en er mag best een bepaalde felheid in wedstrijden zijn, maar hier werden grenzen soms overschreden. Wij hadden geen zin in weer zo n seizoen. Tot verrassing van velen werd Delden vlak voor het seizoen overgeplaatst.
Op de hoogte
Bij de KNVB zijn ze op de hoogte van dit soort sentimenten in de grensstreek. Omdat wij verschillende poules moeten indelen komt het weleens voor dat er Achterhoekse clubs een seizoen in Twente moeten voetballen en andersom , vertelt woordvoerder Bram Groot. Wij proberen zoveel mogelijk rekening te houden met de behoeftes van een club, maar moeten nou eenmaal meerdere competities gelijkmatig vullen. We proberen echter niet elk jaar dezelfde clubs in een bepaalde competitie in te delen.
Het grote verschil tussen de beleving in de Twentse steden en de Achterhoekse dorpen zit m volgens de betrokkenen niet alleen in het gedrag binnen de lijnen. Delden-voorzitter Van Laarhoven: De kern van amateursport is nog altijd dat je in het veld strijd levert maar na afloop elkaar bedankt of feliciteert en een colaatje of biertje met elkaar drinkt. In het Achterhoekse heb je nog echt het gevoel dat je welkom bent.
Partijdig en gemeen
Een ander punt van ergernis is de clubscheidsrechter, zegt trainer/coach Obelink van Haaksbergen 3. Bij ons, en ook in de Achterhoek, zijn de scheidsrechters naar beide kanten toe even slecht. Maar in de stad zijn ze vaak echt partijdig en gemeen. Een paar weken geleden speelden we in de stad. Wij stonden voor, en ik overdrijf niet als ik zeg dat de clubscheidsrechter wel een kwartier liet doorspelen. Een speler van ons werd zo kwaad dat hij de scheids een duwtje gaf. Hij werd een jaar geschorst. Natuurlijk moet je van de scheidsrechter afblijven, maar het begint allemaal wel ergens anders.
Obelink traint en begeleidt bij Haaksbergen ook de vrouwenploeg. Het opvallende is dat hij bij de vrouwen geen enkele problemen heeft met de Enschedese clubs. Dat gaat prima. Er is een groot verschil met de mannen. De vrouwen zijn relaxter en veel minder opgefokt.
Haaksbergen 3 speelt dit seizoen de meeste wedstrijden in de Achterhoek. Obelink: We zitten nu in een prachtige klasse. Voor de Achterhoekse teams bint wie als Hoksebarge zelfs leu oet de stad.
© Newsroom Enschede, de samenwerking tussen TC Tubantia en 1Twente Enschede, foto: Robin Hilberink