Brandonderzoekers zijn gespitst op branden die veroorzaakt worden door nieuwe energiesystemen als lithiumaccu s en zonnepanelen. Daarover valt immers nog veel te leren. Maar soms vertelt ook een ogenschijnlijk onbeduidend brandje een les, bijvoorbeeld over de hittepit.
Er is 18 juli vorig jaar brand in een kamer op Gravenstate, een woonzorgcomplex in Denekamp. Door snel optreden van de bedrijfshulpverleners is het vuur gedoofd nog voordat de brandweer arriveert. Het incident levert slechts een kort bericht op in de regionale media. Een bewoner heeft rook binnen gekregen, de oorzaak is onbekend. Klaar.
Maar de onderzoekers van Brandweer Twente hebben er meer belangstelling voor, vertellen teamleider Ymko Attema en onderzoeker Lieke Kwintenberg. Ze moeten beroepshalve wel, want landelijk is afgesproken dat alle branden in woonzorgcentra aan een speurtocht naar oorzaak en verloop worden onderworpen. Bovendien is er een slachtoffer naar het ziekenhuis gebracht.
Fluitje van een cent
In dit geval was het onderzoek een fluitje van een cent. In de matras waar de brand was begonnen zat een gat met daarin de resten van een hittepit zo n meestal met kersenpitten gevulde zak om voeten warm te krijgen. De zak wordt in de magnetron opgewarmd en geeft dan langzaam en langdurig warmte af. Wat hier de vulling was, kon de brandweer niet met zekerheid vaststellen. Zeker geen pitten, het leek meer op graan en er leken restjes van bladeren in te zitten. Wat speurwerk op internet leerde de brandweer dat er allerhande tips zijn om zelf hittepitten te maken, waaraan soms geurende blaadjes worden toegevoegd tegen een muffe lucht.
Brandgevaar lijkt geen rol te spelen. Op gebruiksaanwijzingen van officiële hittepitten staat dat ze vochtig moeten worden gemaakt, alvorens ze in de magnetron op temperatuur te brengen. Maar wie doet dat , vraagt Kwintenberg zich af.
© Newsroom Enschede, de samenwerking tussen TC Tubantia en 1Twente Enschede - foto: Emiel Muijderman