Een van hen is Arjan Bonthuis uit Zenderen, voorzitter van LTO Twente-Zuid. Als ondernemer tekent hij ook bezwaar aan tegen het inleveren van enkele tientallen koeien. Als LTO-bestuurder erkent Bonthuis dat inkrimping onontkoombaar is. Zijn organisatie verzet zich niet tegen het plan. "We willen natuurlijk wel graag dat er voldoende wordt ingeleverd om de derogatie te behouden."
Derogatie is de ontheffing die Europa aan Nederland verleent om meer fosfaat te produceren dan de eigenlijke grens. Zonder die ontheffing zouden nog veel meer koeien moeten verdwijnen.
Beroep
Advocaat Arjan Teeuw van Den Hollander Advocaten verdedigde dit voorjaar zes bioboeren. Zij kregen, met 45 andere boeren, een vrijstelling van het fosfaatreductieplan van staatssecretaris Martijn van Dam. Zij hoeven geen koeien te slachten om het mestoverschot terug te dringen. De staat gaat in beroep, 18 september dient de zaak.
Mestput
De rechter concludeerde dat de melkveehouders onredelijk hard werden getroffen. Door het wegvallen van het melkquotum in april 2015 hadden heel wat boeren geïnvesteerd in de uitbreiding van hun bedrijf, voordat Van Dam de melkveesector verplichtte de veestapel te doen krimpen. Er kwamen destijds zóveel dieren bij, dat de vaderlandse mestput overstroomde. Van Dam greep in om Europese landbouwvoordelen te waarborgen. Een gemiddeld bedrijf zou zo'n 50 koeien moeten inleveren.
Een groep van 140 melkveehouders die woensdag in de rechtbank in Den Haag ook het fosfaatreductieplan aanvochten, hoopt rond 9 augustus op een vergelijkbaar vonnis. Ook zij willen niet krimpen. Advocaten van het Ministerie van Economische zaken pleitten er tevergeefs voor, de uitspraak in het hoger beroep van het andere kort geding af te wachten. De staat vindt dat het nieuwe kort geding (en andere die nog volgen), niets aan de eerste zaak toevoegen.
Enschede FM sprak met LTO-bestuurslid Joke Aalpol-Pasman, beluister het interview hierboven.
© Newsroom Enschede, de samenwerking tussen TC Tubantia en TV Enschede FM, foto: Pixabay