Twentse rijopleiders blij met verlaging instapleeftijd voor grootrijbewijs

De rijopleiders reageren daarmee op het kabinetsbesluit om voortaan jongeren vanaf 18 jaar toe te laten tot de rijopleiding D. Daarmee kunnen ze chauffeur worden op een vrachtwagen, of achter het stuur stappen van een touringcar of stadsbus. De instapleeftijd stond jarenlang op 21 jaar. Met het verlagen van de leeftijd wil de overheid het tekort aan met name buschauffeurs helpen oplossen. De afgelopen jaren is het aantal buschauffeurs met ruim 14 procent gedaald.

De opleiders ROC van Twente en rijschool Brünen in Enschede zijn blij met de verlaging, maar plaatsen er wel kanttekeningen bij. Teamleider personenvervoer Gerard Peters van het ROC van Twente: "De jonge jongens kunnen in principe gelijk op een vrachtwagen van 50 ton worden gezet. Dat is een flinke verantwoordelijkheid. Ik denk dat het bedrijfsleven moet zorgen voor goede mentoren en veel begeleiding."

Niet meer wachten
René Brünen van de gelijknamige rijschool: "Het is mooi dat de echte talenten na hun middelbare school niet meer hoeven te wachten tot ze kunnen beginnen. Tegelijk moeten we niet hebben dat iemand die met 16,5 jaar zijn autorijbewijs heeft gehaald, en een jaartje onder begeleiding heeft gereden, gelijk op dat zware materiaal stapt."

De jonge jongens kunnen in principe gelijk op een vrachtwagen van 50 ton worden gezet. Dat is een flinke ver­ant­woor­de­lijk­heid.
Gerard Peters, ROC van Twente
Nog los van het gewicht en de omvang van het voertuig speelt er volgens Peters een extra aspect: sociale vaardigheden. "Bussen zijn eigenlijk vrachtwagens waar de lading vanzelf instapt. En meer nog, de lading is mondig. Daar moet je op die leeftijd wel mee om kunnen gaan. Niet iedere chauffeur is daar geschikt voor. Daarom hebben we vooraf goede gesprekken met de kandidaten."

Tekort
Het ROC leidt nu jaarlijks zo'n 35 mensen op voor het D-rijbewijs. De meesten van hen zijn ouder dan 23, sommigen zelfs 40 jaar of ouder. Ondanks dat er geen baangarantie is, krijgen ze toch allemaal werk. "Er is een tekort, dat is zeker", zegt Peters. "Jongeren kunnen nu aansluitend aan hun vmbo voor de chauffeursopleiding kiezen. Maar daar zit nog wel een probleem. Bij de bbl-opleiding (werken en leren gecombineerd) moeten bedrijven jongens in dienst nemen die eerst nog hun opleiding moeten doen. Ze zijn niet inzetbaar, maar kosten al wel geld."

"Onze ervaring is dat werkgevers wel heel hard roepen dat ze een tekort hebben aan chauffeurs, maar niet thuis geven als we voor een stageplaats aankloppen", vervolgt Peters. "We moeten daarom nu snel met de branche aan tafel om de opleiding beter vorm te geven. De nieuwe instroom van jonge mensen is daarvoor een mooie stimulans."