Sla een krant open en de kans is groot dat je er wat over leest. De April-meistaking, die deze maand precies tachtig jaar geleden begon bij Stork in Hengelo, staat volop in de aandacht. Maar weten de mensen op straat er ook van?
We stelden de vraag aan willekeurig voorbijgangers op straat in Hengelo: Wat weet u over de April-meistaking? Na die vraag bleef het vaak stil. Of er kwamen heel bijzondere antwoorden, zoals die van een ROC-student: "Nou, ik reis niet zo veel met het openbaar vervoer. Maar het zal vast iets met die bussen te maken hebben... toch?" Een man op het marktplein denkt in dezelfde richting: "Ja, dat gaat over het openbaar vervoer. Er is tegenwoordig wekelijks wel een staking."
Er zijn ook mensen die precies weten waar het over gaat. "Ik ben er zeker bekend mee, mijn schoonvader werkte bij Stork. Daar is het allemaal begonnen. Hij sprak er nooit veel over, maar ik vind het belangrijk dat wij Hengeloërs hiervan afweten. We mogen onze eigen geschiedenis niet vergeten", vertelt een vrouw voor de Hema.
Iets verderop nog een ingewijde: "Ja, die staking is hier begonnen. Daarna deed heel Nederland mee. Er wordt nu veel over geschreven in de krant. De meeste Hengeloërs zullen er daarom wel wat van weten toch..?"
Het is dit jaar precies tachtig jaar geleden dat werknemers van Machinefabriek Stork in Hengelo het werk neerlegden als teken van verzet tegen de gedwongen arbeidsinzet tijdens de Tweede Wereldoorlog. Op 29 april 1943 gingen de drieduizend Storkianen in staking en als een olievlek verspreidde die staking zich razendsnel uit over heel Nederland. In die weken daarna kwamen 174 Nederlanders om, de meesten werden standrechtelijk geëxecuteerd door de Duitse bezetter.