Bestuurders in Twentse grensregio: 'Tijd voor volgende stap in Duits-Nederlandse samenwerking'
In het grensgebied liggen grote kansen voor samenwerking voor het oprapen, maar dat vereist een nóg betere afstemming en het overbruggen van verschillen tussen Duitsland en Nederland. Dat zeggen prominente bestuurders uit de grensregio bij een conferentie in het kader van lokale democratie, die deze vrijdag plaatshad in Gronau. Na ruim 30 jaar wordt het volgens hen tijd dat de grens letterlijk geen barrière meer is.
Tijdens het congres, een initiatief van de Duits-Nederlandse Vereniging en de 3e Berkelcompagnie, staan de verschillen tussen het democratische proces bij lagere overheden in beide landen centraal. Die zijn er legio. De gekozen burgemeester versus de Duitse burgemeester bijvoorbeeld, maar ook de bestuurslagen. Een provincie zoals Overijssel laat zich het best vergelijken met een Regierungsbezirk, zoals die van Münster. Dit is de bestuurslaag onder de deelstaatregering van Noordrijn-Westfalen, maar boven Kreisen (regio's, zoals Borken) en gemeenten.
Vanzelfsprekender
Bestuurders die verder willen met grensoverschrijdende samenwerking moeten van elkaars verschillen en procedures op de hoogte zijn. Dat brandweerlieden uit Losser in voorkomende gevallen uitrukken voor een melding in Gronau, komt omdat de Bezirksregierung in Münster daar toestemming voor heeft gegeven.
Er zijn door de jaren heen veel stappen gezet in de grensoverschrijdende samenwerking. "Maar het is tijd voor de volgende stappen in de samenwerking tussen Nederland en Duitsland", vindt Dorothee Feller, de deelstaatminister van Onderwijs in Noordrijn-Westfalen. "Waarbij het wonen en werken over de grens nog vanzelfsprekender wordt." Die kansen zitten er in de economie, maar ook in het onderwijs. "Elkaars taal leren spreken op de scholen in het grensgebied is daarbij van belang."
Diploma's
Maar de grens is toch al lang geen fysieke barrière meer? In het grensgebied van Twente gaan Nederlanders en Duitsers in groten getale dagelijks de grens over om te winkelen, boodschappen te doen of te tanken, zonder dat de grens daarin nog een belemmering vormt. "Maar als je aan de andere kant van de grens wil werken, maar dat gaat niet omdat jouw diploma niet wordt erkend, dan is die belemmering er wel", zegt Commissaris van de Koning Andries Heidema. "En voor een verzorgingsgebied van een ziekenhuis zoals het MST in Enschede, houdt het bij de grens ook op. Dat betekent ook wat."
Al tientallen jaren
Het zijn dezelfde problemen waar pak 'm beet al twintig tot dertig jaar over wordt gesproken, dat beseffen de grensbestuurders zich maar al te goed. "Het is wel zo dat samenwerking over de grens tien jaar geleden een stuk moeilijker ging dan nu", aldus onderwijsminister Feller. Er worden dus stappen gezet. Zij en Heidema onderhouden bijvoorbeeld contacten met elkaar.
En die betrokkenheid vanuit lokale en regionale bestuurders is volgens Rob Welten ook de weg die bewandeld moet worden. "Je kan niet verwachten dat het alleen vanuit de landelijke overheid komt", zegt de burgemeester van Haaksbergen die tevens voorzitter is van de Euregioraad. "Lokale en regionale bestuurders moeten het belang voelen en oplossingen aandragen. Daar helpen congressen als deze, maar ook de Grenslandconferentie bij."
