Een aanvankelijk opgeleverd en later weer ingetrokken onderzoeksrapport naar een specifieke groep bijstandsaanvragers in Enschede, legt bloot hoe de gemeente worstelde met streng beleid. Maar het toont ook een aantal knelpunten in de organisatie en in de verhouding tussen ambtenarij, openbaar bestuur en volksvertegenwoordiging die hoogst actueel zijn.
Enschede worstelde jaren met streng sociaal beleid en aanhoudende kritiek daar op. Het leidde tot een breed onderzoek naar de menselijke maat in dat beleid en, mede in de slipstream van het Toeslagenschandaal, tot een wending. Dat ingetrokken rapport ging over een veel beperkter onderzoek naar inwoners die meermaals een bijstandsaanvraag moesten indienen, zogenaamde ‘veelaanvragers’, maar trok wel eenzelfde conclusie: het beleid was onnodig streng en ging uit van wantrouwen. Dat had gevolgen voor inwoners, vaak inwoners in een toch al kwetsbare positie.
Over de redenen om dat ‘kleinere’ onderzoeksrapport Veelaanvragers in te trekken, een dag voordat de resultaten van dat brede onderzoek openbaar gemaakt werden, leefden van meet af aan vragen. Dat werden er alleen maar meer nadat de onderzoeker - een medewerker van het Enschedese klachtencommissariaat - in diskrediet werd gebracht en in conflict kwam met de klachtencommissaris en de gemeente.
Onderzoek laat zien dat ambtenaren - en ook bestuurders - een zo gunstig mogelijk beeld naar buiten wilden brengen en dubieus handelen hebben toegedekt. Vragen over de gang van zaken rond dat ingetrokken rapport zijn niet open en volledig beantwoord. Ook nu worden een paar cruciale documenten achtergehouden. Bij de aangevoerde gronden daarvoor zijn - andermaal - de nodige vraagtekens te plaatsen.
In de uitvoering van de bijstandsregels is veel veranderd. Er wordt naar inwoners geluisterd, er wordt rekening gehouden met persoonlijke omstandigheden, wantrouwen heeft plaatsgemaakt voor een luisterend oor en dienstbaarheid. Maar als het gaat om misstappen in overheidshandelen, lijkt de neiging om de plooien glad te strijken - zo lang dat gaat - onverminderd groot.
In deze kwestie spelen twee zaken. De eerste gaat over beleid en de uitvoering daarvan. Het tweede gaat over de rol die verschillende functionarissen spelen en hebben gespeeld op het moment dat daar kritisch onderzoek naar werd gedaan en vragen over kwamen. En komen.
De kwestie rond het onderzoek Veelaanvragers ligt gevoelig - en terecht. De politiek en de pers spinnen soms al te gretig garen bij schandalen en dat kan individuen beschadigen. Daarbij gaan interne aangelegenheden die buitenwacht niet aan. Tenzij… En dat ‘tenzij’ speelt hier.
Hier zijn die persoonlijke en interne aangelegenheden nauw verweven met het publieke belang: de controleerbaarheid van beleid en een transparante en betrouwbaar functionerende overheid die dienstbaar is aan haar inwoners.
De eerste vragen over dat ingetrokken rapport rezen in de laatste maanden van 2021. Dat gebeurde onder meer in de gemeenteraad. In de beantwoording van die vragen is de gemeente, in pogingen om een zo gunstig mogelijk verhaal naar buiten te brengen, onvolledig en onjuist geweest. Bij herhaling en nog steeds.
Daarbij is de medewerker van het klachtencommissariaat die het onderzoek deed en het verslag opstelde geslachtofferd.
Dat raakt aan de integriteit van de ambtelijke top, aan de werkethiek binnen de ambtenarij en daarmee diezelfde dienstbaarheid aan inwoners èn de controleerbaarheid van beleid en macht. Kortom: het vertrouwen in de overheid en in de democratie.
In oktober 2021 werd de onderzoeker op het matje geroepen bij de klachtencommissaris: er zou - kort gezegd - gesjoemeld zijn met het onderzoek. Daarin werden medewerkers van andere gemeenten opgevoerd, die niet te vinden zouden zijn. Bovendien waren er geen transcripties opgenomen van de gesprekken met die collega’s uit andere steden.
Het waren bezwaren die niet werden geopperd toen het rapport - bijna een half jaar eerder - in concept voorlag bij de klachtencommissaris en even later werd vrijgegeven. Maar de onderzochte afdeling had stevige kritiek op de bevindingen in het rapport en de klachtencommissaris wilde de relatie goed houden en een politieke rel vermijden - alles wat met (strenge) Enschedese bijstandsregels te maken had, lag heel gevoelig. Ook politiek.
In een ronduit vernietigende uitspraak in een later gevoerde ontslagzaak tegen deze medewerker van het klachtencommissariaat, legt de rechter onomwonden het (verwijtbare) verband tussen die kritiek van de ambtelijke afdeling en de plotseling opgevoerde bezwaren bij de inhoud van het onderzoeksrapport.
Aan dat verantwoordingsgesprek met de medewerker van dat bureau die het onderzoek had gedaan en het rapport had opgesteld, ging een e-mail vooraf waarin de klachtencommissaris de onderzoeker confronteert met de bevindingen: er zijn ambtenaren van andere gemeenten opgevoerd die niet te traceren zijn. Die e-mail is, met een agendamelding voor later die middag, het laatste document dat de gemeente vrijgaf bij een Woo-verzoek van 1Twente.
Wat ontbreekt zijn twee documenten waarin de onderzoeker zich tegen de aantijgingen verweert: een antwoordmail van de onderzoeker en het verslag van dat gesprek. Ook dat blijkt uit het vonnis van de rechter. De onderzoeker heeft de in het rapport opgevoerde collega’s van andere gemeenten wèl gesproken. Dat bleek overigens ook uit eerder onderzoek van 1Twente.
Dat verweer van de onderzoeker is in alle debatten en antwoorden op vragen - van pers en politiek - nooit meegenomen of genoemd. Sterker: in een geheime bijeenkomst met de gemeenteraad, anderhalve maand na dat verantwoordingsgesprek, stelde de klachtencommissaris dat de onderzoeker ‘de fouten heeft erkend’.
Die ‘fouten’ waren de belangrijkste reden om het rapport in te trekken, zo was de lezing. Het onderzoek voldeed niet aan de eisen eraan werden gesteld.
De onderzoeker zelf zat inmiddels ziek thuis en was niet bij die bijeenkomst aanwezig. Latere pogingen van gemeenteraadsleden om alsnog met de onderzoeker in gesprek te komen en diens kant van het verhaal te horen, zijn telkens afgehouden. Om verschillende redenen.
In de kern komen die steeds op hetzelfde neer: de onderzoeker wilde wel, maar bevond zich niet in de positie om naar buiten te kunnen treden. Er lag een formeel verbod en het zou de relatie met de gemeente nog verder onder druk zetten en nadelig kunnen uitpakken. Dat speelt nog steeds.
1Twente heeft die ontbrekende stukken bij de gemeente opgevraagd. Maar vooralsnog stelt de gemeente zich op het standpunt dat de inhoud ervan teveel ingrijpt in de persoonlijke levenssfeer van de betrokkenen, een formele grond om documenten niet openbaar te maken. Let wel: het gaat hier om stukken met ontlastende informatie voor de betrokken onderzoeker.
Overigens ontbraken beide documenten ook op de inventarislijst bij de wèl openbaar gemaakte stukken. Dat is opmerkelijk; ze vallen wel onder de scope van het Woo-verzoek. Opmerkelijk is ook dat de gemeente voor het overige uiteindelijk heel transparant is geweest bij de verstrekking van die stukken. Aanvankelijk werden alle termijnen voor dit soort informatieverzoeken ruim overschreden, tot er een rechtszaak dreigde en de verantwoordelijke juridische afdeling ingreep.
Tussen de geleverde stukken zaten diverse documenten met ‘persoonlijke beleidsopvattingen’, een andere uitsluitingsgrond voor openbaarmaking. Dat zijn uitspraken van ambtenaren op persoonlijke titel, waarin zij hun visie op gevoerd beleid geven. De wetgever heeft ambtenaren - terecht - de ruimte gegeven om in de beslotenheid van intern overleg vrij te kunnen zeggen of schrijven wat zij vinden.
Anders gezegd: die uitsluitingsgronden zijn in dit geval nauwelijks toegepast. Alleen voor die e-mail van de onderzoeker en dat verslag van het verantwoordingsgesprek tussen deze en de klachtencommissaris. Uitgerekend de stukken waarin de onderzoeker zich verweert. Tegen aantijgingen die diens persoonlijke integriteit aantasten en de kwaliteit van het onderzoek en het rapport Veelaanvragers. Een verweer dat tot nog toe alleen tot de rechtbank doordrong.
Daar werd in de ontslagzaak tegen deze onderzoeker een voor de gemeente ontluisterend vonnis geveld, mede op grond van deze twee stukken: de gemeente viel veel te verwijten, zo oordeelde de rechter, de onderzoeker per saldo eigenlijk niets.
Het ontslagverzoek werd resoluut van tafel geveegd.
De onderzoeker zit nog altijd thuis, in afwachting van het vervolg op die uitspraak. De gemeenteraad weet niet goed wat ze met de kwestie aanmoet. De gemeente houdt een paar belangrijke kaarten voor de borst. Verantwoordelijke functionarissen - klachtencommissaris, topambtenaren en ook bestuurders - verdedigen de lijn die is ingezet, maar die niet klopt.
Daar is die onderzoeker de dupe van, maar dat niet alleen. Het raakt ook de betrouwbaarheid van een overheid, de onafhankelijke afhandeling van klachten van burgers incluis, en het functioneren van de lokale democratie. Een democratie die toch al kwetsbaar is.
Daarmee is de kwestie rond dat rapport Veelaanvragers meer dan een intern conflict met een individuele ambtenaar die al dan niet gelijk heeft. Het raakt de olie die de stad soepel moet laten draaien. En de dienstverlening aan inwoners.