De gemeenten zijn ten onrechte op hoge kosten gejaagd, zeggen de twee partijen. Het kabinet heeft voor dit jaar wel een tegemoetkoming aangekondigd, maar CDA en ChristenUnie vinden dat onvoldoende. Ze wijzen op gemeenten, ook buiten Twente, die een doorlopend contract hadden voor 2023. Zij zijn het meest de dupe geworden en moeten met voorrang de meerkosten volledig terugkrijgen. Een meerderheid in de Kamer is het daarmee eens.
Jetten bepaalde in april dat zo'n 300 Nederlandse gemeenten, scholen en waterschappen hun band met Gazprom moesten verbreken vanwege de Europese sancties die waren ingesteld tegen Rusland na de inval in Oekraïne. Gazprom is een Russisch staatsbedrijf.
Er waren meteen al twijfels, ook bij de Tweede Kamer. Die vroeg Jetten om een heroverweging van zijn plannen. De minister besloot daarop de deadline voor het overstappen op te schuiven, naar uiteindelijk 1 maart 2023. Maar tientallen Nederlandse gemeenten hadden al gebroken met Gazprom en nieuwe contracten afgesloten bij andere leveranciers, tegen veel hogere prijzen.
Vorige week bleek dat het opzeggen van de contracten helemaal niet nodig was. De gemeenten waren klant bij een Nederlandse dochteronderneming van het bedrijf, dat op zijn beurt weer onder een Duitse dochteronderneming van Gazprom viel. Die Duitse dochter is inmiddels genationaliseerd is door de Duitse staat. De plannen daarvoor waren al eerder bekend.
"Een inschattingsfout van Jetten", zegt Kamerlid Pieter Grinwis van de ChristenUnie. "Er zat al helemaal geen Russisch tintje meer aan dat bedrijf en het gas van andere leveranciers kwam deels ook uit Rusland. Dus het was dubbel fout en gemeenten zijn op hoge kosten gejaagd."
(artikel in samenwerking met onze mediapartners RTV Oost en NOS)