NEDERLAND/DUITSLAND - Een wolf die binnen dertig meter van een mens is gekomen afschieten: milieuminister Ursula Heinen-Esser uit de Duitse deelstaat Noordrijn-Westfalen wil een verordening invoeren die dat mogelijk maakt. De wolf houdt de gemoederen bezig, zowel hier in Twente als bij de Duitse buren. De één ziet deze beschermde diersoort maar wat graag terug in het wild, de ander zit er juist totaal niet op te wachten.
Het afgelopen jaar zorgden wolven aan de andere kant van de grens voor de nodige onrust. Alleen al in Noordrijn-Westfalen vergrepen de beesten zich veertig keer aan schapen en pony’s. Vandaar dat minister Heinen-Esser nadenkt over zeer drastische maatregelen.
Té drastische maatregelen, als het aan ecoloog Glenn Lelieveld van De Zoogdiervereniging ligt. "Ik begrijp dat juristen en beleidsmakers hier heel blij van worden, maar dit is toch niet hoe het in de praktijk werkt? Wat gebeurt er als iemand bewust binnen dertig meter van het dier komt." Het is een vraag die Lelieveld zich hardop stelt. "Dan zou je hem dus al af kunnen schieten. We moeten kijken naar oorzaak en gevolg: waarom komt een wolf binnen dertig meter van de mens en wat doet die wolf vervolgens? Rent die dan weg? Het gaat er niet alleen om hoe de mens daarop reageert."
Martijn Lambregts van Werkgroep Wolf Nederland is het met Lelieveld eens. Hij begrijpt dat er mensen zijn die zich zorgen maken over de opkomst van de wolf. Nu vallen de beesten nog schapen en pony's aan, maar kan een wolf ook eens mens aanvallen? "Het is niet uitgesloten dat het een keer zal gebeuren", stelt Lambregts. "Ik vind het onjuist om te zeggen dat de wolf bang is voor de mens. Er zijn maar weinig gevallen bekend van een aanval op de mens hier in Europa. Maar tuurlijk: de kans bestaat altijd."
Toch moet er binnen Nederland plaats worden gemaakt voor de wolf, vindt Lelieveld. Hij schopt daarmee tegen het zere been van verschillende vee- en schapenhouders. Steeds vaker vinden zij een aangevreten dier op de heide of in hun weiland. Een probleem dat voorkomen had kunnen worden, stelt Lelieveld. "Er zijn mensen die constant roepen: elke wolf is er eentje te veel. Maar dat lost je probleem toch niet op? In veel gevallen heeft een schapenhouder geen zin om er iets aan te doen. Al zijn er zeker schapenhouders die er wél wat aan doen, laat daar geen misverstand over verstaan", doelt Lelieveld op het afschermen van de dieren.
Er zijn mensen die roepen: elke wolf is er eentje te veel. Dat lost het probleem toch niet op?
Ook Lambregts vindt het belangrijk dat schapen en ander vee voldoende beschermd worden. "Zodat de wolf niet bij de dieren kan komen. Wij begrijpen dat dit geld kost. Maar er zijn veel vrijwilligers die willen helpen bij het opzetten van de omheining en het enige dat de agrariër moet doen is subsidie aanvragen." Lelieveld sluit af met een voorbeeld. "Op het moment dat we allerlei weides hebben, zonder omheining en met allemaal schapen… Is dat dan het probleem van de wolf? We vinden het toch ook heel logisch dat een kippenhok ’s avonds afgesloten is?"
Zo simpel is het voor veel agrariërs echter niet. En werken de voorzorgsmaatregelen wel? Zo duiken er op internet filmpjes op waarin te zien is hoe wolven over hoge omheiningen springen. LTO Nederland zet zich in voor de boeren in ons land. Harold Zoet, Voorzitter Regiobestuur Oost van de LTO, maakt zich zorgen.
"Je merkt dat de weerstand tegen de wolf toeneemt, de mensen zien steeds vaker wat er gebeurt. Het is verschrikkelijk wanneer je 's ochtends in je weiland met schapen komt en je vervolgens een verscheurd dier ziet liggen. Je ziet berichten uit Duitsland, waar inmiddels ook pony's, koeien en kalveren worden aangevallen. Dan denk ik: hoe kan dat nou? Het is net alsof de wolf een vrijbrief heeft gekregen. Daarnaast is het verkrijgen van een schadevergoeding een langdurig proces, terwijl het geld niet altijd de emotionele waarde dekt. Zeker wanneer het om hoogwaardige rasdieren gaat die al generaties in de familie zitten."
Het geld dekt niet altijd de emotionele waarde, zeker wanneer het om hoogwaardige rasdieren gaat
Een afrastering om de wolven weg te houden bij de verschillende dieren: Zoet vindt het een omgekeerde wereld. Dat geldt ook voor Mieke Boode, die een schaapskudde heeft op het Springendal, aan de grens met Duitsland. Ze begrijpt dat er veel mensen zijn die het beste voor hebben met de wolf, maar het is volgens haar onbegonnen werk om alle grond af te zetten om de wolf buiten de deur te houden. "Ik ben er absoluut niet blij mee dat de wolf terug is in Nederland. Wij hebben niet de financiële mogelijkheden om de 47 hectare heide, waar wij de kudde hebben lopen, af te rasteren. Dat is onbetaalbaar."
En Boode begrijpt de wolf maar al te goed, wanneer die langs een weide met schapen loopt. "Het is net een McDonalds voor die wolf. Hap, klaar: morgen kom ik weer." De eigenaresse van de schaapskudde neemt echter een duidelijk standpunt in. "Ik vind niet dat zo'n dier zomaar doodgeschoten mag worden. Maar ik zou wel graag een alarmpistool hebben, zodat ik de wolf op die manier nog een beetje afstand kan houden."
Hoewel de voor- en tegenstanders van de wolf het op sommige punten absoluut niet met elkaar eens zijn, is er één gezamenlijk aspect waar ze zich mateloos aan ergeren. Lambregts, Lelieveld, Zoet én Boode vinden dat de Nederlandse politiek te weinig doet. "Er wordt geen beleid gemaakt", aldus Zoet. "In de Nederlandse politiek staat er nog niemand op. Dat de wolf voor een gedeelte beschermd wordt: prima. Maar we moeten over aantallen gaan praten: hoeveel wolven 'passen' er in ons land?"
Zijn uitspraken worden ondersteund door Lelieveld, die vrij weinig van de beleidskeuzes begrijpt. "Het is ontzettend jammer dat het allemaal zo langzaam gaat. In 2015 zagen we de eerste rondtrekkende wolf door Nederland. We zijn zes jaar verder en we zitten nu op veertig verschillende, geïdentificeerde wolven. Maar het beleid is nog steeds ingestoken op de rondtrekkende wolf, terwijl er al roedels zijn in de Veluwe."
En dus moet er wat veranderen in Nederland. "Maar de overheid is veel te druk met corona, alsof er niets anders meer bestaat", besluit Boode.