Voor de Verdegaalhal staat een tractor, met giertank. Het is duidelijk, in deze hal wordt het stuk over die spraakmakende periode uit de Tubbergse geschiedenis opgevoerd.
Binnen, achter de bar in de eetzaal, staat vrijwilliger Oscar Oude Elberink. Zijn vrouw Petra zingt mee in het koor en dochter Silke bespeelt de dwarsfluit in het muziekensemble dat hier optreedt. “Ik kon niet achterblijven”, vertelt hij lachend.
Tijdens de première staat hij achter de tap, maar Oude Elberink is op vele plekken inzetbaar. “Waar mensen nodig zijn, spring ik in. Het is leuk om hier betrokken bij te zijn.”
Verhalen komen los
Gaandeweg nemen de bezoekers plaats aan de lange tafels. Aan tafel, met op hetzelfde bord achtereenvolgens soep, aardappelen en het toetje, komen de verhalen al los. Boerenkool en hutspot worden, zo uit de pan, door de bezoekers zelf opgeschept.
Ruim zeventig rookworsten gaan in de keuken in de pan en worden, samen met de hachee, over de tafels verdeeld. En voor het toetje kloppen, met name de mannelijke bezoekers, de slagroom stijf.
Vluchten voor een charge
Trijnie Bloemendal-Handlogten zit samen met haar broer Henk aan de tafel, benieuwd naar de voorstelling. “Vijftig jaar geleden voelde ik me een beetje opgejaagd”, vertelt ze. De toen 16-jarige Trijnie nam een kijkje bij de opstand en vluchtte voor een charge van de politie. “Ik zag hoe alles zich de hele dag door ontwikkelde tot wat er ‘s avonds gebeurde. Het was best beangstigend allemaal.”
Walter en Christel Luttikhuis, die zelf een agrarisch bedrijf hebben, komen ook de voorstelling bekijken. Walter was tijdens de opstand een jaar. “Ik weet er niet zo heel veel van. Ik ben heel benieuwd naar het verhaal en hoop mensen te spreken die het mee hebben gemaakt.“
Luttikhuis heeft een melkveebedrijf. “De opvolger staat in de startblokken om het bedrijf over te nemen. We hopen in de toekomst nog wel boer te blijven. Ik hoop dat dit verhaal beklijft bij mensen, dat ze weten dat zoiets als verkaveling belangrijk is, ook voor de toekomst van de boer.”
Dan is het tijd voor het theater. Op het podium ontrolt zich een fascinerend familieverhaal.
Het verhaal gaat over de randstedelijke en zwangere Lisa, die met haar vriend naar Twente trekt op zoek naar haar biologische moeder. Ze hoort onder andere over de ruzie tussen broers, de nasleep van de boerenopstand en het grote zwijgen, en maakt kennis met tante Grada.
Ook de actualiteit wordt niet geschuwd. Een drama zonder zwartgalligheid en veel Twentse humor in een theaterspektakel met vaart.
Het publiek reageert enthousiast.
Jan Olde Hampsink: “Het wordt heel mooi verteld. Op een manier dat er geen tweestrijd is. Er zit geen haat in, en die was er toen wel. Het is komisch, goed gespeeld en in goed Twents.”
Hij was er vijftig jaar geleden ook bij. “Ik was 14, ik zat op school. We wisten dat er wat te doen was. We stonden op de es, in een land vol knollen. Die trokken we uit de grond en gooiden ze naar de tent. We wisten helemaal niet waar het over ging.”
Dubbelrol Laus Steenbeeke
Acteur Laus Steenbeeke speelde, als boer Herman en tante Grada, een fantastische dubbelrol. “Het mooiste vind ik dat in het spel alle argumenten, van alle kanten, naar voren kwamen. Een poging om de mensen weer bij elkaar te krijgen. Hopelijk kunnen we daar een steentje aan bijdragen”, vertelt hij. “Er zijn nog steeds mensen die elkaar niet groeten, dat is toch doodzonde.”
Als acteur deed de reactie van het publiek hem goed. “Het leek of het publiek de voorstelling had omarmd. Een mooi gevoel.”
Nog twintig voorstellingen zijn er te gaan; de laatste voorstelling is op dé datum, dinsdag 21 december. Kaarten zijn verkrijgbaar bij het Wilminktheater.