De fractie van Gemeentebelangen/VVD zegde het vertrouwen in de coalitie op; er restte Bekhuis weinig anders dan af te treden.
Zag Bekhuis deze zet van haar fractie aankomen? “Nee. De laatste tijd lagen er wel grote dossiers op tafel en je voelt ook wel dat het tussen de fracties niet altijd even soepel verloopt. Maar je gaat er niet direct vanuit dat er een breuk komt. Je hoopt nog op een wondertje, dat de fracties elkaar nog vinden.”
Van raadslid tot wethouder
Bekhuis werd voor de gemeenteraadsverkiezingen van 2014 gevraagd voor de kandidatenlijst van GB/VVD en werd raadslid en fractievoorzitter.
Politiek geïnteresseerd was ze altijd al. “Ik ben opgegroeid met ouders die vonden dat ik de krant moest lezen.” Ze volgde de politiek ook lokaal en was betrokken bij Dorpsraad en Ondernemersvereniging.
Op haar pad
Ze dacht er niet over politiek actief te zijn, tot ze daarvoor gevraagd werd. De politiek kwam op haar pad. “Toen ik gevraagd werd had ik niet zoiets van 'oh wat een rare onlogische vraag'. Ik ben wel iemand die vindt nog weleens ergens iets van. Als je dan gevraagd wordt en je kan meehelpen als raadslid, dan moet je die kans ook pakken."
Coalitie
In 2018 voerde ze de GB/VVD-lijst voor de gemeenteraadsverkiezingen aan. Er kwam een coalitie van drie partijen: het Tubbergs Akkoord. Naast het CDA, dat in de raad de absolute meerderheid had en heeft, namen daaraan deel GB/VVD en Dorpen Centraal.
Intensieve baan
Bekhuis werd wethouder. In een interview van voor deze bestuurscrisis in Ondernemersmagazine Gemeente Tubbergen, gaf ze aan dat ze nog wel een periode aan zou willen blijven. “Wethouder zijn is een ongelooflijk intensieve baan”, zegt ze. “Ik kom zelf niet uit de overheidswereld, ik moest wennen. Voordat je er echt helemaal inzit, ben je twee jaar verder. Ik hoor dat van meer wethouders. Vier jaar is best een beetje kort om ambities echt te kunnen verwezenlijken.”
Ze vond haar draai en deed haar werk met veel enthousiasme. `Van de organisatie Noaberkracht en van collega wethouders, ook uit andere plaatsen, heb ik veel hulp en steun gehad´, benadrukt ze.
Collegiale samenwerking
Op vragen over ergernissen tussen de fracties en de laatste escalatie van de irritaties, die tot de breuk leidde, wil ze niet reageren. `Ik ben lid van het college, niet van de raad. Ik kan wel zeggen dat er een goede collegiale samenwerking was binnen het college. De verhoudingen onderling zijn goed. Ook nu nog zelfs.”
Toen GB/VVD uit de coalitie stapte, kon Bekhuis niet anders dan haar taak als wethouder neer te leggen. “Dat heb ik uit volle overtuiging gedaan; als jouw fractie eruit stapt, kun je niet blijven zitten. Dat heeft geen zin. Je kunt formeel gezien wel door, maar in de praktijk is dat niet werkbaar, dat moet je niet willen.”
Dat ze haar werk als wethouder niet af kan maken, spijt haar. Toch een beetje een kater? Bekhuis: “Nee, zo ben ik niet. Ik kan goed relativeren. Ik ben gezond en gelukkig, dat is het allerbelangrijkste. Dat er een keer iets gebeurt dat je misschien verdrietig vindt of dat pijn doet, hoort bij het leven. Maar morgen komt de zon weer op en is er weer een nieuwe dag. “
Formele stop
Een maand nadat ze haar ontslag heeft ingediend, op zondag 8 juni, houdt haar werk als wethouder formeel op. “Of eerder, als er voor 8 juni een opvolger benoemd wordt.”
Een officieel afscheid wordt niet gehouden. “Dat kan ook niet in deze coronatijd.”
“Wat ik ga doen? Nog even niks. Ik moet nog een aantal zaken afwikkelen, ik moet thuis nog wat doen. Ik ben nog niet zover dat ik al weet wat ik hierna ga doen. Niet stilzitten, dat weet ik wel.”
Gemeenteraadsverkiezingen 2022
Over krap een jaar, 16 maart 2022, zijn er weer gemeenteraadsverkiezingen. Het voelt voor Bekhuis nog heel ver weg. Op de vraag of ze desgevraagd wel weer lijsttrekker zou willen worden, houdt ze de boot af. Voorsorteren op een eventueel lijsttrekkerschap gaat ze niet doen. “Dat vind ik voorbarig.”
Bekhuis: “Dit werk heb ik met heel veel plezier gedaan. Het is een voorrecht om dit te mogen doen. Het is een voorrecht dat je deze positie mag bekleden voor, door en in onze gemeente.”