Hij kreeg op zijn zesde zijn eerste fiets. Daarna was het heel veel trainen, wedstrijden rijden en video's op YouTube kijken. En dat heeft z'n vruchten afgeworpen, want de 10-jarige Lyam Maathuis uit Hengelo mag Nederland deze week vertegenwoordigen tijdens de Wereldkampioenschappen BMX in Glasgow.
“Het was een idee van mijn vader om te gaan BMX’en. Toen ik 6 jaar oud was heeft hij een fiets voor mij gekocht. Dat vond ik gelijk heel leuk en toen ben ik blijven fietsen”, zegt Lyam. Als het aan de BMX'er ligt is het WK in Glasgow 'slechts' een tussenstap. Hij droomt al over meer: “Als ik ouder ben, zou ik graag naar de Olympische Spelen willen en een finale willen rijden”, zegt Lyam.
Om dat te bereiken fietst Lyam bijna elke dag. Dit doet hij niet alleen op BMX-banen, maar ook gewoon achter zijn huis in Hengelo. Daar heeft zijn vader een parcours gemaakt. De baan is tijdens de coronapandemie gebouwd, omdat de gewone BMX-banen dicht waren. Hierdoor kon Lyam blijven crossen, want dat doet hij het liefst.
De snelheid, de techniek en het springen vindt hij het leukst. Maar om goed in BMX te worden gaat het volgens hem niet alleen om veel fietsen. “Je moet ook je rust pakken en op tijd naar bed, want het kost heel veel energie.” Tijdens het WK in Glasgow hoopt hij de snelste te zijn, 'want als je de snelste bent, dan heb je gewonnen'.