Ateliers, beeldende kunst, tentoonstellingen en evenementen. Op het voormalige industrieterrein Am Hawerkamp in Münster hebben oude fabriekspanden jaren geleden een culturele herbestemming gekregen. Afgelopen weekend ging een delegatie van meer dan veertig creatief makers naar de Duitse stad om te zien hoe dat heeft uitgepakt, om cultuur te snuiven, maar vooral ook om inspiratie op te doen.
In Münster was het industrieterrein tot de jaren negentig nog in gebruik en het onderkomen van bouwbedrijven. Nadat die vertrokken, stond het complex leeg en dreigde het verder te verpauperen. Het stadsbestuur gunde de plek aan de creatieve industrie. Een gouden zet, want daardoor groeide het uit tot een belangrijke culturele hotspot in de stad. Er zijn werkplekken, ateliers en er vinden kruisbestuivingen plaats tussen verschillende creatieve sectoren.
“De gemeente heeft destijds gezegd, ga er maar zitten, maar los het dan ook maar allemaal zelf op,” zegt Irma Bruggeman, directeur van Kunstwerkplaats De Möllerwerf. “Alle creatievelingen zitten hier gratis en vrij van huur, maar die moeten het dan wel zelf opknappen als er bijvoorbeeld een lekkage is. Het heeft een kunstkolonie opgeleverd in Münster die ook niet meer weg te krijgen is. De stad wil die ook niet meer kwijt.”
“Ja, we zijn hier wel een beetje jaloers op,” zegt beeldend kunstenaar Pier van Dijk, terwijl hij door een grote expositieruimte loopt. “We hebben natuurlijk Kunstwerkplaats De Möllerwerf, maar zoiets als Am Hawerkamp zouden we eigenlijk in Hengelo moeten hebben.”
Hoe er tegen beeldend kunstenaars wordt aangekeken in Duitsland, is volgens Bruggeman niet te vergelijken met Nederland. In Duitsland hebben ze hetzelfde aanzien als een dokter of een notaris. Ze worden goed betaald en hoeven geen uitkering aan te vragen. “Wie een aantal kunstwerken verkoopt, kan daar zo’n beetje het gehele jaar van rondkomen. In Nederland moet alles tegen IKEA-prijzen en kunnen ze een uitkering aanvragen.”
Jarenlang was er in Hengelo sprake van een armoedig kunstbeleid met als dieptepunt de sluiting van kunstpodia als HeArtgallery in de Drienerstraat en ArtHok, een expositieruimte in de voormalige horeca-keuken in de Bataafse Kamp. Er is al veel verbeterd in de stad, maar nog steeds voelen veel professioneel beeldend kunstenaars zich stadsnomaden. Velen hebben geen vaste plek voor hun atelier of om te exposeren. Ze verkassen om de haverklap van het ene leegstaande pand naar het andere pand.
“Moet je voorstellen dat een culturele instelling als Metropool of de Schouwburg zich steeds op een nieuwe plek moet uitvinden, dat is gewoon niet te doen om iets op te bouwen. Voor kunstenaars is dat ook niet te doen. Dat is nu eenmaal een club van solisten, die gaan daar echt niet voor opkomen.”
Door gebrek aan ruimte en een ongunstig werkklimaat vertrokken de afgelopen jaren veel kunstenaars en jonge makers uit Hengelo naar omliggende steden of zelfs naar naar het westen van het land. Langzaam maar zeker verandert het klimaat in Hengelo en wordt ingezien dat de aanwezigheid van een bloeiende kunst en cultuur bedraagt aan een aantrekkelijke stad om te wonen en te werken.
Het sluit aan bij de visie van het huidige stadsbestuur om de komende jaren uit te groeien tot een stad van meer dan honderdduizend inwoners. Niet voor niets is er meer bereidheid om meer te investeren in de creatieve industrie. Het zorgde onder meer al - naast de komst van een initiatief als Kunstwerkplaats De Möllerwerf - voor de oprichting van SchouwArt, een nieuw podium voor de professioneel kunst in de schouwburg van Hengelo én de komst van creatieve broedplaats Oogst in Hart van Zuid.
“Twintig procent van de bevolking bestaat uit creatievelingen. Tachtig procent bestaat uit mensen die dat uitvoeren,” zegt Bruggeman. “Alles wat je draagt of waar je in rijdt is bedacht door de creatieve klasse. Die twintig procent moet je koesteren. Ze voegen waarde toe aan je stad én dat begrijpen ze in Münster heel goed.”
Doel van de reis naar Münster van veertig Twentse beeldend kunstenaars en creatief makers, afgelopen vrijdag had, naast het bezichtigen van de stad en een bezoek aan Am Hawerkamp ook nog een ander doel. “We hopen dat uit het bezoek weer nieuwe initiatieven komen, bijvoorbeeld om een gezamenlijke tentoonstelling te houden of om een project te organiseren,” aldus Van Dijk.