“Heel veel mooi”, dat reageert cursist Waleed op de vraag wat hij vindt van het ‘Taaldorp’ dat ROC van Twente voor het tweede jaar op rij heeft georganiseerd. In het schoolgebouw aan de Wethouder Beversstraat in Enschede leren cursisten van educatie- en inburgeringstrajecten een beetje beter Nederlands. Op een laagdrempelige manier voeren ze gesprekken die ze in het echte leven kunnen toepassen. Deelnemers kunnen zelfs tijdens het event solliciteren bij echte bedrijven.
Meer dan tweehonderd educatie- en inburgeringsdeelnemers bezoeken dinsdag de tweede editie van het Taaldorp in het Enschedese ROC gebouw. Anderstaligen uit onder meer Eritrea, Syrië, Turkije, Brazilië en Oekraïne leren beter Nederlands door het uitvoeren van kleine opdrachten. Bij de start krijgt iedere deelnemer een eigen paspoort, gebaseerd op diens taalniveau.
“Sommige deelnemers op alfa niveau kunnen nog niet goed lezen of schrijven. We noemen hen ook wel nulsprekers”, legt Barbara Rikkerink uit. Zij is één van de vijf organisatoren van werkgroep Taaldorp. “De communicatie is dan vooral door middel van plaatjes en handen- en voetenwerk.” Een andere organisator, Brenda Schaap, voegt toe: “Er lopen ook cursisten rond die nog maar drie maanden het onderwijs genieten.”
Deelnemers kunnen praktijkgerichte opdrachten uitvoeren bij verschillende kraampjes in het zelfgemaakte Taaldorp. Na het voeren van een kort gesprek in het Nederlands, ontvangen ze een stempel in hun paspoort. De dialogen komen voor op drie niveau’s: alfa, A1 en A2-B1. Hoe hoger de Nederlandse taalkennis, hoe moeilijker de opdracht.
Bij onder meer een dokter, kapper, fruitkraam, lunchroom, kledingwinkel en fietsenmaker mogen de cursisten opdrachten uitvoeren. Een afspraak maken bij de kapper, een kledingstuk kopen, een ansichtkaart schrijven, hun fietsband laten plakken en zich melden bij de dokter met een zere enkel.
Nieuw dit jaar is één van de activiteiten van het Taaldorp: het muziektheater ‘Zing Nederlands Met Me’. In een half uur tijd leren de deelnemers bekende Nederlandse liedjes zingen. Bij binnenkomst in het klaslokaal, worden ze ontvangen door een zangdocente en een pianist die hen begeleidt.
‘Suzanne, ik ben stapelgek op jou’: de anderstaligen zingen mee met de Nederlandse tekst. Al klappend lezen ze mee met de songtekst op het scherm. Of de cursisten precies begrijpen wat ze zingen, valt over te twisten. Maar ze vinden het leuk en het klinkt nog aardig ook. “We richten een ROC-koor op!”, roept één van de inburgeraars vol enthousiasme.
Jessica Zwartjens was vorig jaar initiatiefnemer van het Taaldorp. Ze heeft toen met een klein team het idee uitgewerkt. Nadien waren collega’s zo enthousiast dat Zwartjens het stokje heeft overgedragen aan een nieuw organisatieteam: werkgroep Taaldorp. Rikkerink hoopt dat het event jaarlijks teug zal keren en steeds professioneler wordt. “Het is nu ook al professioneler dan vorig jaar.”
Dat stukje professionaliteit komt mede door de samenwerking met studenten van de opleiding Media en Vormgeving. Waar afgelopen jaar de paspoorten simpel gedrukt waren op zwart-wit printpapier, zijn die dit jaar ontworpen in een complete huisstijl. De boekjes, banners, ansichtkaarten en bonnetjes zijn gemaakt voor een schoolproject van de vormgevingsstudenten. Een win-winsituatie dus.
Ook andere ROC-studenten worden betrokken bij de activiteit; studenten van de kappersopleiding en de Entreeopleiding doen mee. Ook derdejaarsstudenten van de opleiding Verzorgende-IG. Zij bezetten een klaslokaal bij het Taaldorp die een dokterspost moet voorstellen. Er is een wachtkamer, een receptie en er zijn vier behandeltafels waar de cursisten terechtkunnen voor hun taalopdracht. Ze moeten een afspraak maken, nieuwe medicijnen krijgen, hun bloeddruk laten opmeten of zich melden met een pijntje.
De taalbarrières en de verschillende niveaus leveren onvergetelijke situaties op: “Ik vind het prachtig, ik moet zo lachen!”, zegt een ROC-docente die de dokterspost begeleidt. “De mensen met alfa niveau snappen er nog niet zo veel van, ze denken dat we echte dokters zijn. Ik moet soms even bijspringen om uit te leggen dat ze het advies wat ze krijgen van onze studenten niet écht moeten geloven.”
Dat de cursisten niet zo goed Nederlands kunnen weerhoudt ze er niet van om de volle honderd procent te geven. Het valt namelijk op dat de anderstaligen veel inzet tonen om de moeilijke taal te leren. “Je hoort onderling nog wel andere talen, zoals Turks of Syrisch. Maar dat is logisch en dat mag ook. Dat is een stukje veiligheid en herkenning voor hen”, zegt Maxine Abbink van werkgroep Taaldorp.
Rikkerink: “Op het moment suprême, als ze een opdracht willen behalen en daarvoor iets in het Nederlands moeten vragen, helpen ze elkaar. Ik denk dat ze het in hun eigen taal hebben over de lesstof. Je ziet de aanmoedigingen over en weer.” Cursisten verzamelen moed om op een kraam af te stappen en tijdens het lopen worden de Nederlandse zinnetjes hardop uitgesproken om ze te onthouden. ‘Mag ik een kopje thee, alsjeblieft?’ of ‘Ik wil graag een banaan kopen’ wordt herhaaldelijk gemompeld.
Lees verder onder de afbeelding.
Naast de interne samenwerkingen, heeft de organisatie dit jaar weer verschillende bedrijven uitgenodigd om mee te werken aan het event. Onder meer Gemeente Enschede, Huis voor Taal en Meedoen en Bibliotheek Enschede werken mee. Daarnaast hebben de bedrijven Atalian Schoonmaak en T-Zorg Huishoudelijk Hulp hun eigen kraam, waar cursisten vragen kunnen stellen en zelfs kunnen solliciteren als ze dat willen.
Het Taaldorp geeft organisator Rikkerink veel energie. “Ik ben vanavond wel gesloopt, maar ik word hier zó blij van.” En met haar veel anderen, want in het gebouw zijn dinsdag alleen maar stralende gezichten te zien. De ruimtes worden gevuld met gelach: van trots of van ongemakkelijke situaties die de taalbarrières soms opleveren.
“Het is mooi om te zien hoeveel mensen meedoen om de taal te kunnen leren. Ze willen het heel graag, maar voor sommige deelnemers is het best pittig”, aldus Schaap. Dat kan cursist Waleed beamen. “Het is moeilijk”, zegt hij in gebrekkig Nederlands. Maar hij is blij met het georganiseerde Taaldorp. “Heel veel mooi.”