Op een enkele uitzondering na, is het aantal inwoners van Twentse gemeenten het afgelopen jaar toegenomen. Bij elkaar opgeteld tellen de veertien gemeenten aan het einde van 2023 ruim tweeduizend 'Twentenaren' extra. Maar de mate waarin verschillende factoren die bevolkingsgroei mogelijk hebben gemaakt lopen sterk uiteen. In de meeste gemeenten speelt natuurlijke aanwas in ieder geval geen rol: er is namelijk sprake van een sterfteoverschot.
Kort gezegd: er gaan in Twente meer mensen dood dan er geboren worden. 756 om precies te zijn. Een gevolg van vergrijzing enerzijds en minder (of kleinere) jonge gezinnen anderzijds. Alleen in Borne (+25), Wierden (+25) en Tubbergen (+21) was het zogeheten geboortesaldo positief. Zowel in relatieve als in absolute zin was het sterfteoverschot in Hof van Twente (-177) het grootst.
Toch zijn er meerdere factoren die maken dat het inwoneraantal van een gemeente toen- of afneemt. Verhuizingen bijvoorbeeld. En daar hebben de meeste Twentse gemeenten niet over te klagen. Er zijn zogezegd meer mensen komen wonen dan die hun geluk in een andere Nederlandse gemeente hebben beproefd.
Hengelo steekt er wat dat betreft met kop en schouders bovenuit. In 2023 kwamen daar 576 mensen meer wonen dan dat er vertrokken. Ook het zogeheten verhuissaldo in Almelo (+222) en in Twenterand (+102) was hoger dan in de rest van van Twente. In Dinkelland, Losser, Tubbergen en Haaksbergen gingen er juist meer mensen weg. Maar niet zo veel als in Enschede, waar er een negatief verhuissaldo van 322 mensen is.
In Haaksbergen worden het sterfteoverschot en het negatieve verhuissaldo niet gecompenseerd. Daarmee behoort Haaksbergen tot de gemeenten met (relatief gezien) de grootste krimp in heel Nederland. In 2023 daalde het aantal inwoners met 147. Ook Oldenzaal (-128) en Hof van Twente (-35) hebben minder inwoners dan een jaar geleden.
De Twentse gemeente waar het aantal inwoners het meest toenam is Enschede. Die stad begon het vorige jaar met 161.235 inwoners en daar kwamen er 645 bij. Ondanks dat er meer mensen verhuisden dan er kwamen wonen en dat er minder mensen geboren dan dat er kwamen te overlijden.
De groei van Enschede is puur en alleen te verklaren door immigratie. Er kwamen bijna 1300 nieuwe inwoners vanuit het buitenland meer naar de stad, dan dat er naar het buitenland vertrokken. Hoewel dat migratiesaldo in alle veertien Twentse gemeenten positief is, geldt het naast Enschede alleen in Losser en Dinkelland als enige factor voor de bevolkingsgroei.
Bij migratie is gaat vaak de eerste gedachte naar asielzoekers. Maar die maken slechts beperkt deel uit van deze cijfers. In universiteitssteden zoals Enschede gaat het vooral om studenten, maar ook expats, Duitsers en terugkerende Nederlanders zijn een belangrijk onderdeel in deze cijfers.
De meeste asielzoekers (dus ook de 500 in de tijdelijke noodopvang in Enschede) zijn opgenomen in het binnenlandse verhuissaldo. Zij zijn immers voor het eerst als inwoner geregistreerd bij het aanmeldcentrum in Ter Apel. Dit zou bijna de helft van het verhuissaldo in Hengelo kunnen verklaren. Daar werd eind september een azc met 250 inwoners geopend.
Datzelfde geldt ook voor statushouders, ofwel asielzoekers met een verblijfsvergunning. Oekraïense vluchtelingen worden vaak wel rechtstreeks opgevangen en zijn dus ook onderdeel van het migratiesaldo. Echter was deze toestroom een jaar eerder, in 2022, het grootst.
Het beeld van Enschede is vergelijkbaar met de afgelopen jaren. Afgelopen zomer gaf verslaggever Wilco Louwes in de studio van 1Twente uitleg daarover: