Verkeer
Stuur appje
Zoek

Enschede steekt miljoenen in doorstroming verkeer (maar wil inwoners uiteindelijk uit de auto hebben)

Fietsstraat 2
Beeld: Leon de Man

Maar liefst 75 miljoen euro wil de gemeente Enschede de komende vier jaar steken in zogenaamde mobiliteitsprojecten. Dat geld gaat naar fietsstraten en fietssnelwegen, gedragscampagnes, een nachttrein van en naar Zwolle, de doorontwikkeling van (elektrisch) deelvervoer... maar vooral naar de doorstroming van het autoverkeer. En dat terwijl door het hele gemeentelijke verkeersbeleid heen de wens sijpelt dat de Enschedeër zijn of haar auto straks maar liever laat staan of niet eens aanschaft.

Toegegeven: Enschede, dat zich graag profileert als 'fietsstad', hoeft voor de meeste maatregelen voor de fiets hooguit de helft van het benodigde bedrag zelf in te leggen. Provinciale subsidies doen in dat geval de rest. Dergelijke subsidiemogelijkheden zijn er voor 'autostraten' eigenlijk niet, zolang het de lokale wegen betreft. Nog een nuance: maatregelen die de doorstroming van het autoverkeer verbeteren, hebben in veel gevallen ook een positieve uitwerking op andere weggebruikers.

Veel subsidies

Aan het begin van elk jaar stelt de gemeente een nieuw prioriteitenlijstje op met belangrijke aanpassingen of vernieuwingen van wegen. Een soort begroting dus, want uiteraard hangt er aan al die maatregelen ook een stevig prijskaartje. Zo komt Enschede nu tot een investering van 75 miljoen euro tot en met 2027, waarvan ruim 43 miljoen via subsidies (of co-financiering) wordt binnengeharkt.

Onder meer de beoogde maatregelen in de wijkverkeersplannen van Noordwest (Walhof-Roessing en Bolhaar) en de buurtschap Twekkelo worden uitgevoerd. Op gebied van openbaar vervoer wordt geld gestoken in een kortingsregeling in het busvervoer voor minima, een extra nachttrein tussen Enschede en Zwolle en op een later moment ook in de elektrificatie van het spoor tot aan de Duitse grens. De mobiliteitshubs voor deelvervoer worden verder uitgerold, net als de P+R-terreinen.

Van F35 tot N35

Van al het budget voor nieuwe infrastructuur gaat de komende jaren 10 miljoen euro naar fietsprojecten. Nu fietssnelweg F35 tussen Enschede en Hengelo de afronding nadert, richt de gemeente zich op de trajecten naar Oldenzaal en richting de Duitse grens: de Voortmanlaan, de Oosterstraat tussen de Laaressingel en de Noord Esmarkerrondweg en het traject langs het Eschmarkerveld. Fietsstraten worden verder uitgebreid.

In 2022 is er geld vrijgekomen voor een fietsbrug aan de Keppelerdijk, over de Oostweg. Een ontwerp is er al, maar dat leverde de nodige kritiek op. Nu laat het college weten dat het onderzoek naar het kruispunt wat breder wordt vormgegeven. Er wordt zelfs nagedacht over de mogelijkheden voor een autotunnel, zodat fietsers niet hoeven oversteken en ook geen onhandige klim hoeven te maken. De kruising van de Broekheurnerrondweg met de Usselerrondweg, waar regelmatig ongelukken gebeuren, wordt ook aangepakt.

Lees verder onder de afbeelding.


Witteveen Bos N35 Oostweg impressie
De ongelijkvloerse kruising N35/Oostweg kan er zo uit komen te zien
Beeld: Witteveen+Bos

Wat betreft maatregelen specifiek voor de auto staan er komende jaren eigenlijk maar twee projecten op de rol. Maar wel twee projecten die veel geld kosten. Drie jaar lang investeert de gemeente 3 miljoen euro in het verbeteren van de doorstroming op de singels. Met name de knelpunten Lasondersingel/Deurningerstraat en de Oliemolensingel vragen om aandacht. Op langere termijn zijn nog de zuidelijke singels aan de beurt.

Grootste kostenpost is een nieuwe ontsluiting van Enschede-Oost. Het lijkt er nu toch echt op dat de langgekoesterde wens van de stad in vervulling gaat: het ongelijkvloers maken van de kruising N35/Oostweg. Zowel de provincie als de gemeente hebben er belang bij dat de huidige verkeerslichten verdwijnen. Al met al ligt er al een potje met 20 miljoen euro klaar, waarvan de gemeente er zelf 7 miljoen bijdraagt. Over de resterende kosten zal de gemeente nog verder in gesprek moeten met Rijkswaterstaat.

Afname autoverkeer

Hoewel qua financiële omvang groot, kunnen de doorstroming van de singels en de ongelijkvloerse kruising aan de Oostweg wel eens tot de spaarzame projecten behoren die zich richten op de automobilist. In de mobiliteitsvisie windt de gemeente er al geen doekjes om: veel maatregelen richten zich op het laten afnemen van het autoverkeer in de stad. De aanpassingen aan de Molenstraat en Raiffeisenstraat zijn daar voorbeelden van.

“Het doel is uiteraard om deze alternatieve vervoerswijzen (fiets, deelvervoer en OV) zo aantrekkelijk te maken dat het een logische optie is om die te gebruiken, in plaats van de auto”

Ook in de parkeervisiekwam dat al naar voren: in de spoorzone wordt bij bouwplannen geen rekening meer gehouden met parkeerplaatsen in de openbare ruimte. De gemeente wil minder 'blik' aan straat. Ontwikkelaars moeten dat op eigen terrein regelen of de parkeerrechten afkopen. Dat geld (vorig jaar ging het om 650.000 euro) wordt in de ontwikkeling van een nieuwe Stationsgarage gestoken. Omwonenden kunnen hun auto straks in de bestaande Stationsgarage kwijt.

Ontmoediging van autobezit

Maar liever nog ziet de gemeente Enschede dat inwoners nauwelijks of zelfs helemaal niet met de auto gaan. En zeker niet voor ritten binnen de stad. Vandaar ook de investeringen in zogeheten mobiliteitshubs voor elektrische deelfietsen, -scooters en auto's. In de onlangs gepresenteerde OV-visie worden deelvervoer en openbaar vervoer genoemd als belangrijke factoren om autobezit (dat nog altijd toeneemt) een halt toe te roepen of zelfs te verlagen.

Een gemeentewoordvoerster bevestigt die beleidslijnen. "Auto's nemen veel ruimte in beslag, met name in de binnenstad. Ruimte die we ook nodig hebben om bijvoorbeeld groen toe te voegen, woningen te bouwen, water af te voeren of ten behoeve van de leefbaarheid", is de uitleg. "Het doel is uiteraard om deze alternatieve vervoerswijzen (fiets, deelvervoer en OV) zo aantrekkelijk te maken dat het een logische optie is om die te gebruiken, in plaats van de auto."

icon_main_info_white_glyph

10 minutenstad

Ook uit de OV-visie: in het Stationsgebied wonen straks theoretisch opgeleiden die de belangrijkste gebruikers van de trein zullen worden om naar hun werk te reizen. 'Deze mensen wonen in een 10 minutenstad waarbij ze alle voorzieningen op loopafstand hebben en autobezit niet meer nodig is', luidt de aanvullende tekst. Het is voor het eerst dat het begrip 10 minutenstad in Enschede voorbij komt.

Het begrip werd in 2016 geïntroduceerd, maar is pas in coronatijd wereldwijd omarmd op bijeenkomsten van commissies van de Verenigde Naties. Het idee is dat alle vitale functies en basisvoorzieningen (medische zorg, winkels, scholen, horeca, recreatie en zelfs werk) binnen 10 minuten lopen of fietsen te bereiken zijn. Dus hoeven die mensen 'hun' zone nauwelijks te verlaten en zou een auto overbodig zijn.

"De 10 minutenstad is in Enschede geen doel op zich. Maar door het investeren in goede verbindingen zal het in sommige woonwijken in de praktijk wel een 10 minutenstad zijn, met name in het stationsgebied.", aldus een gemeentewoordvoerster. "Daarmee zal de noodzaak om met de auto naar de stad te gaan, steeds verder afnemen."

Heb je een nieuwstip of nieuwe informatie?
Tip onze redactie via mail of telefoon. Deze vind je op onze contactpagina.