Dinsdag 6 februari is het precies een jaar na de eerste van een serie van vier verwoestende aardbevingen in Turkije en Syrië. De harde cijfers: zo’n 136.000 mensen kwamen om het leven, vele tienduizenden raakten gewond en er zijn nog altijd vele duizenden vermisten. In totaal raakte de ramp zo’n 24 miljoen inwoners van die gebieden en de schok werd spreekwoordelijk gevoeld tot diep in ons eigen Twente. Een groot deel van de Twentse Turken heeft zijn roots en familie in het getroffen gebied.
Enschedeër Ahmed Yilmaz en oud-Hengelose Meltem Halaceli, allebei vanaf het begin betrokken bij hulpacties vanuit Nederland, waren in de dagen na de eerste aardschokken te gast bij 1Twente Vandaag. Toen nog in grote verwarring over de gevolgen van de ramp voor familie en vrienden daar. Inmiddels is er duidelijkheid over het lot van familie en vrienden, maar het gevoel van shock is nog altijd niet weg, vertelt Yilmaz een jaar later: "Ik voel nog altijd de pijn van dat moment. Het is dan misschien een jaar geleden, maar nog superaktueel. Dat alle puin er nog ligt, is heel erg confronterend."
De familie van Ahmed Yilmaz en de tegenwoordig in Amsterdam wonende Meltem Halaceli komen uit Antakya, in het uiterste zuiden van Turkije. Die stad is onherkenbaar verminkt. "Stel je voor: een stad groter dan Hengelo, Enschede en Almelo samen is letterlijk met de grond gelijkgemaakt." Lang werd het officiële dodental van 51.000 aangehouden, maar de afgelopen dagen is uitgelekt dat de Turkse overheid uitgaat van zo'n 130.000 doden. En dan moeten de Syrische doden er nog bij worden geteld: samen gaat het om zeker 200.000 mensen.
Meltem Halaceli was het afgelopen jaar vooral boos en gefrusteerd: "In mijn ogen zijn deze mensen vermoord. Niet door de aardbevingen, maar door hun eigen huizen. Huizen gebouwd op plekken waar nooit gebouwd had mogen worden. Iedereen weet dat deze regio op een driebreukenlijn ligt. In Japan heb je vergelijkbare gebieden. Daar wordt bij het bouwen rekening gehouden met dat gegeven, maar in Turkije is nooit iets met die kennis gedaan."
Yilmaz: "Er kwam al snel na de eerste aardbeving hulp op gang vanuit West-Europa, maar de eerste drie dagen werd die hulp maar mondjesmaat toegelaten tot het gebied of zelfs geweigerd. Daardoor zijn veel levens verloren gegaan, die anders gered hadden kunnen worden." In de getroffen gebieden wonen vooral aanhangers van de oppositiepartijen en niet van Erdogans AK-partij. Dat heeft volgens de twee absoluut een rol gespeeld bij het weren van hulp in de begindagen. Halaceli: "En ook de staat bood zeker in het begin geen adequate hulp. Sterker nog, Erdogan heeft gisteren nog gezegd dat 'mensen die niet op hem stemmen geen hulp krijgen'.
Halaceli zegt vanaf nu haar energie te willen steken in positiviteit: "Iedereen die dat kan moet helpen bij de wederopbouw van de regio. Veel vrijwilligers zijn moe. Ik wil binnenkort naar Antakya om de handen uit de mouwen te steken. Ik hoop dat anderen mijn voorbeeld volgen. Al is het maar voor een week. Alle beetjes helpen."
Halaceli en Yilmaz zitten in een klankbordgroep met de Samenwerkende Hulporganisaties, de organsatie achter Giro555. Yilmaz: "Er is daar 128 miljoen euro binnengekomen. Daarmee kan veel gedaan worden." Het is dan volgens de Enschedeër wel van belang dat er met verstand gebouwd wordt: "Bouw de nieuwe steden langs de randen van de bergen. Daar is het veiliger dan waar de steden oorspronkelijk gevestigd waren. Laat dit een groot leerproces zijn. Want als er ooit weer een aardbeving optreedt in dit gebied en er vallen weer duizenden doden, dan is het echt onze schuld."
Meltem Halaceli zette na de aardbeving meteen een GoFundMe inzamelactie op voor water en voedsel. Dat heeft al 26.000 euro opgeleverd. Daarnaast zamelt ze geld in voor de bouw van waterzuiveringsinstallaties. In drie maanden tijd heeft dat ruim 2.000 euro opgeleverd.
De Samenwerkende Democratische Organisaties in Enschede houden dinsdag om 19.00 uur een herdenking aan de Hoog en Droog 25 in Enschede.