De gemeente Almelo en de directie van het Stadstheater staan mijlenver uit elkaar als het gaat om de financiering van de vernieuwing van het Stadstheater. Zoveel werd dinsdag wel duidelijk tijdens een zogeheten beeldvormend beraad als opmaat naar een definitief raadsbesluit.
Wie door de bomen het bos nog ziet mag het zeggen. Het ging dinsdagavond in het beeldvormend beraad vooral over de knikkers; over hoeveel het zowel de gemeente als het Stadstheater de afgelopen 10 jaar heeft gekost. En of subsidies zijn aangewend waarvoor ze bestemd waren. Volgens adviseur André Oude Weernink van de directie van het Stadstheater en Van der Valk Theaterhotel is dat beslist het geval. ”Alle subsidiegelden zijn besteed aan de programmering en het theater en dat is door de accountant bevestigd.”
Het heeft er alle schijn van dat niemand het overzicht vanaf 2015 nog scherp voor ogen heeft. De brief die directeur Esther Hammink voor het beeldvormend beraad naar de raad en het college stuurde, lijkt die constatering te bevestigen. Daarin stelt Hammink dat de drie scenario’s, die het college als voorstel bij de gemeenteraad als keuzemogelijkheid heeft neergelegd ‘onjuistheden en onvolkomenheden bevatten’.
Dat de gemeente 18 miljoen (exclusief rente) moet uittrekken voor uitbreiding en renovatie om het Stadstheater in de benen te houden is helder. Het voorstel in scenario 1, waarin de gemeente bij deelname een medezeggenschapspositie van 51 procent eist in het vastgoed en het Stadtheater was voor de directie van het Stadstheater eerder al onbespreekbaar. ”Het is sowieso onuitvoerbaar binnen onze complexe bedrijfsvoering, opgedeeld in het Stadstheater en het Theaterhotel met horeca”, droeg adviseur André Oude Weernink als belangrijk argument aan.
De derde optie werd door Hammink meteen al naar het grijs archief verwezen en dat is maar goed ook. Geen mens die er nog uitkomt welke subsidies je moet honoreren of al dan niet gedeeltelijk en over welke periode moet afwijzen. Miljoenen publiek geld steken in het vastgoed van een commercieel bedrijf als het Stadstheater is voor het college een hele lastige, zo stelt ze in haar voorstel aan de raad. Letterlijk: ‘Het verzoek om met publieke gelden de verbouwing van het Stadstheater te bekostigen, brengt ons bij het principiële uitgangspunt dat een gemeente als overheidsinstelling geen gemeenschapsgeld dient te investeren in het vastgoed van een private partij’.
Inwoner van Almelo en centrumondernemer Martijn Viskaal bood raadsvoorzitter Dorien Wind voor aanvang van de vergadering een petitie aan die ruim 10.000 keer was ondertekend. En indrukwekkend aantal voor een plaats met een slordige 75.000 inwoners. Saillant detail; nog niet de helft van de ondertekenaars is inwoner van de gemeente Almelo. Opvallend veel Bornenaren tekenden de petitie en verder is de regio, met een willekeurige greep uit de lange tekenlijst, goed vertegenwoordigd door Albergen, Delden en Denekamp. Ongetwijfeld plaatsen waarvan inwoners naar het Stadstheater in Almelo komen. Maar als het gaat om de vraag gaat of de gemeente in het Stadstheater wil investeren, zou de mening van de Almelose belastingbetaler zwaarder moeten wegen dan die van de incidentele bezoeker, die een kaartje kan betalen en op daarmee weliswaar een bijdrage levert aan de instandhouding van het Stadstheater, maar er ook een mooie avond voor terugkrijgt. En dat is niet voor iedere, belasting betalende, Almeloër weggelegd.