De Academie voor Kunst en Industrie (AKI) in Enschede was decennialang, zelfs voor kunstenaarsbegrippen, een baken van non-conformisme en vrijheid. Regels zijn er om tegenaan te duwen, normen om er kanttekeningen bij te plaatsen. De laatste jaren groeit het verzet tegen ‘vertrutting’. Studenten, alumni en docenten klagen steen en been over faciliteiten, gebroken beloften, gebrekkig onderwijs en een klimaat van controle en al dan niet vermeende schoolse regeldrift.
ArtEZ, de hbo-koepel waaronder de AKI valt, meldde donderdag dat er voor het nieuwe leerjaar op een van de drie opleidingen (Fine Art) geen eerstejaarsstudenten worden aangenomen. De school ontwikkelt een nieuw curriculum en herbezint zich op de positie in de stad, en daar is tijd voor nodig. Die beslissing is AKI-specifiek; de opleiding Fine Art in Arnhem neemt wel gewoon nieuwe leerlingen aan. In het schooljaar 2025-2026 moet de deur voor eerstejaarsstudenten in Enschede weer open staan.
De klachten zijn divers en verontrustend. Divers voor wat betreft bron en aard, maar ook omdat het gaat om zowel feiten als persoonlijke ervaringen, die subjectief zijn maar wel in het verlengde van die feiten liggen. Verontrustend omdat Enschede, zoals elke samenleving, belang heeft bij creatievelingen die zich roeren in de stad. En die zich daar kunnen ontwikkelen.
ArtEZ stelt in een reactie op vragen dat er geen een-op-een-verband tussen de onrust op de AKI en de tijdelijke studentenstop bestaat, maar ‘wel een beetje’. Daarbij wordt gerefereerd aan het ‘instellingsplan van ArtEZ’ en ‘nieuwe samenwerkingen in de stad en de regio’; binnen de Fine Art-opleiding in Enschede is ruimte voor verbetering. ‘Om dat goed te doen, moet je soms een pas op de plaats maken’.
In dat instellingsplan, een visiedocument voor de periode 2022 tot en met 2026, ligt veel nadruk op waarden die in de verhalen van (oud-)studenten en docenten behoorlijk zoek lijken te zijn. Denk, zonder het al te ingewikkeld te maken, aan ‘in gesprek blijven’, afwijkende perspectieven en meningen verwelkomen’, ‘experiment stimuleren’, ‘binnen en buiten de school leren’ en ‘op het scherpst van de snede werken’. Ook die hechte samenwerkingen binnen de stad (en in de regio) komen er nadrukkelijk in terug.
De AKI worstelt de laatste jaren met conflicten tussen studenten en schoolleiding en vertrekkende docenten, die moeite hebben met sfeer en - dat vooral - het onderwijsklimaat. Dan hebben we het over studenten en medewerkers die uiting geven aan hun ongenoegen. Maar niet iedereen is zo verbaal; er zijn er ook die wel hun verhaal doen maar daarbij uitdrukkelijk verzoeken om anonimiteit, uit angst voor represailles.
De verhalen die zij vertellen gaan over akkefietjes die al eerder spelen, maar ook over recentere ervaringen.
Vorig jaar deed Hoffmann, een onderzoeksbureau naar fraude en integriteitsschendingen, onderzoek naar twee rechtszaken tussen de kunstacademie en een leerling, en een geschorste docent. ArtEZ verloor beide zaken. Een tweede eveneens geschorste docent ging in beroep en won. Een rechtszaak bleef uit, maar ook die case werd meegenomen in het onderzoek.
Ook al waren die procedures afgerond, de betreffende student en docenten bleven met vragen zitten. Maar niet alleen zij: ook andere AKI-adepten en betrokkenen maakten grieven kenbaar die niet waren ‘afgehecht’. ArtEZ besloot daarom zelf onderzoek te laten doen.
Hoffmann sprak dertig betrokken of gewezen betrokken AKI’ers - van (oud-) directeur tot (oud-) docenten en alumni - en analyseerde documenten en info met betrekking tot de gevolgde procedures. Conclusie: die grieven hadden grond. De AKI kent ‘geen aanspreekcultuur’, er werd ‘meer over dan met elkaar gesproken’ en ‘overspannen’ gereageerd op acties en kritiek van studenten. De in het rapport geschetste sfeer was er een van confrontaties uit de weg gaan, opgekropte ergernissen en top-downcommunicatie.
Was, omdat de onderzochte casussen en wrijvingen stamden uit de periode 2017-2022. Of toch: is? De recente signalen over ‘gedoe’ op de AKI - en ook daarbuiten, in de relatie met partijen in de stad - lijken er op te duiden dat academie de gewenste koers nog niet heeft gevonden.
Onderzoeksbureau Hoffmann doet in het rapport een observatie die mede aan de wortel lijkt te liggen van het gerommel op de AKI: ‘Enkelen’ (docenten en studenten) zien ‘de AKI nog steeds als radicale vrije kunstopleiding, zoals vanuit het gedachtegoed van de oprichters in 1946 is bedacht. De hedendaagse AKI is genormaliseerd en gehouden aan de geldende wet- en regelgeving voor hbo-opleidingen’.
Anders gezegd: de verwachtingen van vrije geesten en radicale creatievelingen over wat een kunstacademie zou moeten zijn, sporen allicht niet met de belangen van een (grote) hbo-koepel. Leiding geven aan de academie als de AKI heeft iets van een koorddans-act tussen wat maatschappelijk fatsoenlijk een aanvaardbaar is en de drang tot anarchisme en kritiek op de heersende norm die kunstenaars eigen is.
De Enschedese ArtEZ-tak, inclusief de AKI, staat in het visiedocument als ‘eigenzinnig’ getypeerd. Dat sluit aan bij die AKI-geschiedenis, waarin de stad regelmatig de wenkbrauwen fronste over wat de academie voortbracht. En evengoed ook een beetje trots was: kunstenaars… Het hoort er bij.
Maar in de huidige tijd van socials en makkelijk gehypte meningsvorming moet je ook zo’n kikker wel een beetje in de kruiwagen houden; een organisatie als ArtEZ kan zich best wat eigenzinnigheid veroorloven, maar toch niet al te veel schandalen.
Ondertussen is de belangrijkste vraag natuurlijk wat die studentenstop en herbezinning op gaan leveren. Voor studenten en de AKI zelf, maar ook voor de stad, die creatief talent wil aantrekken en vasthouden.