Twee maanden geleden nog maar ging het licht op groen: Enschede kon een eerste driedaags festival tegemoet zien met films en verdieping over alles wat met LHBTIQ+ en queer te maken heeft. De organisatoren blikken met tevredenheid terug.
De organisatie van het eerste Roze Filmfestival in Enschede was in handen van Concordia, Stonewall, Sickhouse en Th!nk with pride (het platform op Universiteit Twente voor de queer-gemeenschap). De gemeente Enschede deed eveneens een duit in het zakje. Letterlijk. Het festival bestond, naast een selectie lange en korte films, uit ontmoetingen met makers, een feestje in queer-café Stonewall en een roze brunch op zondag.
Vrijdagavond, elf uur. In de foyer van de kleinste filmzaal verzamelen zich zo’n veertig mensen voor Sick & Sexy Midnight Screening: vijf korte films over seks, technologie en intimiteit. Gecureerd door broedplaats SickHouse. De verwachting is dan: 18plus-content, absurdisme, niet gespeend van humor, meer inhoud dan het affiche doet vermoeden.
Een bevallige dame in stockings en met pruik en masker deelt kartonnen bakjes uit. Fijngeschaafd ijs, aangelengd met tequila. Textuur en kleur doen aan sperma denken, smaak en temperatuur allesbehalve. De toon is er wel mee gezet.
Lees verder onder de afbeelding.
Sick & Sexy is een mozaïekje dat gaandeweg steeds absurdistischer wordt, maar tegelijkertijd een bak aan vragen opwerpt over wie wij mensen eigenlijk zijn. Seksuele wezens, uiteraard. Daarmee begint het allemaal. Met een enorme behoefte aan intimiteit, die allicht zelfs gestild kan worden door voorwerpen, apparaten en machines. Wat zegt dat over wie we zijn?
Goed, de laatste film is wel èrg intiem en een goed deel van het publiek had prima kunnen leven zonder, maar ook die leidt na afloop tot gesprek. Kom daar maar eens om in de foyer van de gemiddelde bioscoop.
Mark Elling, voorzitter van Stonewall en initiatiefnemer voor het festival, heeft niet per se gemikt op dat gesprek of verdieping. Concordia programmeert al geruime tijd maandelijks een film met een LHBTIQ-plus-thema. Dat valt goed. Elling stelde voor een festival te organiseren. Gewoon: een paar dagen mooie films over de thema’s die hem aan het hart gaan. “Maar juist die ontmoeting tijdens het festival heeft me verrast. Dat was heel erg leuk. Ik ben een heel blij mens.”
Ook Guus Blenke, met programmeur Mark Drenth namens Concordia kartrekker van het Roze Filmfestival, noemt het gesprek over de vertoonde films als belangrijkste bijvangst. Hij verwijst naar de ontmoetingen met de makers. “Daar zaten echt alle letters van het queer-alfabet bij elkaar. Dan krijg je een heel boeiend gesprek.”
Drenth noemt een vraag uit de zaal tijdens een van de twee ‘Q&A’s’ met jonge makers van queer-films: kan een niet-gay een queer-film maken of de rol van een gay spelen? “Die vraag speelt wereldwijd in de scene”, weet de programmeur. “Op het podium zaten drie makers: een van hen is trans, de ander gay en de derde hetero. Dan krijg je dus drie verschillende antwoorden en een heel gelaagd gesprek.”
De conclusie, samengevat: iedereen kan alles maken, mits je je heel bewust bent van je eigen identiteit, die van je personage en de verschillen daartussen. Scharnierpunt in dat gesprek was de opmerking van de trans-maker, volgens Drenth. “Het kwam er op neer dat je dan als trans alleen maar films over trans-personen zou kunnen maken, niet over hetero’s bijvoorbeeld. Dat gaat te ver.”
Lees verder onder de afbeelding.
De hetero-maker twijfelde over een gay-film. Tot een ongemakkelijke ontmoeting met een ex hem het handvat gaf voor het verhaal. Een situatie die niets met geaardheid, letters van een alfabet of hokjes te maken heeft. Alleen met mens-zijn. Seks en de behoefte aan intimiteit en relatie incluis.
Daarmee is de cirkel rond. Alle etiketjes buiten beschouwing gelaten: in de kern verschillen mensen niet zoveel van elkaar.
Toch maakt het, volgens Elling, nog altijd uit op wie je valt. In Stonewall wordt gedanst. Op filmmuziek. Het publiek is gemêleerd: oud, jong; vrouw, man of iets ertussenin; op zoek of al gevonden. Hier binnen lijkt het geen bal uit te maken. Elling wijst naar buiten. “Het gebeurt regelmatig dat mensen hier eerst verschillende keren voorbij lopen voor ze vlug binnenwippen, even blijven en pas na langzaamaan regelmatig komen.”
Bang om gezien te worden. Bang voor het oordeel, voor de omgeving. Bang om zichzelf te zijn. “Er is echt nog veel te doen.”
Wethouder Arjan Kampman, die het festival opende, sprak de hoop uit dat deze eerste editie het begin zou zijn van een nieuwe traditie in de stad. Er moet nog geëvalueerd worden, maar Drenth, Blenke en Elling durven los van elkaar de stelling wel aan dat die hoop van de wethouder werkelijkheid gaat worden. Dat er bij een volgende editie nog meer ruimte komt voor ontmoeting en gesprek, naast aansprekende films, staat voor alle drie buiten kijf.
Lees verder onder de afbeelding.
Een terugkerend Roze Filmfestival zou Enschede ook wel passen. De stad heeft een traditie hoog te houden. De vergelijking met San Francisco en Amsterdam is niet overdreven. Wat die steden mondiaal en landelijk betekenden voor de emancipatie van homo’s, was Enschede op wat bescheidener regionale schaal. Met plekken als het inmiddels verdwenen Bölke en Stonewall als iconische vrijhavens en aanjagers.