AI, algoritmen, de corona-app, trollenfabrieken en big data. Achter laptops, tablets, smartphones en apps gaat een wereld schuil die voor de meeste gebruikers even duister is als de diepzee voor een adelaar. Maar er zijn bollebozen die alles op alles zetten om die technologieën te kraken en te bevragen. Ook in Enschede.
Dave Borghuis is er zo een. Hij richtte TkkrLab op, de ‘hackerspace’ in Enschede, en is druk doende met de organisatie van HackFest, een festival over het kraken van technologieën. Leuk; feestjes voor nerds (zijn woorden), zou je denken. Maar er steekt heel wat meer achter, zo blijkt. En dat ‘meer’ is verrekte relevant voor iedereen die techniek gebruikt (of er door wordt gebruikt).
Borghuis zit met een biertje voor zich onder een van de markiezen van het Bolwerk, uitzicht op kuddes eerstejaarsstudenten in de Stadsgravenstraat en gebruikers van het betere snackwerk in de Enschedese binnenstad. Nog een maand, dan moet ‘HackFest’ staan. Vijfhonderd vierkante meter, twintig stands, demonstraties, workshops, lezingen: alles in het teken van gekraakte techniek. Het werd tijd, vond hij.
Geen kwaad woord over het Maker Festival, dat andere techniekfestival in de stad. Integendeel. “Dat is alleen steeds meer een festival voor kinderen en gezinnen geworden. Helemaal goed. Maar voor volwassenen zoals ik is daar steeds minder te beleven.” Hij grijnst. “Dan ben ik wel zo gek om zelf iets te organiseren. Daar moest dan wel een hackersausje overheen, natuurlijk.” Dit wordt de eerste editie. “Spannend, ja. Ik ben zelf ook heel benieuwd.”
Met dat ‘volwassenen zoals ik’ doelt Borghuis op de leden van de serieuze kraakbeweging onder techneuten: de hackers. Lui die niet alleen thuis zijn in de wereld van nulletjes en eentjes (of over palletjes, tandwieltjes, electromagnetische velden of kwantummechanica), maar die daar ook mee kunnen spelen. Maar, zo blijkt in het gesprek, hij doelt ook op volstrekte digibeten en huis-tuin-en-keukengebruikers.
HackFest moet een feestje voor iedereen worden. Ons aller bestaan wordt voor een belangrijk deel beheerst en gestuurd door techniek, vaak zonder dat we daar bij stil staan. Niet in de laatste plaats omdat we amper weten wat het precies doet, laat staan dat we bewust nadenken over de consequenties die dat heeft. Daar ligt een belangrijke rol voor hackers.
Borghuis wil wel even een wijdverbreid misverstand uit de wereld helpen: hackers zijn geen criminelen. “Als er weer eens is ingebroken in een of andere overheids- of ander systeem, lees je steevast dat dat het werk van hackers is.” Klopt niet, wat hem betreft. “Dat zijn criminelen die misbruik maken van hun kennis van IT en netwerken. Dat doen wij niet. Wat buiten illegaal is, is dat bij ons binnen ook.”
TkkrLab, de hackerspace in Enschede, mikt op ‘zelfontplooiing in techniek’, zo staat op de website van het platform te lezen. Met creativiteit als belangrijkste brandstof. Maar wil je iets creatiefs met technologie, dan moet je die doorgronden. Die kennis kun je delen. Met geestverwanten, maar ook met tech-leken. “Met HackFest wil ik nerds bij elkaar brengen, maar ook een kijkje achter de schermen geven.”
Hackers kraken technologieën zoals een chemicus een stof ontleedt. Of een journalist een complex onderzoeksdossier. Als je weet hoe het in elkaar steekt, kun je verbanden leggen, analyses maken, ermee spelen. En er slimme vragen over stellen.
Borghuis zelf dook in de mede door Enschedeërs ontworpen corona-app. En hij plaatste kanttekeningen bij de WiFi-tellingen in de Enschedese binnenstad aan, waarmee mobieltjes van bezoekers werden gevolgd. Of ze nou aan of uit stonden. In beide gevallen draaide het om privacy: welke gegevens worden vastgelegd, hoe gebeurt dat, wat wordt er mee gedaan en willen we dat eigenlijk wel?
Die corona-app bleek zo privacy-proof dat ‘ie minder informatie opleverde dan voor de bestrijding van de pandemie misschien wenselijk was geweest; het had ook een tandje minder gemogen, vonden veel gebruikers in een onderzoek achteraf. Enschede kreeg aan boete van zes ton voor die WiFi-tellingen, waar de rechter later een streep door zette. Die achtte privacy-schending niet bewezen.
Zonder op de details in te gaan: de voorbeelden laten zien dat zo’n ‘hackerspace’ als TkkrLab een nieuw soort maatschappelijk middenveld vertegenwoordigt: groepjes gebruikers maken zich technologie eigen die voor hun medegebruikers abracadabra is, doen ontdekkingen en stellen bevindingen aan de kaak. Lastig en ontregelend, beangstigend zelfs misschien. Of juist geruststellend.
Het is voer voor maatschappelijk debat. Want die technologie - met kunstmatige intelligentie (AI) als meest tot de verbeelding sprekende voorbeeld - schrijdt wel voort. Maar de belangrijkste vragen worden vaak niet, of pas veel later, gesteld: waar ligt de grens tussen wat we wel en niet willen? Tussen wat ons verder of van de wal in de sloot helpt?
Borghuis: “Die vraag is te belangrijk is om over te laten aan alleen de ontwikkelaars of producenten van die technieken. Daar vinden we allemaal wat van.” En daar zou je dus, heel democratisch, met elkaar over in gesprek moeten. Liefst voordat we met de gebakken peren zitten.
Daarmee is die oude drukpershal in Enschede in het laatste weekend van september meer dan een walhallaatje voor de krakers van die technologieën. Het is ook een plek waar digibeten hun licht kunnen opsteken. En zich beter geïnformeerd, minder vanuit de onderbuik, een oordeel kunnen vormen.
Enschede profileert zich graag als techniek-stad. Niet zonder reden: de tweede hogere techniekopleiding van het land vestigde zich hier. Inmiddels uitgegroeid tot Universiteit Twente, is die nog altijd toonaangevend, ook internationaal. Niet in de laatste plaats als het gaat om die maatschappelijke en ethische vragen rond techniek. Wat doet het eigenlijk? Hoe werkt het? Welke effecten heeft het? En willen we dat wel?
Niet zo gek dus, zo’n hackerspace en een festival rond het kraken van techniek, uitgerekend in Enschede.