Zo’n honderdvijftig ouders die gedupeerd zijn door de toeslagenaffaire ondertekenden half augustus een brief. Aan Nederland, de media en de politiek. De kernboodschap: “We willen rust en door met ons leven.” Rust die maar niet komt door telkens opnieuw haperende hulp.
De bom barstte na ambtelijke kritiek op gedrag van prinses Laurentien, terwijl zij zich hard maakte voor een herstelroute waar juist een meerderheid van de gedupeerde ouders (en de Tweede Kamer) zich wél in kon vinden. Een van de ondertekenaars is de Enschedese Riemke Jansen. Ruim 15 jaar geleden begon voor haar - een haar gezin - de ellende.
Dat begin was obscuur: Riemke zelf had geen idee wat er precies speelde. “Ik was naïef. De Belastingdienst maakt geen fouten, dus ik zal wel iets fout hebben gedaan. Je geeft jezelf de schuld.” Er vielen terugvorderingen op de mat, die werden voldaan. Maar dat leidde tot schulden, financiële problemen en spanningen in het gezin. Twee kinderen (op dat moment), een vader en een moeder. Een situatie die mede aanleiding was dat de relatie stukliep.
Achteraf is duidelijk geworden dat Riemke in 2001 op een zwarte lijst is gezet. Vanaf 2007 stond ze, ook zonder dat zij dat zelf wist, op de beruchte fsv-lijst. Met tienduizenden andere Nederlanders, die zich eveneens van de prins geen kwaad wisten.
In 2008 escaleerde de kwestie. Jeugdzorg stond op de stoep om de twee kinderen uit huis te halen. “Zonder machtiging, dus ik heb ze de deur gewezen.” Binnen twee uur waren ze terug, met machtiging. Beide kinderen - vijf en bijna drie jaar oud - werden bij hun vader geplaatst. “Ik had geen idee waarom de kinderen uit huis werden gehaald.” Het was dinsdag. “Die vrijdag om vier uur zou ik een brief bij Jeugdzorg kunnen ophalen waarin de reden stond.”
Riemke was zwanger van een tweeling. “Maar dat wist ik op dat moment nog niet.”
Op de bewuste vrijdag kon ze niet wachten om de brief, die ze net bij Jeugdzorg had opgehaald, te lezen. “Ik heb de envelop bij het Volkspark opengemaakt.” Riemke wist niet wat ze las: ze was zelfdestructief, automutileerde en het was niet verantwoord om de kinderen onder haar zorg te laten. Een verhaal waar, volgens Riemke, geen draad van klopte. “Ik zal die dag nooit vergeten.”
De dinsdag erop zou de zaak voor de rechter komen. Om negen uur ’s ochtends. “Ergens moest ik bijna lachen, toen ik die brief las.” De aantijging was zo absurd. “Ik maakte me wel ongerust, maar dacht dat ik de onzin ervan bij de rechter makkelijk zou kunnen weerleggen.” Zij en de advocaat die ze inmiddels had ingeschakeld probeerden contact te leggen met de rechtbank en met Jeugdzorg, maar dat lukte niet.
Achteraf werd duidelijk waarom. In 2021 vroeg Riemke haar dossier op bij de rechtbank. Dat had de nodige voeten in aarde, maar uiteindelijk meldde de griffier dat hij de stukken bij elkaar had. Eén persoonlijke aantekening van de rechtbank kon hij niet aanleveren. “Maar hij kon me wel vertellen wat er in stond”, herinnert Riemke zich.
‘Wij weten genoeg. Staan ouder en advocaat niet te woord.’
Lees verder onder de afbeelding.
Een medische verklaring, waaruit kon blijken dat de aantijging onzin was, was op die korte termijn niet meer te regelen. Het was weekend, op maandag was de huisartsenpost dicht. Riemke trok dinsdagochtend keurig ondergoed aan. Dan kon er worden gecontroleerd op sporen van automutilatie, die er niet waren. “Recht is recht, denk je. De waarheid komt wel aan het licht.”
De rechter gelastte een onderzoek. Twee, om precies te zijn. Uit te voeren door de Raad voor de Kinderbescherming. Eén naar de uit-huisgeplaatste kinderen, een naar de ongeboren tweeling. Riemke wist inmiddels dat ze zwanger was. De rapporten kwamen in april. De conclusie: het was niet verantwoord om de oudste twee kinderen weer bij hun moeder te plaatsen, de tweeling kon wel bij haar blijven.
De bevalling - een keizersnede - was in mei gepland. “De zwangerschap ging niet heel goed en de kindjes waren kwetsbaar. Maar dat was geen belemmering, kennelijk.”
Nu, ruim vijftien jaar later en veel wijzer dan destijds, maakt Riemke een tussenbalans op. Het contact met de oudste is hersteld, dat met haar telg daaronder niet. De tweeling is inmiddels vijftien en met hen gaat het goed. De terugvorderingen, de schulden, de scheiding, de uit-huisplaatsing, het hangt allemaal met elkaar samen. Maar de grond ervoor ontbreekt. Dat is vast komen te staan in de procedure waarin zij als toeslagengedupeerde werd erkend.
Maar het steekt nog altijd. Dat is mede de reden waarom zij die ingezonden brief aan media, politiek en het land ondertekende. Onduidelijke beschuldigingen aan het adres van prinses Laurentien door ‘een stelletje ambtenaren’, stopzetting van de regeling die voor veel toeslagenouders een uitkomst was, hervatting ervan, maar onder veel striktere voorwaarden.
“De vergoedingen zouden buitenproportioneel zijn.” Riemke zegt het bijna schamperend. Ze noemt een voorbeeldbedrag. “Voor een onterechte uithuisplaatsing 7.500 euro per kind.” Twee kinderen, vijftien jaar geen contact, in haar geval. “Is dat buitenproportioneel?” Snel erachteraan: “Ik weet niet wat het dan wel moet zijn, hoor. Maar…” Bij die ‘methode Laurentien’ van de Stichting Gelijkwaardig Herstel worden vaste bedragen gehanteerd.
Schrijnender, wat haar betreft, is het gebrek aan zelfreflectie en erkenning. Er zijn van overheidswege fouten gemaakt, maar er is alles aan gedaan om die ‘weg te moffelen’. Er wordt eindeloos gesteggeld over geld, maar aandacht voor emotioneel herstel is er niet. “Mijn kinderen hebben elk 7.500 euro gehad. Maar niets van een ‘sorry’, niemand die tegen mijn dochter zegt: ‘Wat er toen gebeurde, lag niet aan je moeder, je vader. Wij hebben er een bende van gemaakt’. Daar begint herstel.”
In deze levensfase zijn haar kinderen - pubers en jongvolwassenen - niet zo bezig met dat toeslagenschandaal. “Gelukkig niet. Maar ik kan me voorstellen dat ze het later, als ze dertig zijn, wel willen begrijpen. Wat is er nou precies gebeurd?” Er is goede begeleiding nodig om dat verhaal duidelijk te krijgen. En een andere houding van overheden, vindt Riemke. “Dat is veel belangrijker dan geld.”
Aandacht voor emotioneel herstel hoeft niets te kosten, stelt Riemke. “We maken allemaal fouten. Maar stap naar de mensen toe, kom bij ze aan de deur.” Dat geldt dan ook de kinderen. “En zeg: ‘Wij hebben er een grote bende van gemaakt’.”
Op woensdag 11 september draait in Concordia ‘De jacht op Meral Ö’, een film over het toeslagenschandaal, gebaseerd op ware gebeurtenissen. Na afloop van de film is er een nagesprek, in samenwerking met 1Twente, met het aanwezige publiek en ambtenaren van het team in Enschede dat gedupeerden bijstaat. Aanvang: 19:45 uur.