Vijf jaar geleden werd Herman Koetsveld predikant in de Westerkerk in Amsterdam. Na twaalf jaar in Hengelo te hebben gewerkt, verruilde hij het rustige Twente voor de altijd hectische hoofdstad. Hoe bevalt het hem daar? Hoe kijkt hij terug op z'n Hengelose jaren en keert hij ooit terug? We vroegen het hem in 1Twente Vandaag.
Het voorgesprek hadden we een week eerder, op de vrijdag. Via de telefoon. "De vrijdag is mijn preekschrijfdag. Vind ik vaak heerlijk om te doen. Het is een voorrecht dat je als dominee een verhaal geboren mag laten worden, dat je later voor je kerk mag voordragen. De eerste alinea is altijd lastig, maar gaandeweg stromen de woorden als vanzelf. Ik noem het ook wel het wonder van de vrijdag. En als het een keer niet lukt, heb ik altijd nog de zaterdag, haha."
Afgelopen weekend was het thema 'De angst voor een ander'. Op het moment van bellen, is hij net begonnen met schrijven. "Mijn preek is altijd geworteld in het nu. En momenteel kan ik niet anders dan schrijven over de ellende in het Midden-Oosten en dan met name hoe kinderen daardoor getroffen worden. Wat zij nu meemaken, werkt generaties door. De huidige staat van de wereld stemt mij erg pessimistisch."
En toch wil hij niet pessimistisch overkomen. Al helemaal niet als hij op de kansel staat: "De essentie van de kerk is dat zij nooit wegkijkt. Juist in tijden van oorlog en ellende. Maar het kan nog zo'n zwaarmoedige preek zijn, ik wil de mensen wel vertrouwen en hoop of op z'n minst iets van troost meegeven. Ik heb geen invloed op wat Netanyahu of Trump doen, maar ik geloof in geestkracht en daarmee heb ik wél invloed op de mensen in de kerk."
Een van de leukste dingen uit z'n Hengelose periode vindt Koetsveld z'n tweejarig stadsdichterschap van 2014 tot 2016: "Als stadsdichter verander je even van rol. Je stapt uit je kerkelijke bubbel en leert de samenleving op een andere manier kennen. Ik vond dat heel verfrissend." Afgelopen weekend gebruikte hij een van z'n gedichten uit die tijd om de preek mee af te sluiten. 'Onderhuids' gaat over de angst voor de ander, het thema van die viering.
Op een zondag komen er tussen de 140 en 600 mensen naar de kerk aan de Prinsengracht om naar de preek van dominee Koetsveld te luisteren - alleen tijdens de kerstnachtdiensten zit de kerk met 1.400 mensen vol. Zo'n duizend tot drieduizend mensen volgen de vieringen via de stream.
"Sinds corona streamen we. Ik sta daar een beetje dubbel in. Enerzijds kun je zo mensen bereiken die anders - om wat voor reden dan ook - niet naar de kerk kunnen komen, anderszijds bereik je zo ook mensen buiten Amsterdam en die week je daarmee los van hun eigen gemeente. Eigenlijk wil je dat niet."
Helemaal als ze besluiten om ook af en toe langs te komen in de Westerkerk. "Menigeen begint een dagje Amsterdam met een bezoek aan de dienst." Hij snapt heel goed dat de stream mensen trekt: "We hebben prachtige beelden (liefst 4 camera's registreren alles, red.) en een prachtig geluid. Omdat we relatief laat waren met de aanschaf van die apparatuur geldt de wet van de remmende voorsprong: de techniek is nu zo goed, dat we het beste van het beste hebben kunnen aanschaffen."
Herman Koetsveld is 65 jaar. Over twee jaar moet hij met emiritaat. "Daar kijk ik absoluut niet naar uit. Ik ben nog lang niet uitgeblust, maar in juni 2026 moet ik inderdaad met pensioen." Aangezien er inmiddels twee kleinkinderen zijn en er een derde op komst is, weet hij wel waar zijn toekomst ligt: "Ik kom vrijwel zeker terug naar Twente. Twee van mijn drie kinderen wonen hier. Zoon Hugo (raadslid namens de SP, red.) in Hengelo en dochter Hilde in Diepenheim. Hugo heeft net z'n tweede kind gekregen en Hilde verwacht binnenkort haar eerste. Daar wil je natuurlijk bij in de buurt zijn. Onze middelste, zoon Hubert, woont in Utrecht."
Herman Koetsveld woonde overal in Nederland. De eerste vier jaar van z'n leven in Naarden, waar z'n vader predikant was, en daarna woonde hij overal waar de kerk Koetsveld senior en later Koetsveld junior nodig had. Voor zijn Hengelose periode woonden Herman Koetsveld en z'n vrouw Annemarie langere tijd in Zwolle en het Zeeuwse Vrouwenpolder. In Hengelo begeleidde hij zeven jaar geleden de fusie van de drie protestantse gemeentes (Thaborkerk/Bethelkerk/Ontmoetingskerk) naar eentje met als thuisbasis de Waterstaatskerk. "In Hengelo voelden we ons het meest thuis. Het oosten trekt misschien wel zo, omdat mijn grootouders van moederskant uit de Achterhoek kwamen. Ooit keren Annemarie en ik terug naar Twente."