De oude Rode Beuk is niet meer nabij het Almelose Indiëterrein is niet meer. Maandagmorgen werd begonnen met het verwijderen van de imposante boom aan de Burgemeester Schneiderssingel. Zondag nam een select gezelschap in een geïmproviseerd ceremonieel afscheid van de 150 jaar oude, doodzieke boom.
Bij het krieken van de dag staat-ie er nog. Ogenschijnlijk in volle glorie. Maar de schijn bedriegt. De Rode Beuk is aan het einde van z’n latijn; zoals Rode Beuken vaker na anderhalve eeuw het loodje plegen te leggen. Het is nog duister als het eerste materieel arriveert waarmee deze blikvanger langs de singel uit zijn lijden wordt verlost. ”We beginnen te zagen als het licht wordt”, meldt een van de aanwezig bomendokters. Een half uurtje later wordt de daad bij het woord gevoegd.”
Er is veel over gezegd en geschreven. De eerste berichten dat de boom moest verdwijnen gingen gepaard met twijfel en ongeloof. Inmiddels mag wel worden aangenomen dat-ie echt doodziek is. ”We hebben de keuringsrapporten in huis liggen, deskundigen erover gesproken en het lijdt geen twijfel dat boom ernstig ziek is”, zegt buurvrouw Wil van der Veen. Wel heel jammer dat-ie verdwijnt, maar er komt een mooie Linde voor in de plaats. Dat is het goede nieuws.” ”Het wordt de middelste van de drie Lindes daarginds”, wijst echtgenoot Wim in de richting van Indiëterrein.”
Er is deze maandagmorgen geen ontkomen meer aan. Een gespecialiseerd bedrijf in boombeheer maakt gebruik van een speciaal voor dit soort klussen ontworpen draaiende zaag-giek, vertelt de medewerker van de ingehuurde uitvoerder. ”We beginnen van bovenaf takken te verwijderen totdat er een kale stam staat. Die wordt vervolgens in delen tot aan de grond weggezaagd. In één keer in z’n geheel omzagen is onmogelijk op deze plek. Daarvoor is meer ruimte nodig.”
Wil en Wim zijn drie jaar geleden van ’t Gooi naar Almelo verhuisd en kwamen op de derde verdieping in hun nieuwe appartement naast de Rode Beuk te wonen. Het doet ze zeer dat een boom van anderhalve eeuw oud nu verdwijnt. Ze keken er al die jaren vanuit hun woonkamer tegenaan. Gezonde realiteitszin maakt echter dat ze ermee kunnen leven. ”Als de Honingzwam en de Reuzenzwam zich volop aandienen zijn de wortels van de boom al ver heen. Dan is zo’n de boom niet meer te redden”, heeft Wil, vrijwilligster bij het IVN, inmiddels geleerd. Wim: ”Als je het uitzoekt, zie je dat 150 jaar echt oud is voor de Rode Beuk. Bovendien hebben de bouwactiviteiten van de voorbije jaren de gezondheid van zo’n kwetsbare boom ook geen goed gedaan.”
Het doet ze zeer dat een boom van anderhalve eeuw oud nu verdwijnt. Ze keken er al die jaren vanuit hun woonkamer tegenaan. Gezonde realiteitszin maakt echter dat ze ermee kunnen leven. ”Als de Honingzwam en de Reuzenzwam zich volop aandienen zijn de wortels van de boom al ver heen. Dan is zo’n de boom niet meer te redden”, heeft Wil, vrijwilligster bij het IVN, inmiddels geleerd. Wim: ”Als je het uitzoekt, zie je dat 150 jaar echt oud is voor de Rode Beuk. Bovendien hebben de bouwactiviteiten van de voorbije jaren de gezondheid van zo’n kwetsbare boom ook geen goed gedaan.”
Wil filmt de ondergang van de Rode Beuk deze maandagochtend van tak tot tak. Een voor een worden de afgezaagde takken onder de boom opgestapeld. Binnen bij Wil en Wim ligt een gesealde serie foto’s op tafel van de beuk door de decennia heen. De foto’s zijn zondag gebruikt als expositie tijdens een afscheidsbijeenkomst onder de beuk van betrokkenen. ”Gisteren heeft een groep mensen afscheid genomen van de beuk. Dat was een bijzonder moment. Emotioneel ook”, geeft Wil aan, die zelf een gedicht voordroeg als ode aan de oude en versleten ‘buur’ op z’n laatste benen. ”Je zag dat het toch wat doet met mensen.”
Het hout wordt bewaard en gedroogd met de toezegging van de gemeente dat de houtresten mogen worden aangewend om spulletjes van te maken voor in de buurt. Leeft de boom toch nog op bijzondere wijze voort. Wil: ”Straatmeubilair kan niet van deze houtsoort worden gemaakt. Het niet bestand tegen weersinvloeden. Je moet meer denken aan kleine tafeltjes, houten onderzetters, plankjes en dat soort dingen.”
De laatste resten van een 150 jaar durende tijdperk worden afgevoerd. De bus raast op deze regenachtige maandagmiddag onverminderd voorbij op weg naar de volgende halte, fietsers snellen verscholen onder hun capuchon naar hun bestemming en een scooter ontwijkt ternauwernood verkeer van rechts. Het alledaagse leven gaat op deze plek gewoon door na het neerhalen van een uitgeputte, maar immer beeldbepalende Rode Beuk.