Nu jihadistische rebellen steeds verder oprukken in het noordwesten van Syrië, groeien ook de zorgen binnen de Aramese gemeenschap in Twente. In het door burgeroorlog verscheurde land in het Midden-Oosten vormen christenen een grote minderheid. Door berichten over de verovering van de steden Aleppo en Hama gaan gedachten terug naar de wreedheden die jihadisten tien jaar geleden pleegden in de Iraakse steden Mosul en Sinjar.
Je zou het misschien niet direct denken, maar in het Midden-Oosten wonen nog relatief veel christenen. De Aramese Federatie becijferde dat aantal in 2017 op een kleine anderhalf miljoen alleen al in Syrië. Deze Arameërs zijn te verdelen over verschillende kerkelijke groepen (zoals Grieks-orthodox en Syrisch-orthodox) en leven onder meer in Aleppo. Vroeger ging het om grotere aantallen, maar sinds de uitbraak van de burgeroorlog in 2011 zijn vele christenen gevlucht.
In westerse media wordt sinds de nieuwe uitbarsting van geweld van afgelopen weekend veelal gesproken over 'rebellen' die tegen het regeringsleger van president Assad ten strijde trekken. Maar die term stoort Aziz Beth Aho, de voorzitter van de Aramese Beweging voor Mensenrechten.
Het gaat hier om de groep Hayat Tahrir al-Sham (HTS), dat in het aan Al-Qa'ida gelieerde Jahbat Al-Nusra een voorloper zag. "Maar hoe ze ook heten, de ideologie is hetzelfde", aldus Beth Aho. "Dit zijn geen rebellen, maar ze staan in westerse landen op de lijst met terroristische organisaties. Als je ze rebellen noemt, doe je mensen tekort."
"Onze vrees is dat Aleppo straks christenvrij is", vertelt Beth Aho. De verbondenheid van Twentse Arameërs met de situatie in Syrië is groot, omdat velen van hen hun roots in dat gebied hebben liggen. Hun voorouders zijn bij (veel) eerdere conflicten al naar Nederland gevlucht. "De christenen daar zijn bang dat hen straks weer een genocide overkomt."
De gedachten van de Arameërs gaan terug naar 2014, toen er door Islamitische Staat wreedheden tegen christenen en jezidi's zijn gepleegd in Mosul. De afgelopen jaren was het in noordwest Syrië relatief rustig, ook al staat president Assad te boek als een dictator die met harde hand regeert. "Onder Assad mochten christenen hun geloof belijden. Er was geen politieke vrijheid, maar wel religieuze vrijheid", legt Beth Aho uit. "Maar onder jihadistische groeperingen in Mosul mochten de kerkklokken niet meer geluid worden, voor het eerst in 1600 jaar."
In een oproep aan de Tweede Kamer en het kabinet heeft de Aramese Beweging voor Mensenrechten gevraagd om aandacht voor situatie in Syrië. Zusterorganisaties in andere landen hebben hetzelfde gedaan bij hun regering.
Er wordt onder meer gevraagd om politieke druk uit te oefenen op Turkije om bewapening van jihadistische rebellengroepen te stoppen. Maar ook om ervoor te waken dat maatschappelijke (hulp)organisaties die door het westen worden gesteund niet in handen vallen van terreurgroepen.
Aan de oproep van de Aramese Beweging voor Mensenrechten is gehoor gegeven in de Tweede Kamer. Isa Kahraman, het uit Twente afkomstige Kamerlid van Nieuw Sociaal Contract, voelt minister Casper Veldkamp van Buitenlandse Zaken aan de tand. Via Kamervragen wil Kahraman onder meer weten of het klopt dat Turkije jihadistische groepen steunt en of het klopt dat HTS mensenrechten schendt tegen (christelijke) minderheden. En hoe de Nederlandse overheid de veiligheid voor deze minderheden wil waarborgen.
In het noorden van het land, in het grensgebied met Turkije, vecht overigens het pro-Turkse Syrisch Nationaal Leger een geheel eigen gevecht tegen Koerdische strijdkrachten. De ontwikkelingen volgen zich deze week snel op; uit live kaarten blijkt dat het jihadistische HTS dieper het land is ingetrokken en nadert deze vrijdag de stad Homs. De Nederlandse oorlogsverslaggever Harald Doornbos meldt via X dat vanuit Hama en Homs duizenden christenen zijn gevlucht en op weg zijn naar hoofstad Damascus.