De oranje bak behoort binnenkort misschien wel tot het verleden. Wat blijft zijn de groene en grijze afvalbak. Almelo gaat als het een beetje meezit nascheiden. Dat is het mogelijke gevolg van de verkoop van de Almelose aandelen in afvalverwerker Twence. Het definitieve besluit wordt genomen tijdens een aandeelhoudersvergadering van de vijftien aangesloten gemeenten op 19 december.
Almelo bereikte samen met Oldenzaal en Twenterand een akkoord over de verkoop van haar aandelen aan Enschede, Hengelo en Losser. Die verkoop levert Almelo eenmalig 18,7 miljoen op. Dat geld wil het gemeentebestuur stoppen in projecten voor de ontwikkeling van de stad.
Daar staat tegenover dat Almelo een jaarlijkse winstuitkering van Twence kwijtraakt, zo’n 89.000 euro. Dat is het bedrag dat in de gemeentebegroting staat. Maar in werkelijkheid gaat het om meer geld. Tussen 2018 en 2022 ontvangt Almelo gemiddeld zo'n 431.000 euro aan dividend. Hoe dat gat opgevangen gaat worden, is nog niet duidelijk.
Met de verkoop van de aandelen van Twence lijkt ook de oranje bak uit het Almelose straatbeeld te verdwijnen. De gemeente wil overstappen op nascheiding, waardoor Almeloërs hun afval alleen in de groene of grijze bak hoeven te gooien. Twence heeft geen nascheidingsinstallatie, waardoor de Twentenaren zelf hun plastic, metaal en drankpakken apart moeten houden.
Het is heel eenvoudig: alles in één van de twee bakken gooien en klaar. Maar nascheiding is minder simpel. Die manier van afval scheiden kan duurder zijn door geavanceerde technologie die nodig is. Aan de andere kant kan nascheiding juist geld besparen, omdat minder restafval overblijft om te verbranden.
“Het is aan de markt om te bepalen hoe dat uitpakt”, legt wethouder Maathuis (VVD) uit. Het gemeentebestuur wil na de verkoop in zee met een marktpartij. Wat dat voor de kosten betekent, kan de wethouder op dit moment niet zeggen. “Dat is moeilijk te voorspellen. Het hangt af van de marktwerking en hoe de wereld eruitziet in 2027, als het nieuwe contract ingaat”, legt de wethouder uit.
Hij benadrukt dat hij tot het eind van de raadsperiode in 2026 geen lastenverhoging verwacht. Dat is omdat tot die tijd Almelo nog werkt met Twence. En die tarieven staan vast.
Om een nieuwe afvalverwerker uit te kiezen, wil het gemeentebestuur een aanbesteding starten. Een reden om afscheid te nemen van Twence is volgens de wethouder dat de afvalverwerker zich steeds meer richt op duurzaamheidsprojecten. “Dat is op zichzelf een goede ontwikkeling, maar wij willen als gemeente niet de financiële risico’s dragen.” Het gemeentebestuur ziet het niet zitten te investeren in een regionaal warmtenet. “Dat is niet waarvoor we ooit met Twence in zee zijn gegaan.”
Naast de focus op duurzaamheid maakt Maathuis zich zorgen over hoe afhankelijk Twence wordt van het buitenland. “Twence haalt steeds meer afval uit landen zoals het Verenigd Koninkrijk en Italië om de verbrandingsinstallaties draaiende te houden,” zegt Maathuis, “het past niet bij onze visie op duurzaamheid.”
Waar de gemeenten als Enschede en Hengelo door de extra aandelen dichter bij hun energiedoelen komen, kiest Almelo bewust voor een andere route. “Wij dragen bij aan de energietransitie door te investeren in zonneparken, windmolens en warmtenetten. Dat is onze manier,” zegt Maathuis, “maar we doen dit niet via een aandeelhouderschap in een afvalverwerker.”